Besluit 2018/646 - Gemeenschappelijk kader voor het verstrekken van betere diensten voor vaardigheden en kwalificaties (Europass)

1.

Wettekst

2.5.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 112/42

 

BESLUIT (EU) 2018/646 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 18 april 2018

betreffende een gemeenschappelijk kader voor het verstrekken van betere diensten voor vaardigheden en kwalificaties (Europass) en houdende intrekking van Beschikking nr. 2241/2004/EG

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 165 en 166,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Wanneer iemand een baan zoekt of beslissingen neemt over leren, studeren of werken, moet hij toegang hebben tot informatie en begeleiding over de vraag welke mogelijkheden beschikbaar zijn, hoe hij zijn vaardigheden moet beoordelen en op welke manier hij informatie over zijn vaardigheden en kwalificaties moet presenteren.

 

(2)

Verschillen in definities, documentindelingen, talen, alsook in beoordelings- en validatiemethoden vormen grote uitdagingen voor individuele personen, werkgevers en bevoegde autoriteiten en organen. Deze uitdagingen doen zich hoofdzakelijk voor wanneer iemand verhuist naar een ander land, waaronder derde landen, maar ook wanneer iemand een nieuwe baan zoekt, een opleiding volgt of zijn loopbaan uitstippelt. Duidelijke en breed beschikbare informatie, gedeeld begrip en meer transparantie op het gebied van vaardigheden en kwalificaties zijn van belang om deze uitdagingen aan te pakken.

 

(3)

In de op 10 juni 2016 door de Commissie aangenomen nieuwe vaardighedenagenda voor Europa worden de lidstaten, de sociale partners, het bedrijfsleven en andere belanghebbenden opgeroepen samen te werken aan tien actiepunten om de kwaliteit en de relevantie van aangeleerde vaardigheden te verbeteren, vaardigheden zichtbaarder en beter vergelijkbaar te maken, het inzicht in vaardigheden te vergroten en met name te zorgen voor betere informatie over vaardigheden met het oog op betere loopbaankeuzes. Als één van de tien actiepunten werd voorgesteld het Europass-kader te herzien daar dit een cruciale mogelijkheid biedt om deze doelstellingen te verwezenlijken en te ondersteunen.

 

(4)

Beschikking nr. 2241/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) bracht een kader tot stand om de problemen bij het zoeken naar werk, het volgen van een opleiding en het beheren van een loopbaan aan te pakken. Die beschikking had tot doel om met behulp van een portfolio van documenten (Europass), die personen op vrijwillige basis kunnen gebruiken, te zorgen voor meer transparantie op het gebied van kwalificaties en vaardigheden. Daarnaast werden bij deze beschikking ook nationale instanties ingesteld, de nationale Europass-centra, die het Europass-kader ten uitvoer moesten leggen.

 

(5)

Voor de verwezenlijking van de hoofddoelstelling spitst het Europass-kader zich toe op instrumenten voor het documenteren van vaardigheden en kwalificaties. Deze instrumenten worden veel gebruikt via het online Europass-platform.

 

(6)

De nationale Europass-centra ondersteunen gebruikers en bevorderen het documenteren van vaardigheden en kwalificaties. Het Euroguidance-netwerk, dat de Europese dimensie van begeleiding bevordert en kwalitatief hoogwaardige informatie verschaft over levenslange begeleiding en transnationale mobiliteit voor leerdoeleinden, heeft ook bijgedragen tot de ontwikkeling van informatieverstrekking over de Unie-instrumenten voor vaardigheden en kwalificaties. De nationale coördinatiepunten van het Europees kwalificatiekader ondersteunen de nationale autoriteiten bij het relateren van nationale kwalificatiekaders of -systemen aan het Europees kwalificatiekader (EKK), en streven ernaar het EKK dichter bij personen en organisaties te brengen. Deze nationale diensten moeten steun krijgen en beter worden gecoördineerd, zodat zij meer invloed krijgen. Tegelijkertijd moet rekening worden gehouden met de diversiteit van nationale systemen.

