Verordening 2010/973 - Tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief bij invoer van bepaalde industrieproducten in de autonome regio’s de Azoren en Madeira

1.

Wettekst

30.10.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 285/4

 

VERORDENING (EU) Nr. 973/2010 VAN DE RAAD

van 25 oktober 2010

tot tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief bij invoer van bepaalde industrieproducten in de autonome regio’s de Azoren en Madeira

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 349,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),

Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In augustus en december 2007 hebben de regionale overheden van de Azoren en Madeira, met de steun van de Portugese overheid, overeenkomstig artikel 299, lid 2, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, verzocht om de autonome schorsing van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor een aantal producten. Zij motiveerden hun verzoek met het argument dat het bedrijfsleven in de Azoren en Madeira, door de afgelegen ligging van die eilanden, op het gebied van de handel ernstig benadeeld is, hetgeen weer ongunstige gevolgen heeft voor de demografische, sociale en economische ontwikkeling en de werkgelegenheid.

 

(2)

De plaatselijke economie van de Azoren en Madeira is in hoge mate afhankelijk van het nationale en internationale toerisme, een tamelijk onstabiele bron van inkomsten, omdat die afhankelijk is van factoren waarop de plaatselijke autoriteiten en de Portugese overheid nauwelijks enige invloed hebben. Dit heeft als gevolg dat de economische ontwikkeling van de Azoren en Madeira met ernstige beperkingen heeft te kampen. Daarom moeten die economische sectoren worden gesteund die minder afhankelijk zijn van het toerisme om schommelingen in de toeristensector op te vangen en aldus de lokale werkgelegenheid te stabiliseren.

 

(3)

Verordening (EEG) nr. 1657/93 van de Raad van 24 juni 1993 houdende tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor een aantal industrieproducten bestemd voor de bevoorrading van de vrije zones van de Azoren en van Madeira (3) heeft niet de gewenste resultaten gehad in de laatste jaren voordat deze verordening op 31 december 2008 verstreek. Dit is naar alle waarschijnlijkheid te wijten aan het feit dat de schorsingen waarin die verordening voorzag beperkt waren tot de vrije zones van de Azoren en Madeira en daarom in de laatste jaren voor het verstrijken van de verordening niet meer werden benut. Het is daarom dienstig nieuwe schorsingen vast te stellen die niet beperkt zijn tot bedrijven in de vrije zones, maar die alle soorten bedrijven in deze regio’s ten goede kunnen komen. Daarom dienen de visserij-, de landbouw-, de industrie- en de dienstensector voor de schorsingen in aanmerking te komen.

 

(4)

Om ervoor te zorgen dat de in deze verordening voorziene schorsingen een economische weerslag hebben, moet zij ook betrekking hebben op eindproducten voor gebruik in de landbouw, de handel en door de industrie alsmede op grondstoffen, en onderdelen voor landbouwdoeleinden, industriële verwerking of onderhoud.

 

(5)

Om investeerders een perspectief op lange termijn te bieden en bedrijven in staat te stellen een niveau van industriële en commerciële activiteit te bereiken dat bijdraagt tot de stabilisatie van het economisch en sociaal klimaat in de betrokken regio’s, moeten de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde goederen volledig worden geschorst voor een periode van tien jaar vanaf 1 november 2010.

 

(6)

Om ervoor te zorgen dat slechts bedrijven die op de Azoren en Madeira zijn gevestigd van deze tariefmaatregelen kunnen genieten, moeten de schorsingen afhankelijk zijn van de bijzondere bestemming van de producten overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (4) en Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (5).

 

(7)

Voor een doelmatige toepassing van de schorsingen moeten de autoriteiten van de Azoren en Madeira de nodige uitvoeringsmaatregelen vaststellen en de Commissie daarvan in kennis stellen.

 

(8)

De Commissie moet, zo nodig, tijdelijke maatregelen kunnen vaststellen om een speculatieve handelsverlegging tegen te gaan totdat de Raad dit probleem definitief oplost.

