Verordening 2014/332 - Procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst met Servië

1.

Wettekst

5.4.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 103/10

 

VERORDENING (EU) Nr. 332/2014 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 11 maart 2014

betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds („SAO”) werd op 29 april 2008 ondertekend en op 22 juli 2013 (2) gesloten. De SAO trad op 1 september 2013 in werking.

 

(2)

Er moeten regels worden vastgesteld voor de uitvoering van enkele bepalingen van de SAO en procedures voor de goedkeuring van de gedetailleerde uitvoeringsregels.

 

(3)

Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van de SAO te waarborgen, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (3). Aangezien de uitvoeringshandelingen deel uitmaken van de gemeenschappelijke handelspolitiek moet voor de goedkeuring ervan in beginsel de onderzoeksprocedure worden gevolgd. Als de SAO de mogelijkheid biedt om in uitzonderlijke en kritieke omstandigheden meteen maatregelen te treffen om de situatie aan te pakken, dient de Commissie die uitvoeringshandelingen onmiddellijk vast te stellen. Voor maatregelen in verband met landbouw- en visserijproducten dient de Commissie, wanneer zij daar terdege gemotiveerde redenen van urgentie voor heeft, dergelijke uitvoeringshandelingen onmiddellijk vast te stellen.

 

(4)

Op grond van de SAO kunnen bepaalde landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit Servië binnen de beperkingen van de tariefcontingenten tegen verlaagd recht in de Unie worden ingevoerd. Er moeten derhalve bepalingen worden vastgesteld om het beheer en de evaluatie van deze tariefcontingenten te regelen teneinde een grondige beoordeling ervan mogelijk te maken.

 

(5)

Indien handelsbeschermende maatregelen noodzakelijk zijn, moeten deze worden vastgesteld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 260/2009 van de Raad (4), Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (5) of, in voorkomend geval, Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad (6).

 

(6)

Wanneer een lidstaat de Commissie informatie verstrekt over eventuele fraude of niet-verlening van administratieve medewerking, moet de desbetreffende Uniewetgeving van toepassing zijn, meer bepaald Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad (7).

 

(7)

Deze verordening bevat uitvoeringsbepalingen voor de SAO en moet dus van toepassing zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van de SAO.

 

(8)

Met de inwerkingtreding van de SAO is die overeenkomst in de plaats gekomen van de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds (8) (de „interimovereenkomst”), die op 1 februari 2010 in werking was getreden en die voorzag in vervroegde inwerkingtreding van de handelsbepalingen en de handelsgerelateerde bepalingen van de SAO. Om de krachtens de interimovereenkomst en de SAO toegekende tariefcontingenten doeltreffend toe te passen en te beheren, alsmede om rechtszekerheid en gelijke behandeling met betrekking tot de heffing van rechten te waarborgen, moeten sommige bepalingen van deze verordening vanaf de datum van inwerkingtreding van de interimovereenkomst van toepassing zijn,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp

  • 1. 
    In deze verordening worden regels en procedures vastgelegd voor de vaststelling van gedetailleerde voorschriften voor de uitvoering van enkele bepalingen van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds („SAO”).
  • 2. 
    Verwijzingen in deze verordening naar bepalingen van de SAO worden, in voorkomend geval, begrepen als verwijzingen naar de overeenkomstige bepalingen van de interimovereenkomst.

Artikel 2

Concessies voor vis en visserijproducten

De Commissie stelt gedetailleerde voorschriften inzake de uitvoering van artikel 14 van de interimovereenkomst vast en, in een later stadium, van artikel 29 van de SAO, betreffende tariefcontingenten voor vis en visserijproducten, door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, van deze verordening vermelde onderzoeksprocedure.