 

(7)

In haar verslag aan het Europees Parlement en de Raad van 19 december 2013 over de evaluatie van Europass concludeerde de Commissie dat het model voor de tenuitvoerlegging van Europass, waarbij de nationale Europass-centra de taak hadden om de kennis over Europass te vergroten en de belanghebbenden de nodige informatie te verschaffen, bevredigend was. De Commissie concludeerde evenwel ook dat de meeste Europass-instrumenten nog steeds niet alle potentiële gebruikers bereiken en, zowel geografisch als qua leeftijdsgroep, een ongelijk bereik hebben, en dat een betere coördinatie en integratie van de diensten ter bevordering van begeleiding en mobiliteit binnen het Europass-kader het mogelijk zouden maken meer mogelijke gebruikers aan te spreken.

 

(8)

Uit onderzoek blijkt dat Europass wordt gebruikt door sociale groepen met uitstekende digitale vaardigheden, terwijl achtergestelde groepen, zoals lager opgeleide personen, ouderen of langdurig werklozen, zich vaak niet bewust zijn van het bestaan ervan en bijgevolg niet kunnen profiteren van Europass en de bijbehorende instrumenten.

 

(9)

Het Europass-portfolio is één van een reeks hulpmiddelen en instrumenten die op Unieniveau zijn ontwikkeld om de transparantie en het begrip van vaardigheden en kwalificaties te verbeteren.

 

(10)

Het Europass-portfolio bestaat uit vijf documentmodellen. Dankzij het Europass-cv-model kunnen personen hun cv's in een gestandaardiseerde indeling opstellen. Sinds de instelling van het Europass-cv in 2004 werden meer dan honderd miljoen Europass-cv's online aangemaakt. Twee modellen voor kwalificatiesupplementen, namelijk het Europass-diplomasupplement en het Europass-certificaatsupplement, verstrekken informatie over de inhoud en de leerresultaten van de kwalificatie en over het onderwijsstelsel van het land van uitgifte van de kwalificatie. Het Europass-talenpaspoort wordt gebruikt om taalvaardigheden te beschrijven. Het Europass-mobiliteitsmodel biedt een beschrijving van de vaardigheden die in het buitenland tijdens mobiliteitservaringen voor leerdoeleinden of voor werk zijn verworven.

 

(11)

De aanbeveling van de Raad van 22 mei 2017 (4) voorziet in een gemeenschappelijk referentiekader om personen en organisaties te helpen bij het vergelijken van de verschillende kwalificatiesystemen en de kwalificatieniveaus van deze stelsels.

 

(12)

De aanbeveling van de Raad van 20 december 2012 (5) moedigt de lidstaten aan om tegen 2018, overeenkomstig de nationale omstandigheden en kenmerken en op de wijze die hun passend lijkt, regelingen te treffen voor de validatie van niet-formeel en informeel leren die iedereen in de gelegenheid stellen door niet-formeel en informeel leren verworven kennis, vaardigheden en competenties te laten valideren en een volledige kwalificatie of, in voorkomend geval, een deel ervan te verkrijgen.

 

(13)

De resolutie van de Raad van 28 mei 2004 inzake het versterken van beleidsmaatregelen, systemen en praktijken op gebied van levenslange begeleiding stelt de centrale doelstellingen vast voor een levenslang begeleidingsbeleid voor alle burgers van de Unie. In de resolutie van de Raad van 21 november 2008 (6) wordt benadrukt dat het van belang is begeleiding te bieden met betrekking tot een leven lang leren.

 

(14)

Het portaal voor leermogelijkheden en kwalificaties in Europa geeft toegang tot informatie over leermogelijkheden en kwalificaties in verschillende onderwijsstelsels in Europa en over de vergelijking van nationale kwalificatiekaders via het EKK.

 

(15)

Het EU Skills Panorama verstrekt informatie over vaardigheden voor verschillende beroepen en specifieke sectoren, onder meer over de vraag en het aanbod op nationaal niveau.

 

(16)

De analyse van vacatures en van andere arbeidsmarkttrends is een algemeen aanvaarde manier om informatie over vaardigheden te verzamelen teneinde inzicht te verwerven in de vaardigheidskloven en -tekorten en kwalificatiediscrepanties.

 

(17)

De meertalige Europese classificatie van vaardigheden, competenties, kwalificaties en beroepen (ESCO), die de Commissie ontwikkelde en voortdurend actualiseert in nauwe samenwerking met de lidstaten en belanghebbenden, is erop gericht de transparantie van vaardigheden en kwalificaties te bevorderen voor onderwijs-, opleidings- en werkgerelateerde doeleinden. Na adequate toetsing en met behoorlijke inachtneming van het standpunt van de lidstaten, zou ESCO binnen het Europass-kader door de Commissie kunnen worden gebruikt; het gebruik van ESCO door de lidstaten is vrijwillig en vindt plaats na toetsing en evaluatie door de lidstaten.