 

(9)

Wijzigingen in de gecombineerde nomenclatuur kunnen geen aanleiding geven tot wezenlijke wijzigingen in de schorsing van de rechten. De Commissie moet derhalve gemachtigd worden om gedelegeerde handelingen vast te stellen overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, teneinde de nodige wijzigingen en technische aanpassingen aan te brengen in de lijst van goederen waarop een schorsing van toepassing is,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Van 1 november 2010 tot en met 2 november 2020 worden de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief volledig geschorst die van toepassing zijn bij invoer van de in bijlage I vermelde eindproducten voor gebruik in de landbouw, in de handel en door de industrie in de autonome regio’s de Azoren en Madeira.

Deze goederen worden overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2913/92 en Verordening (EEG) nr. 2454/93 ten minste 24 maanden na het in het vrije verkeer brengen gebruikt door in de autonome regio’s de Azoren en Madeira gevestigde bedrijven.

Artikel 2

Van 1 november 2010 tot en met 2 november 2020 worden de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn bij invoer in de autonome regio’s de Azoren en Madeira van de in bijlage II vermelde grondstoffen en onderdelen die voor landbouwdoeleinden, industriële verwerking of onderhoud worden gebruikt, volledig geschorst.

Artikel 3

De bevoegde autoriteiten van de Azoren en Madeira nemen de nodige maatregelen om de naleving van de artikelen 1 en 2 te waarborgen.

Zij stellen de Commissie vóór 30 april 2011 van dergelijke maatregelen in kennis.

Artikel 4

De in de artikelen 1 en 2 bedoelde schorsing van rechten is afhankelijk van de voorwaarde dat de goederen een bijzondere bestemming krijgen overeenkomstig de artikelen 21 en 82 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 en is onderworpen aan de controles als bedoeld in de artikelen 291 tot en met 300 van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

Artikel 5

  • 1. 
    Wanneer de Commissie redenen heeft om aan te nemen dat de bij deze verordening ingestelde schorsing voor een bepaald product tot een verlegging van het handelsverkeer heeft geleid, kan zij de betrokken schorsing overeenkomstig de procedure van artikel 11, lid 2, tijdelijk intrekken voor een periode van ten hoogste twaalf maanden. Voor de invoerrechten op producten waarvoor de schorsing tijdelijk is ingetrokken, wordt zekerheid gesteld; deze producten mogen eerst na zekerheidstelling in de autonome regio’s de Azoren en Madeira in het vrije verkeer worden gebracht.
  • 2. 
    Wanneer de Raad, op voorstel van de Commissie, binnen de periode van twaalf maanden besluit de schorsing definitief in te trekken, worden de bedragen waarvoor zekerheid is gesteld definitief ingevorderd.
  • 3. 
    Indien binnen twaalf maanden geen definitief besluit overeenkomstig lid 2 is genomen, wordt de zekerheid vrijgegeven.

Artikel 6

Indien nodig kan de Commissie, bij gedelegeerde handeling overeenkomstig artikel 7 en onder de voorwaarden van de artikelen 8 en 9, in de bijlagen I en II de wijzigingen en technische aanpassingen aanbrengen die noodzakelijk zijn ingevolge wijzigingen in de gecombineerde nomenclatuur.

Artikel 7

  • 1. 
    De bevoegdheid om de in artikel 6 bedoelde gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt voor onbepaalde tijd aan de Commissie verleend.
  • 2. 
    Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij de Raad daarvan in kennis.
  • 3. 
    De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie verleend onder de voorwaarden van de artikelen 8 en 9.

