Correctie van de vastgestelde significante afwijking van het aanpassingstraject in de richting van de middellangetermijndoelstelling voor de begroting in Roemenië

1.

Wettekst

6.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 216/1

 

AANBEVELING VAN DE RAAD

van 16 juni 2017

met het oog op de correctie van de vastgestelde significante afwijking van het aanpassingstraject in de richting van de middellangetermijndoelstelling voor de begroting in Roemenië

(2017/C 216/01)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 121, lid 4,

Gezien Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economische beleid (1), en met name artikel 10, lid 2, tweede alinea,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig artikel 121 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moeten de lidstaten gezonde overheidsfinanciën op middellange termijn bevorderen door middel van de coördinatie van het economische beleid en van het multilaterale toezicht om het ontstaan van buitensporige overheidstekorten te vermijden.

 

(2)

Het stabiliteits- en groeipact (SGP) is gebaseerd op de doelstelling van deugdelijke openbare financiën als middel om de voorwaarden voor prijsstabiliteit en voor een tot werkgelegenheidsschepping leidende sterke duurzame groei te verbeteren.

 

(3)

Op 12 juli 2016 heeft de Raad Roemenië aanbevolen de afwijking van de begrotingsdoelstelling op middellange termijn in 2016 te beperken en in 2017 een jaarlijkse begrotingsaanpassing van 0,5 % van het bbp te bereiken, tenzij de begrotingsdoelstelling op middellange termijn met een kleinere budgettaire inspanning wordt gehaald (2).

 

(4)

Volgens de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie en de door Eurostat gevalideerde begrotingsresultaten voor 2016 is het structurele saldo in 2016 verslechterd van – 0,6 % van het bbp, namelijk boven de middellangetermijndoelstelling voor de begroting van – 1 % van het bbp) tot – 2,6 % van het bbp, hetgeen duidt op een significante afwijking van de middellangetermijndoelstelling voor de begroting (namelijk een afwijking van 1,6 % van het bbp). De groei van de overheidsuitgaven, ongerekend discretionaire maatregelen aan de ontvangstenzijde en eenmalige maatregelen, lag ver boven de uitgavenbenchmark, wat eveneens wijst op een significante afwijking, (namelijk een afwijking van – 2,0 % van het bbp). Het verschil tussen de indicatoren is hoofdzakelijk toe te schrijven aan het feit dat bij de berekening ervan uiteenlopende cijfers voor de jaarlijkse nominale potentiële bbp-groei werden gehanteerd. Ongeacht dat verschil bevestigen beide indicatoren dat er in 2016 een significante afwijking van de vereisten van het preventieve deel van het SGP heeft plaatsgevonden.

 

(5)

Op 22 mei 2017 oordeelde de Commissie op grond van een algehele evaluatie dat er in Roemenië van een vastgestelde significante afwijking van de middellangetermijndoelstelling voor de begroting sprake is, en in overeenstemming met artikel 121, lid 4, van het Verdrag en artikel 10, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad heeft zij een waarschuwing tot Roemenië gericht.

 

(6)

Overeenkomstig artikel 10, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1466/97 dient de Raad binnen een maand na de datum van de aanneming van de waarschuwing een aanbeveling tot de betrokken lidstaat te richten om de nodige beleidsmaatregelen te nemen. In Verordening (EG) nr. 1466/97 is bepaald dat de aanbeveling de betrokken lidstaat een termijn van ten hoogste vijf maanden moet opleggen om de afwijking te verhelpen. Op die grondslag lijkt het passend 15 oktober 2017 vast te stellen als uiterste datum waarop Roemenië de afwijking moet hebben verholpen. Tegen die datum moet Roemenië verslag uitbrengen over de maatregelen die in reactie op deze aanbeveling zijn genomen.