 

(18)

Het bij Verordening (EU) 2016/589 van het Europees Parlement en de Raad (7) opgerichte Europees netwerk van diensten voor arbeidsvoorziening (Eures — European Employment Services) is een coöperatief netwerk voor de uitwisseling van informatie en voor de bevordering van interactie tussen werkzoekenden en werkgevers. Het biedt gratis ondersteuning aan werkzoekenden die naar een ander land willen verhuizen en helpt werkgevers die werknemers uit andere landen willen aanwerven. Synergie en samenwerking tussen Europass en Eures zouden de impact van beide diensten kunnen versterken.

 

(19)

Arbeidsmarktprocessen zoals de publicatie van vacatures, sollicitaties, de beoordeling van vaardigheden en aanwervingen worden steeds meer online beheerd via instrumenten die gebruikmaken van sociale media, big data en andere technologieën. Kandidaten worden geselecteerd met behulp van instrumenten en procedures die zoeken naar informatie over in formele, niet-formele en informele contexten verworven vaardigheden en kwalificaties.

 

(20)

Formeel, niet-formeel en informeel leren vindt nu ook plaats in nieuwe vormen en contexten en wordt aangeboden door verschillende aanbieders, in het bijzonder met gebruikmaking van digitale technologieën en platforms, afstandsonderwijs, e-learning, intercollegiaal leren, open onlinecursussen voor een groot publiek en open leermiddelen. Voorts worden vaardigheden, opgedane ervaring en leerresultaten op verschillende manieren erkend, bijvoorbeeld via digitale open badges. Digitale technologieën worden ook gebruikt voor vaardigheden die zijn verworven via niet-formeel leren, zoals jeugdwerk en vrijwilligerswerk.

 

(21)

Voor de toepassing van dit besluit worden vaardigheden in brede zin opgevat en bestrijken zij wat iemand weet, begrijpt en kan. Vaardigheden verwijzen naar verschillende soorten leerresultaten, met inbegrip van kennis en competenties evenals het vermogen om kennis toe te passen en knowhow te gebruiken om taken uit te voeren en problemen op te lossen. Naast het erkende belang van beroepsvaardigheden, is er een toenemende erkenning van het toenemende belang van transversale of „zachte” vaardigheden, zoals kritisch denken, samenwerken als team, problemen oplossen, creatief denken, digitale of taalvaardigheden voor persoonlijke en professionele ontplooiing, die op verschillende gebieden kunnen worden toegepast. Mensen kunnen baat hebben bij instrumenten en begeleiding om deze en andere vaardigheden te kunnen beoordelen en beschrijven.

 

(22)

Het is altijd de gewoonte geweest dat personen informatie over hun verworven vaardigheden en kwalificaties presenteerden middels cv's en bewijsstukken zoals certificaten of diploma's. Tegenwoordig zijn er nieuwe instrumenten beschikbaar, waardoor men zijn vaardigheden en kwalificaties in verschillende online- en digitale indelingen kan presenteren. Dankzij deze nieuwe instrumenten kan men ook zelf een beoordeling verrichten van vaardigheden die in verschillende contexten verworven zijn.

 

(23)

Het Europass-kader moet inspelen op de huidige en toekomstige behoeften. Gebruikers hebben instrumenten nodig om hun vaardigheden en kwalificaties te documenteren. Daarnaast kunnen instrumenten voor de beoordeling van vaardigheden en zelfbeoordeling van vaardigheden, evenals toegang tot relevante informatie, waaronder informatie over validatiemogelijkheden en begeleiding, nuttig zijn voor het nemen van beslissingen over werk- en leermogelijkheden.

 

(24)

De Unie-instrumenten voor vaardigheden en kwalificaties moeten worden aangepast aan de veranderende praktijken en de technologische vooruitgang om relevant en nuttig te blijven voor de gebruikers. Dit kan onder andere worden verwezenlijkt door te voorzien in innovaties, zoals interactieve instrumenten, bewerking en ontwerp van documenten, door te streven naar uitgebreidere, doeltreffendere en efficiëntere instrumenten en vereenvoudiging alsook naar meer technische interoperabiliteit en synergie tussen gerelateerde instrumenten, met inbegrip van instrumenten en diensten die door derden zijn ontwikkeld en door rekening te houden met de specifieke behoeften van personen met een handicap. Bovendien zouden authenticatiemaatregelen kunnen worden genomen om de verificatie van digitale documenten over vaardigheden en kwalificaties te ondersteunen.