Artikel 8

  • 1. 
    De in artikel 6 bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan door de Raad worden ingetrokken.
  • 2. 
    Indien de Raad een interne procedure is begonnen om te besluiten of hij de bevoegdheidsdelegatie wenst in te trekken, brengt hij de Commissie hiervan binnen een redelijke termijn voordat een definitief besluit wordt genomen, op de hoogte en geeft daarbij aan welke gedelegeerde bevoegdheden mogelijk worden ingetrokken en waarom.
  • 3. 
    Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheden. Het besluit treedt onmiddellijk of op een in dat besluit bepaalde latere datum in werking. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 9

  • 1. 
    De Raad kan tegen een gedelegeerde handeling bezwaar aantekenen binnen een termijn van drie maanden na de datum van kennisgeving.
  • 2. 
    Indien de Raad bij het verstrijken van deze termijn geen bezwaar tegen de gedelegeerde handeling heeft aangetekend, of indien hij de Commissie vóór die datum meedeelt dat hij heeft besloten geen bezwaar aan te tekenen, wordt de gedelegeerde handeling bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij op de daarin vastgestelde datum in werking.
  • 3. 
    Indien de Raad bezwaar aantekent tegen de vastgestelde gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De Raad motiveert zijn bezwaar tegen de gedelegeerde handeling.

Artikel 10

De Commissie stelt het Europees Parlement in kennis van de door haar vastgestelde gedelegeerde handelingen, de mogelijke bezwaren die daartegen worden gemaakt of de intrekking van de bevoegdheidsdelegatie door de Raad.

Artikel 11

  • 1. 
    De Commissie wordt bijgestaan door het Comité douanewetboek.
  • 2. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (6) van toepassing.

De in artikel 4, lid 3, van Besluit 1999/468/EG bedoelde periode is drie maanden.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 november 2010, met uitzondering van de artikelen 6 tot en met 10 die van toepassing zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 25 oktober 2010.

Voor de Raad

De voorzitter

  • S. 
    VANACKERE
 

  • (1) 
    Adviezen van 1 januari 2010 en 7 september 2010 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
 

BIJLAGE I

Eindproducten voor gebruik in de landbouw, de handel of door de industrie

GN-code (1)

 
 

4016 94 00

 
 

4415 10 10

 
 

5608

 
 

6203 31 00

 
 

6203 39 19

 
 

6204 11 00

 
 

6205 90 80

 
 

6506 99

 
 

7309 00 59

 
 

7310 10 00

 
 

7310 29 10

 
 

7311 00

 
 

7321 81 90

 
 

7323 93 90

 
 

7326 20 80

 
 

7612 90 98

 
 

8405 10 00

 
 

8412 29 89

 
 

8412 80 80

 
 

8413 81 00

 
 

8413 82 00

 
 

8414 40 90

 
 

8414 60 00

 
 

8414 80 80

 
 

8415 10 90

 
 

8415 82 00

 
 

8418 30 20

 
 

8418 50

 
 

8422 30 00

 
 

8423 89 00

 
 

8424 30 90

 
 

8427 20 11

 
 

8440 10 90

 
 

8442 50 23

 
 

8442 50 29

 
 

8450 11 90

 
 

8450 12 00

 
 

8450 20 00

 
 

8451 21 90

 
 

8451 29 00

 
 

8451 80 80

 
 

8452 10 19

 
 

8452 29 00

 
 

8458 11 80

 
 

8464 90

 
 

8465 10 90

 
 

8465 92 00

 
 

8465 93 00

 
 

8465 99 90

 
 

8467 11 10

 
 

8467 19 00

 
 

8467 22 30

 
 

8467 22 90

 
 

8479 89 97

 
 

8501 10 91

 
 

8501 20 00

 
 

8501 61 20

 
 

8501 64 00

 
 

8502 39

 
 

8504 32 80

 
 

8504 33 00

 
 

8504 40 90

 
 

8510 30 00

 
 

8515 19 00

 
 

8515 39 13

 
 

8515 80 91

 
 

8516 29 99

 
 

8516 80 80

 
 

8518 30 95

 
 

8523 21 00

 
 

8526 91 80

 
 

8531 10 95

 
 

8543 20 00

 
 

8543 70 30

 
 

8543 70 90

 
 

8546 90 90

 
 

9008 10 00

 
 

9011 80 00

 
 

9014 80 00

 
 

9015 80 11

 
 

9015 80 19

 
 

9015 80 91

 
 