 

(7)

In 2016 zou de afwijking van het structurele saldo van Roemenië ten opzichte van de voor het land geldende middellangetermijndoelstelling voor de begroting naar schatting 1,6 % van het bbp hebben bedragen. Afgaande op de in de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie vervatte projecties van de output gap is er in 2017 in Roemenië sprake van normale economische tijden. De overheidsschuldquote van Roemenië ligt onder de drempelwaarde van 60 % van het bbp. De minimaal vereiste structurele inspanning voorgeschreven bij Verordening (EG) nr. 1466/97 en de aanpassingsmatrix, waarin de heersende economische omstandigheden en eventuele houdbaarheidskwesties zijn meegenomen, bedraagt 0,5 % van het bbp. In de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie wordt voor 2017 een verdere verslechtering van het structurele saldo met 1,3 % van het bbp voorspeld. Een minimale structurele verbetering van 0,5 % van het bbp in 2017 vereist derhalve dat maatregelen worden vastgesteld met een totale opbrengst van 1,8 % van het bbp ten opzichte van het huidige referentiescenario van de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie. In het licht van de aanzienlijke omvang van de vereiste structurele consolidatie-inspanning die resulteert uit de minimumaanpassing die het SGP voorschrijft, is het raadzaam geen extra aanpassingen te verlangen boven op de minimaal vereiste aanpassing van 0,5 % van het bbp.

 

(8)

De vereiste verbetering van het structurele saldo met 0,5 % van het bbp in 2017 spoort met een nominaal stijgingstempo van de netto primaire overheidsuitgaven van ten hoogste 3,3 % in 2017 (3).

 

(9)

In de voorjaarsprognoses 2017 van de Commissie wordt voor 2017 een overheidstekort van 3,5 % van het bbp voorspeld, wat meer is dan de in het Verdrag vastgestelde referentiewaarde van 3 % van het bbp. De vereiste structurele aanpassing lijkt ook toereikend om te garanderen dat Roemenië in 2017 de drempelwaarde van 3 % van het bbp voor het overheidstekort in acht neemt.

 

(10)

Het is dienstig dat deze aanbeveling openbaar wordt gemaakt.

 

(11)

Om de aanbevolen begrotingsdoelstellingen te realiseren, is het van cruciaal belang dat Roemenië de nodige maatregelen vaststelt en strikt implementeert, en tevens de ontwikkeling van de lopende uitgaven nauwlettend in het oog houdt,

BEVEELT AAN dat Roemenië de volgende acties onderneemt:

 

1.

Roemenië zou de nodige maatregelen moeten nemen om ervoor te zorgen dat het nominale stijgingstempo van de netto primaire overheidsuitgaven in 2017 niet hoger uitkomt dan 3,3 %, hetgeen overeenstemt met een jaarlijkse structurele aanpassing van 0,5 % van het bbp, waarmee het land een passend aanpassingstraject in de richting van de middellangetermijndoelstelling voor de begroting zou volgen.

 

2.

Roemenië zou alle meevallers moeten aanwenden om het tekort terug te dringen; de budgettaire consolidatiemaatregelen zouden op groeivriendelijke wijze een blijvende verbetering van het structurele overheidssaldo moeten waarborgen;

 

3.

Roemenië zou uiterlijk op 15 oktober 2017 aan de Raad verslag moeten uitbrengen over de maatregelen die in reactie op deze aanbeveling zijn genomen.

Deze aanbeveling is gericht tot Roemenië.

Gedaan te Luxemburg, 16 juni 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

  • E. 
    SCICLUNA
 

  • (1) 
    Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economische beleid (PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1).
  • (2) 
    Aanbeveling van de Raad van 12 juli 2016 over het nationale hervormingsprogramma 2016 van Roemenië en met een advies van de Raad over het convergentieprogramma 2016 van Roemenië (PB C 299 van 18.8.2016, blz. 73).
  • (3) 
    De netto-overheidsuitgaven worden gevormd door de totale overheidsuitgaven met uitsluiting van rente-uitgaven, de uitgaven in het kader van Unieprogramma’s die volledig met inkomsten uit Uniefondsen worden gefinancierd, en niet-discretionaire veranderingen in de uitgaven voor werkloosheidsuitkeringen. Nationaal gefinancierde bruto-investeringen in vaste activa worden gespreid over een periode van vier jaar. Discretionaire maatregelen aan de ontvangstenzijde of bij wet verplicht gestelde inkomensstijgingen worden meegeteld. Eenmalige maatregelen zowel aan de ontvangstenzijde als aan de uitgavenzijde worden buiten beschouwing gelaten.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.