 

(25)

Met het oog op de veranderende behoeften moet het bij Beschikking nr. 2241/2004/EG vastgestelde Europass-kader derhalve door een nieuw kader worden vervangen.

 

(26)

Het nieuwe Europass-kader moet beantwoorden aan de behoeften en verwachtingen van alle individuele eindgebruikers, zoals lerenden, werkzoekenden, met inbegrip van werklozen en werknemers, evenals andere relevante belanghebbenden zoals werkgevers (met name kleine en middelgrote ondernemingen), kamers van koophandel, maatschappelijke organisaties, vrijwilligers, begeleiders, diensten voor arbeidsvoorziening, sociale partners, aanbieders van onderwijs en opleidingen, jongerenorganisaties, aanbieders van jeugdwerk, bevoegde nationale autoriteiten en beleidsmakers. Het Europass-kader moet eveneens rekening houden met de behoeften van derdelanders die in de Unie aankomen of verblijven om hun integratie te bevorderen.

 

(27)

Het Europass-kader moet evolueren zodat het kan worden gebruikt voor het beschrijven van verschillende vormen van leren en vaardigheden en vooral voor die vaardigheden die werden verworven door niet-formeel en informeel leren.

 

(28)

Het Europass-kader moet worden ontwikkeld aan de hand van een op de gebruiker gerichte benadering op basis van feedback en door middel van de inventarisatie van behoeften, onder meer via enquêtes en toetsing, met aandacht voor de specifieke huidige en toekomstige behoeften van Europass-doelgroepen. De Europass-kenmerken moeten in het bijzonder gestalte geven aan de toezegging van de lidstaten en de Unie om ervoor te zorgen dat personen met een handicap gelijke toegang krijgen tot de arbeidsmarkt en tot informatie- en communicatietechnologieën en -systemen. Europass-instrumenten moeten waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust van aard zijn, zodat zij toegankelijk zijn voor gebruikers, in het bijzonder voor personen met een handicap.

 

(29)

Aanpassingen en wijzigingen van het Europass-kader moeten worden doorgevoerd in samenwerking met relevante belanghebbenden, zoals diensten voor arbeidsvoorziening, beroepskeuzebegeleiders, onderwijs- en opleidingsaanbieders, de sociale partners zoals vakbonden en werkgeversorganisaties, en met volledige eerbiediging van lopende politieke samenwerkingsverbanden, zoals het Bolognaproces betreffende een Europese hogeronderwijsruimte. De constructieve samenwerking tussen de Commissie, de lidstaten en belanghebbenden is van cruciaal belang voor een succesvolle ontwikkeling en uitvoering van het Europass-kader.

 

(30)

De verwerking van persoonsgegevens die uit hoofde van dit besluit worden opgeslagen en verwerkt, moet onderworpen zijn aan het relevante Unierecht betreffende de bescherming van persoonsgegevens en nationale uitvoeringsmaatregelen. Gebruikers moeten de mogelijkheid hebben om de toegang tot hun persoonsgegevens te beperken.

 

(31)

Deelname aan het kader moet openstaan voor lidstaten van de Europese Economische Ruimte die geen lidstaat zijn van de Unie, toetredende staten, kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten, aangezien zij al langere tijd belangstelling tonen voor dit gebied en hieromtrent met de Unie samenwerken. Hun deelname moet in overeenstemming zijn met de relevante bepalingen die vervat liggen in de regelingen inzake de betrekkingen tussen de Unie en die landen. De informatie over vaardigheden en kwalificaties die via het Europass-kader wordt verstrekt, mag niet alleen uit de deelnemende landen komen, maar moet ook afkomstig zijn uit andere landen en onderwijsstelsels en een afspiegeling vormen van migratiebewegingen van en naar andere delen van de wereld.

 

(32)

De Commissie moet zorgen voor de samenhangende uitvoering en monitoring van dit besluit door middel van een Europass-adviesgroep die bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en relevante belanghebbenden. De adviesgroep moet in het bijzonder een strategische benadering ontwikkelen met betrekking tot de tenuitvoerlegging en de toekomstige ontwikkeling van Europass, en advies geven over de ontwikkeling van online-instrumenten, onder meer door toetsing, en over informatie die via het online Europass-platform wordt aangeleverd, in voorkomend geval in samenwerking met andere groepen.

