Besluit 2016/783 - Standpunt EU over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (Begrotingsonderdeel 12 02 01)

1.

Wettekst

20.5.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 131/66

 

BESLUIT (EU) 2016/783 VAN DE RAAD

van 12 mei 2016

betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (Begrotingsonderdeel 12 02 01)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) („de EER-overeenkomst”) is op 1 januari 1994 in werking getreden.

 

(2)

Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan, onder meer, Protocol 31 bij de EER-overeenkomst („Protocol 31”) bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd.

 

(3)

Protocol 31 bevat bepalingen betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden.

 

(4)

Het is wenselijk om de samenwerking voort te zetten tussen de partijen bij de EER-overeenkomst bij uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde Unieacties met betrekking tot de tenuitvoerlegging en de ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten.

 

(5)

Protocol 31 moet derhalve worden gewijzigd, teneinde voortzetting van deze uitgebreide samenwerking na 31 december 2015 mogelijk te maken.

 

(6)

Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet derhalve worden gebaseerd op het hieraan gehechte ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden, wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 12 mei 2016.

Voor de Raad

De voorzitter

  • F. 
    MOGHERINI
 

 

ONTWERP

BESLUIT Nr. …/2016 VAN HET GEMENGD COMITE VAN DE EER

van …

tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte („de EER-overeenkomst”), en met name de artikelen 86 en 98,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Het is wenselijk om de samenwerking voort te zetten tussen de partijen bij de EERovereenkomst bij uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde Unieacties met betrekking tot de tenuitvoerlegging en de ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten.

 

(2)

Protocol 31 bij de EER-overeenkomst moet derhalve worden gewijzigd om deze uitgebreide samenwerking met ingang van 1 januari 2016 mogelijk te maken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 7 van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

 

1.

in de leden 3 en 4 worden de woorden „leden 5 tot [11]” vervangen door de woorden „dit artikel”;

 

2.

het volgende lid wordt toegevoegd:

 

„12.

De EVA-staten nemen met ingang van 1 januari 2016 deel aan de Unieacties in het kader van het onderstaande begrotingsonderdeel dat in de algemene begroting van de Europese Unie voor het boekjaar 2016 is opgenomen:

 

Begrotingsonderdeel 12 02 01: „Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten”.”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de laatste kennisgeving krachtens artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (*).

Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2016.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

De secretarissen

van het Gemengd Comité van de EER

 

(*)  [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.