9015 80 93

 
 

9015 80 99

 
 

9016 00 10

 
 

9017 30 10

 
 

9020 00 00

 
 

9023 00 10

 
 

9023 00 80

 
 

9024 10

 
 

9024 80

 
 

9025 19 20

 
 

9025 80 40

 
 

9025 80 80

 
 

9027 10 10

 
 

9030 31 00

 
 

9032 10 20

 
 

9032 10 81

 
 

9032 89 00

 
 

9107 00 00

 
 

9201 90 00

 
 

9202 90 30

 
 

9506 91 90

 
 

9506 99 90

 
 

9507 10 00

 
 

9507 20 90

 
 

9507 30 00

 
 

9507 90 00

 

  • (1) 
    Op 1 januari 2009 toepasselijke GN-codes vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1031/2008 van de Commissie van 19 september 2008 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 291 van 31.10.2008, blz. 1).
 

BIJLAGE II

Grondstoffen en onderdelen die voor landbouwdoeleinden, industriële verwerking of onderhoud worden gebruikt

GN-code (1)

 
 

3102 40 10

 
 

3105 20 10

 
 

4008 29 00

 
 

4009 42 00

 
 

4010 12 00

 
 

4015 90 00

 
 

4016 93 00

 
 

4016 99 97

 
 

5401 10 90

 
 

5407 42 00

 
 

5407 72 00

 
 

5601 21 90

 
 

5608

 
 

5806 32 90

 
 

5901 90 00

 
 

5905 00 90

 
 

6217 90 00

 
 

6406 20 90

 
 

7303 00 90

 
 

7315 12 00

 
 

7315 89 00

 
 

7318 14 91

 
 

7318 15 69

 
 

7318 15 90

 
 

7318 16 91

 
 

7318 19 00

 
 

7318 22 00

 
 

7320 20 89

 
 

7323 99 99

 
 

7324 90 00

 
 

7326 90 98

 
 

7412 20 00

 
 

7415 21 00

 
 

7415 29 00

 
 

7415 33 00

 
 

7419 91 00

 
 

7606 11 91

 
 

7606 11 93

 
 

7606 11 99

 
 

7616 10 00

 
 

7907 00

 
 

8207 90 99

 
 

8302 42 00

 
 

8302 49 00

 
 

8308 90 00

 
 

8406 90 90

 
 

8409 91 00

 
 

8409 99 00

 
 

8411 99 00

 
 

8412 90 40

 
 

8413 30 80

 
 

8413 70 89

 
 

8414 90 00

 
 

8415 90 00

 
 

8421 23 00

 
 

8421 29 00

 
 

8421 31 00

 
 

8421 99 00

 
 

8440 90 00

 
 

8442 40 00

 
 

8450 90 00

 
 

8451 90 00

 
 

8452 90 00

 
 

8478 90 00

 
 

8481 20 10

 
 

8481 30 99

 
 

8481 40

 
 

8481 80 99

 
 

8482 10 90

 
 

8482 80 00

 
 

8483 40 90

 
 

8483 60 80

 
 

8484 10 00

 
 

8503 00 99

 
 

8509 90 00

 
 

8511 80 00

 
 

8511 90 00

 
 

8513 90 00

 
 

8514 90 00

 
 

8529 10 31

 
 

8529 10 39

 
 

8529 10 80

 
 

8529 10 95

 
 

8529 90 65

 
 

8529 90 97

 
 

8531 90 85

 
 

8539 31 90

 
 

8543 70 90

 
 

8544 20 00

 
 

8544 42 90

 
 

8544 49 93

 
 

9005 90 00

 
 

9011 90 90

 
 

9014 90 00

 
 

9015 90 00

 
 

9024 90 00

 
 

9029 20 31

 
 

9209 91 00

 
 

9209 92 00

 
 

9209 94 00

 
 

9506 70 90

 

  • (1) 
    Op 1 januari 2009 toepasselijke GN-codes vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1031/2008 van de Commissie van 19 september 2008 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 291 van 31.10.2008, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.