 

(33)

Medefinanciering voor de uitvoering van dit besluit is onder meer afkomstig uit het Unieprogramma Erasmus+, zoals vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1288/2013 van het Europees Parlement en de Raad (8). Het in het kader van die verordening opgerichte comité wordt betrokken bij de strategische discussie over de voortgang bij de tenuitvoerlegging van Europass en over toekomstige ontwikkelingen.

 

(34)

Daar de doelstelling van dit besluit, namelijk de instelling van een alomvattend en interoperabel kader voor instrumenten en informatie met betrekking tot in het bijzonder transnationale arbeids-, leermobiliteitsdoelen, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar vanwege de beoogde effecten beter door de Unie kan worden bereikt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat dit besluit niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.

 

(35)

Als algemene regel moeten de verplichtingen en administratieve en financiële lasten voor de lidstaten evenwichtig zijn wat betreft de kosten en baten.

 

(36)

Voor de activiteiten in het kader van dit besluit moet een beroep worden gedaan op de deskundigheid van de agentschappen van de Unie, met name het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop), overeenkomstig hun bevoegdheden.

 

(37)

Beschikking nr. 2241/2004/EG moet derhalve worden ingetrokken, zonder afbreuk te doen aan de geldigheid of status van in het verleden afgegeven Europass-documenten. Alle vastgestelde modellen voor Europass-documenten moeten binnen het nieuwe kader worden gehandhaafd totdat de noodzakelijke wijzigingen of updates overeenkomstig dit besluit worden doorgevoerd. Teneinde een soepele overgang naar het online Europass-platform te waarborgen, moet het bij Beschikking nr. 2241/2004/EG vastgestelde Europass-informatiesysteem op internet blijven functioneren totdat het online Europass-platform is opgezet en operationeel wordt,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voorwerp en toepassingsgebied

  • 1. 
    Bij dit besluit wordt een Europees kader vastgesteld ter ondersteuning van de transparantie en het begrip van vaardigheden en kwalificaties die in formele, niet-formele en informele contexten, waaronder praktische ervaringen, mobiliteit en vrijwilligerswerk, zijn verworven („Europass”).
  • 2. 
    Europass bestaat uit online-instrumenten en relevante beschikbare informatie, waaronder informatie ter bevordering van de Europese dimensie van begeleiding, die ter beschikking worden gesteld via een onlineplatform en worden ondersteund door nationale diensten, die zijn bedoeld om gebruikers te helpen beter te communiceren en hun vaardigheden en kwalificaties beter te presenteren en te vergelijken.
  • 3. 
    Europass is gericht op:
 

a)

individuele eindgebruikers, zoals lerenden, werkzoekenden, werknemers en vrijwilligers, en

 

b)

relevante belanghebbenden, zoals aanbieders van onderwijs en opleidingen, begeleiders, werkgevers, publieke diensten voor arbeidsvoorziening, de sociale partners, aanbieders van jeugdwerk, jongerenorganisaties en beleidsmakers.

  • 4. 
    Het gebruik van Europass is vrijwillig, legt geen andere verplichtingen op en verleent geen andere rechten dan die welke in dit besluit zijn vastgesteld.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van dit besluit gelden de volgende definities:

 

a)

onder „certificaatsupplement” wordt verstaan: een door de bevoegde autoriteiten of organen afgegeven document dat aan een certificaat van beroepsonderwijs en -opleiding of een beroepscertificaat wordt gehecht om derden — met name in een ander land — een beter inzicht te geven in de leerresultaten die de houder van de kwalificatie heeft bereikt alsook in de aard, het niveau, de context, de inhoud en de status van het voltooide onderwijs en de voltooide opleiding en verworven vaardigheden;

 

b)

onder „diplomasupplement” wordt verstaan: een door de bevoegde autoriteiten of organen afgegeven document dat aan een hogeronderwijsdiploma wordt gehecht om derden — met name in een ander land — een beter inzicht te geven in de leerresultaten die de houder van de kwalificatie heeft bereikt alsook in de aard, het niveau, de context, de inhoud en de status van het voltooide onderwijs en de voltooide opleiding en verworven vaardigheden;

 

c)

onder „Europass-supplementen” wordt verstaan: een reeks documenten, zoals diplomasupplementen en certificaatsupplementen, afgegeven door de bevoegde autoriteiten of organen;

