Besluit 2016/1080 - Standpunt EU ten aanzien van bepaalde besluiten die moeten worden vastgesteld in het kader van de Internationale Olijfraad (OIR)

1.

Wettekst

5.7.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 179/33
 

BESLUIT (EU) 2016/1080 VAN DE RAAD

van 27 juni 2016

tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen ten aanzien van bepaalde besluiten die moeten worden vastgesteld in het kader van de Internationale Olijfraad (OIR)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 3, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Internationale Olijfraad (IOR) is een intergouvernementele wetenschappelijke en technische organisatie die werkzaam is in de sector olijfolie en tafelolijven.
 

(2)

Als lid van de OIR kan de Unie wijzigingen van de ontwerpbesluiten van de OIR voorstellen en haar formeel standpunt ten aanzien van die ontwerpbesluiten tot uitdrukking brengen overeenkomstig de procedure- en stemregels van de OIR.
 

(3)

Tijdens de volgende bijeenkomst van haar ledenraad op 15 juli 2016 zal de OIR vijf ontwerpbesluiten („ontwerpbesluiten”) met gevolgen voor de regelgeving van de Unie onderzoeken en eventueel goedkeuren.
 

(4)

Het eerste, het tweede, het derde en het vierde ontwerpbesluit hebben tot doel de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven te wijzigen (COI/T.15/Rev…): deze besluiten hebben respectievelijk betrekking op een wijziging van de grenswaarde voor ethylesters, een wijziging van de grenswaarden voor heptadecaanzuur, heptadeceenzuur en eicoseenzuur, een wijziging van de grenswaarde van de specifieke extinctiecoëfficiënt bij golflengte 270 nm (K270), en de officiële kennisgeving van de ISO-methoden die zijn vastgesteld met het oog op volledige harmonisatie en opneming van een referentie naar de nieuwe methode voor het bepalen van de peroxidewaarde.
 

(5)

Het vijfde ontwerpbesluit betreft de vaststelling van de nieuwe analysemethode voor het bepalen van de peroxidewaarde (COI/T.20/Doc. No…).
 

(6)

Wanneer deze ontwerpbesluiten zijn vastgesteld, moeten er wellicht wijzigingen worden aangebracht in Verordening (EEG) nr. 2568/91 van de Commissie (1).
 

(7)

Wetenschappelijke en technische deskundigen op het gebied van de olijfoliesector hebben deze ontwerpbesluiten uitvoerig besproken. Deze besluiten dragen bij aan de internationale harmonisatie van de olijfolienormen en zullen een kader vormen dat borg staat voor eerlijke handelsconcurrentie in de olijfoliesector. Daarom moeten zij worden gesteund.
 

(8)

Om tijdens de onderhandelingen in de aanloop naar de bijeenkomst van de ledenraad van de OIR over de nodige flexibiliteit te beschikken, moet de Unie worden gemachtigd om in te stemmen met wijzigingen in deze ontwerpbesluiten voor zover die wijzigingen de besluiten inhoudelijk niet veranderen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat tijdens de bijeenkomst van de ledenraad van de OIR op 15 juli 2016 met betrekking tot de ontwerpbesluiten namens de Unie moet worden ingenomen, is in overeenstemming met de bijlage.

Artikel 2

  • 1. 
    Als vóór of tijdens de bijeenkomst van de ledenraad van de OIR nieuwe wetenschappelijke of technische informatie wordt gepresenteerd die gevolgen kan hebben voor het in artikel 1 bedoelde standpunt, verzoekt de Unie om uitstel van de vaststelling van de ontwerpbesluiten in deze bijeenkomst totdat zij haar standpunt heeft bepaald op basis van die nieuwe informatie.
  • 2. 
    Kleine technische wijzigingen van de ontwerpbesluiten kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in de ledenraad van de OIR.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 27 juni 2016.

Voor de Raad

De voorzitter

M.H.P. VAN DAM

 
  • (1) 
    Verordening (EEG) nr. 2568/91 van de Commissie van 11 juli 1991 inzake de kenmerken van olijfoliën en oliën uit afvallen van olijven en de desbetreffende analysemethoden (PB L 248 van 5.9.1991, blz. 1).
 

BIJLAGE

De Unie verleent, onder voorbehoud van eventuele toekomstige herzieningen in het licht van nieuwe ontwikkelingen, steun aan de volgende ontwerpbesluiten inzake de standaardisatie op het gebied van de fysische, chemische en organoleptische kenmerken van olijfolie en olie uit perskoeken van olijven, en inzake de harmonisatie van analysemethoden:

 
 

BESLUIT tot wijziging van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven (COI/T.15/Rev…): wijziging van de grenswaarde voor ethylesters;
 
 

BESLUIT tot wijziging van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven (COI/T.15/Rev…): wijziging van de grenswaarden voor heptadecaanzuur, heptadeceenzuur en eicoseenzuur;
 
 

BESLUIT tot wijziging van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven (COI/T.15/Rev…): wijziging van de grenswaarde van de specifieke extinctiecoëfficiënt bij golflengte 270 nm (k270);
 
 

BESLUIT tot wijziging van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven (COI/T.15/Rev…): officiële kennisgeving van de ISO-methoden die zijn vastgesteld met het oog op volledige harmonisatie en opneming van een referentie naar de nieuwe methode voor het bepalen van de peroxidewaarde;
 
 

BESLUIT tot vaststelling van de nieuwe analysemethode voor het bepalen van de peroxidewaarde (COI/T.20/Doc. No…).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.