Artikel 3

Tariefverlagingen

  • 1. 
    De preferentiële rechten worden, met inachtneming van lid 2, naar beneden afgerond op één decimaal.
  • 2. 
    Het preferentiële tarief wordt gelijkgesteld met vrijstelling van rechten wanneer de berekening van het preferentiële recht overeenkomstig lid 1 in een van de volgende tarieven resulteert:
 

a)

1 % of minder in het geval van rechten ad valorem, of

 

b)

1 EUR of minder per afzonderlijke hoeveelheid in het geval van specifieke rechten.

Artikel 4

Technische aanpassingen

De Commissie stelt wijzigingen en technische aanpassingen van krachtens deze verordening vastgestelde bepalingen vast, wanneer die nodig zijn ten gevolge van wijzigingen van de gecombineerde nomenclatuur of de Taric-codes, of vanwege de sluiting van nieuwe of gewijzigde overeenkomsten, protocollen, briefwisselingen of andere handelingen tussen de Unie en de Republiek Servië, door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 5

Algemene vrijwaringsclausule

Onverminderd artikel 7, wanneer de Unie een maatregel moet nemen als bedoeld in artikel 41 van de SAO, stelt de Commissie die maatregel vast door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringsmaatregelen worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure, tenzij anders bepaald in artikel 41 van de SAO.

Artikel 6

Tekortclausule

Onverminderd artikel 7, wanneer de Unie een maatregel moet nemen als bedoeld in artikel 42 van de SAO, stelt de Commissie die maatregel vast door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 7

Uitzonderlijke en kritieke omstandigheden

In uitzonderlijke en kritieke omstandigheden in de zin van artikel 41, lid 5, onder b), en artikel 42, lid 4, van de SAO kan de Commissie volgens de procedure van artikel 13, lid 4, van deze verordening onmiddellijk toepasselijke maatregelen als bedoeld in de artikelen 41 en 42 van de SAO treffen.

Artikel 8

Vrijwaringsclausule voor landbouw- en visserijproducten

  • 1. 
    Wanneer de Unie een maatregel met betrekking tot landbouw- en visserijproducten moet nemen uit hoofde van artikel 32, lid 2, of artikel 41 van de SAO, neemt de Commissie, onverminderd de artikelen 5 en 6 van deze verordening, op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief, een besluit over de te nemen maatregelen na, in voorkomend geval, de bij artikel 41 van de SAO vastgestelde voorleggingsprocedure te hebben gevolgd. Deze maatregelen worden door de Commissie vastgesteld door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, van deze verordening bedoelde onderzoeksprocedure.

Zijn er dwingende redenen van urgentie, mede in het in lid 2 van dit artikel bedoelde geval, dan stelt de Commissie volgens de procedure van artikel 13, lid 4, van deze verordening onmiddellijk toepasselijke uitvoeringshandelingen vast.

  • 2. 
    Indien de Commissie het in lid 1 bedoelde verzoek van een lidstaat ontvangt, neemt zij daarover een besluit:
 

a)

binnen 3 werkdagen na ontvangst van dat verzoek, indien de voorleggingsprocedure van artikel 41 van de SAO niet van toepassing is, of

 

b)

binnen drie dagen na het einde van de in artikel 41, lid 5, onder a), van de SAO bedoelde termijn van 30 dagen, indien de voorleggingsprocedure van artikel 41 van de SAO van toepassing is.

Artikel 9

Toezicht

Voor de toepassing van artikel 32, lid 2, van de SAO wordt toezicht van de Unie ingesteld op de invoer van in bijlage V bij Protocol nr. 3 bij de SAO vermelde goederen. De procedure van artikel 308 quinquies van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie (9) is van toepassing.

Artikel 10

Dumping en subsidiëring

Wanneer zich praktijken voordoen die de Unie aanleiding kunnen geven om de bij artikel 40, lid 2, van de SAO vastgestelde maatregelen te nemen, wordt over de instelling van antidumpingmaatregelen en/of compenserende maatregelen besloten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1225/2009, respectievelijk Verordening (EG) nr. 597/2009.

