Besluit 2011/841 - Sluiting van de overeenkomst met Kroatië betreffende de deelneming van Kroatië aan de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving

1.

Wettekst

16.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 334/6

 

BESLUIT VAN DE RAAD

van 5 december 2011

inzake de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kroatië betreffende de deelneming van de Republiek Kroatië aan de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving

(2011/841/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 168, lid 5, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), punt v),

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EG) nr. 1920/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (1) bepaalt in artikel 21 dat het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving open staat voor deelneming door alle derde landen die het belang van de Unie en van haar lidstaten bij de doelstellingen en het werk van het Centrum delen.

 

(2)

De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kroatië betreffende de deelneming van de Republiek Kroatië aan de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (hierna „de overeenkomst” genoemd) werd, onder voorbehoud van sluiting ervan, namens de Europese Unie ondertekend op 6 december 2010.

 

(3)

De overeenkomst dient te worden goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kroatië betreffende de deelneming van de Republiek Kroatië aan de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (hierna „de overeenkomst” genoemd) wordt goedgekeurd namens de Unie.

De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wijst de persoon/personen aan die bevoegd is/zijn om namens de Unie de in artikel 10 van de overeenkomst genoemde diplomatieke nota te verzenden (2).

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 5 december 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    DOWGIELEWICZ
 

  • (2) 
    De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst wordt door het secretariaat-generaal van de Raad bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.