Verordening 2014/543 - Wijziging van Besluit 2005/681/JBZ tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA)

1.

Wettekst

29.5.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 163/5

 

VERORDENING (EU) Nr. 543/2014 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 15 mei 2014

houdende wijziging van Besluit 2005/681/JBZ van de Raad tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 87, lid 2, onder b),

Gezien het initiatief van België, Bulgarije, Tsjechië, Duitsland, Estland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Italië, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Finland en Zweden,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2005/681/JBZ van de Raad (2), is de zetel van de EPA gevestigd in Bramshill in het Verenigd Koninkrijk.

 

(2)

Niettegenstaande artikel 4 van Besluit 2005/681/JBZ, heeft het Verenigd Koninkrijk bij brieven met datum van 12 december 2012 en 8 februari 2013, de EPA geïnformeerd dat het unilateraal had besloten dat het de EPA niet langer op zijn grondgebied wenst te ontvangen. In Bramshill is niet alleen de EPA gevestigd, maar ook een opleidingscentrum van het Britse National Policing Improvement Agency, dat bij besluit van het Verenigd Koninkrijk werd vervangen door een nieuwe nationale politieacademie (College of Policing) die elders zou worden ondergebracht. Het Verenigd Koninkrijk had derhalve besloten het nationale politieopleidingscentrum in Bramshill te sluiten en het gebouw van de hand te doen, omdat de ermee gepaard gaande kosten hoog waren en dat er geen alternatief bedrijfsmodel voor het beheer ervan werd voorgesteld. In het licht van de verplichting in het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) betreffende loyale samenwerking en in het bijzonder de verplichtingen ingevolge artikel 4 VEU, dienen de Unie en haar lidstaten elkaar wederzijds bij te staan bij het handhaven van de operationele activiteiten van de EPA. Daartoe moet het Verenigd Koninkrijk met name zorg dragen voor een vlotte overgang van de EPA naar zijn nieuwe locatie, zonder de vaste begroting van de EPA in het gevaar te brengen.

 

(3)

Gezien het door de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten op 8 oktober 2013 bereikte akkoord en de noodzaak de status van de EPA als een afzonderlijk agentschap van de Unie te behouden, moeten regelingen worden getroffen waardoor de EPA in Boedapest wordt gehuisvest zodra zij Bramshill verlaat. Die regelingen dienen te worden opgenomen in Besluit 2005/681/JBZ.

 

(4)

Gezien het juridisch kader dat werd geïntroduceerd door de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon dient Besluit 2005/681/JBZ te worden herzien terwijl tegelijkertijd de status van de EPA als afzonderlijk Unie-agentschap wordt gehandhaafd.

 

(5)

Besluit 2005/681/JBZ dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

 

(6)

Voordat de EPA op haar nieuwe locatie operationeel wordt, moet overeenkomstig de vastgestelde procedures een zetelovereenkomst worden gesloten.

 

(7)

Overeenkomstig de artikelen 3 en 4 bis, lid 1, van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat is gehecht aan het VEU en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), hebben deze lidstaten kennis gegeven van hun wens deel te nemen aan de vaststelling en toepassing van deze verordening.

 

(8)

Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, dat is gehecht aan het VEU en het VWEU, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van deze verordening die bijgevolg niet bindend is voor, noch van toepassing is op deze lidstaat.

 

(9)

Gezien de dringende noodzaak voor het bepalen van een nieuwe zetel van de EPA, dient deze verordening in werking te treden op de datum van de bekendmaking ervan,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2005/681/JBZ wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Artikel 4 wordt vervangen door:

"Artikel 4

Zetel

De zetel van de EPA is gevestigd in Boedapest in Hongarije.".

 

2)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

"Artikel 21 bis

Herziening

Uiterlijk op 30 november 2015 brengt de Commissie verslag uit over de doeltreffendheid van dit besluit, rekening houdend met de noodzaak om de status van de EPA als afzonderlijk agentschap van de Unie te handhaven. Dat verslag gaat, voor zover nodig, vergezeld van een wetgevingsvoorstel tot wijziging van dit besluit na een grondige kosten/batenanalyse en effectbeoordeling.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2014.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat overeenkomstig de Verdragen.

Gedaan te Brussel, 15 mei 2014.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • M. 
    SCHULZ

Voor de Raad

De voorzitter

  • D. 
    KOURKOULAS
 

  • (1) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 16 april 2014 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 6 mei 2014.
  • (2) 
    Besluit 2005/681/JBZ van de Raad van 20 september 2005 tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA) en tot intrekking van Besluit 2000/820/JBZ (PB L 256 van 1.10.2005, blz. 63).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.