Artikel 11

Concurrentie

  • 1. 
    In geval van een praktijk die de Commissie onverenigbaar acht met artikel 73 van de SAO, neemt de Commissie, na de aangelegenheid op eigen initiatief of op verzoek van een lidstaat te hebben onderzocht, een besluit over de gepaste maatregel als bedoeld in artikel 73 van de SAO.

De in artikel 73, lid 10, van de SAO bedoelde maatregelen worden in geval van steun genomen volgens de procedures van Verordening (EG) nr. 597/2009.

  • 2. 
    Praktijken die Servië aanleiding kunnen geven maatregelen ten aanzien van de Unie toe te passen op grond van artikel 73 van de SAO, worden door de Commissie onderzocht, waarna zij besluit of die praktijken verenigbaar zijn met de beginselen van de SAO. Indien nodig neemt zij passende besluiten op grond van criteria die voortvloeien uit de toepassing van de artikelen 101, 102 en 107 van het Verdrag.

Artikel 12

Fraude of niet-verlening van administratieve medewerking

  • 1. 
    Indien de Commissie, op grond van gegevens van een lidstaat of op eigen initiatief, vaststelt dat de in artikel 46 van de SAO bedoelde omstandigheden zich voordoen, doet zij onverwijld het volgende:
 

a)

zij informeert het Europees Parlement en de Raad, en

 

b)

zij stelt het Stabilisatie- en associatiecomité in kennis van haar bevindingen, samen met de objectieve informatie waarop die zijn gebaseerd, en pleegt overleg binnen het Stabilisatie- en associatiecomité.

  • 2. 
    Alle bekendmakingen op grond van artikel 46, lid 5, van de SAO worden door de Commissie gedaan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
  • 3. 
    De Commissie kan, door middel van uitvoeringshandelingen die zijn vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 3, van deze verordening bedoelde onderzoeksprocedure, de preferentiële behandeling van producten tijdelijk schorsen, in overeenstemming met artikel 46, lid 4, van de SAO.

Artikel 13

Comitéprocedure

  • 1. 
    Voor de toepassing van de artikelen 2, 4 en 12 van deze verordening wordt de Commissie bijgestaan door het Comité douanewetboek, dat is ingesteld bij artikel 184 van Verordening (EG) nr. 450/2008 van het Europees Parlement en de Raad (10). Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
  • 2. 
    Voor de toepassing van de artikelen 5 tot en met 8 van deze verordening wordt de Commissie bijgestaan door het Comité dat is ingesteld bij artikel 4 van Verordening (EG) nr. 260/2009. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
  • 3. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.
  • 4. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de leden 1 tot en met 4 van artikel 8 van Verordening (EU) nr. 182/2011, in combinatie met artikel 5 van die verordening, van toepassing.

Artikel 14

Kennisgeving

De krachtens de SAO vereiste kennisgevingen aan respectievelijk de Stabilisatie- en associatieraad en het Stabilisatie- en associatiecomité worden namens de Unie gedaan door de Commissie.

Artikel 15

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2013. De artikelen 2, 3 en 4 zijn evenwel van toepassing met ingang van 1 februari 2010.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 11 maart 2014.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • M. 
    SCHULZ

Voor de Raad

De voorzitter

  • D. 
    KOURKOULAS
 

  • (1) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 25 oktober 2012 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en standpunt van de Raad in eerste lezing van 28 januari 2014 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad). Standpunt van het Europees Parlement van 11 maart 2014 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (2) 
    Besluit 2013/490/EU, Euratom van de Raad en de Commissie van 22 juli 2013 betreffende de sluiting van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds (PB L 278 van 18.10.2013, blz. 14). De overeenkomst is samen met dat besluit bekendgemaakt in PB L 278 van 18.10.2013, blz. 16.
  • (3) 
    Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
  • (5) 
    Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51).
  • (6) 
    Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad van 11 juni 2009 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93).
  • (7) 
    Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13 maart 1997 betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (PB L 82 van 22.3.1997, blz. 1).
  • (9) 
    Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1).
  • Verordening (EG) nr. 450/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (gemoderniseerd douanewetboek) (PB L 145 van 4.6.2008, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.