 

d)

onder „begeleiding” wordt verstaan: een voortdurend proces dat mensen helpt om door middel van een reeks individuele en collectieve activiteiten hun capaciteiten, vaardigheden en interesses te ontdekken, om beslissingen te nemen op het gebied van onderwijs, opleiding en werk, en hun eigen traject uit te stippelen op het gebied van leren, werk en in andere contexten waar die capaciteiten en vaardigheden worden verworven of gebruikt;

 

e)

onder „Europese dimensie van begeleiding” wordt verstaan: samenwerking en ondersteuning op Unieniveau om beleid, systemen en praktijken inzake begeleiding binnen de Unie te versterken;

 

f)

onder „kwalificatie” wordt verstaan: het formele resultaat van een beoordelings- en validatieproces, dat wordt verworven wanneer een bevoegde autoriteit of een bevoegd orgaan vaststelt dat de leerresultaten die een persoon heeft behaald, aan bepaalde standaarden beantwoorden;

 

g)

onder „vaardighedenbeoordeling” wordt verstaan: de procedure of de methode die wordt gebruikt om de in formele, niet-formele of informele contexten verworven vaardigheden van personen te beoordelen, te meten en ten slotte te beschrijven door middel van een zelfbeoordeling of een door een derde gecertificeerde beoordeling of door middel van beide;

 

h)

onder „zelfbeoordeling van vaardigheden” wordt verstaan: het systeem van systematische zelfreflectie door personen met betrekking tot hun vaardigheden door middel van verwijzing naar gestandaardiseerde beschrijvingen van vaardigheden;

 

i)

onder „inzicht in vaardigheden” wordt verstaan: een beschikbare kwantitatieve of kwalitatieve analyse van geaggregeerde gegevens inzake vaardigheden uit bestaande bronnen met betrekking tot de arbeidsmarkt en van dienovereenkomstige leermogelijkheden in het onderwijs- en opleidingsstelsel die kan bijdragen tot begeleiding en advies, aanwervingsprocedures, de keuze van onderwijs, opleiding en carrièremogelijkheden;

 

j)

onder „authenticatiediensten” wordt verstaan: technische processen, zoals authenticatie van elektronische handtekeningen en websites, die gebruikers in staat stellen informatie, zoals hun identiteit, via Europass te verifiëren;

 

k)

onder „technische interoperabiliteit” wordt verstaan: het vermogen van informatie- en communicatietechnologiesystemen om te interageren teneinde het delen van informatie mogelijk te maken, hetgeen wordt bereikt door middel van een overeenkomst tussen alle partijen en de houders van de informatie;

 

l)

onder „validatie” wordt verstaan: het proces waarbij een bevoegde autoriteit of een bevoegd orgaan bevestigt dat een persoon leerresultaten heeft verworven, waaronder de leerresultaten die in niet-formele en informele leeromgevingen zijn verworven die aan een relevante norm voldoen en dat bestaat uit vier fasen, met name identificatie, documentatie, beoordeling en certificering van de resultaten van de beoordeling in de vorm van een volledige kwalificatie, punten of, in voorkomend geval en overeenkomstig de nationale omstandigheden, een gedeeltelijke kwalificatie;

 

m)

onder „open standaarden” wordt verstaan: technische standaarden die middels een samenwerkingsproces zijn ontwikkeld en die voor vrij gebruik door een belanghebbende partij openbaar zijn gemaakt;

 

n)

onder „onlineplatform” wordt verstaan: een webapplicatie die eindgebruikers informatie en instrumenten verschaft en hen in staat stelt online specifieke taken te vervullen;

 

o)

onder „persoonsgegevens” wordt verstaan: iedere informatie betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Artikel 3

Onlineplatform

  • 1. 
    Europass verstrekt via een onlineplatform online-instrumenten voor:
 

a)

het documenteren en beschrijven van persoonlijke informatie in verschillende indelingen, waaronder cv-modellen;

 

b)

het documenteren en beschrijven van vaardigheden en kwalificaties die werden verworven via werk- en leerervaringen, onder meer door middel van mobiliteit en vrijwilligerswerk;

 

c)

het beoordelen van vaardigheden en instrumenten voor zelfbeoordeling;

 

d)

het documenteren van leerresultaten van kwalificaties, waaronder de modellen voor de in artikel 5 bedoelde Europass-supplementen.

Het gebruik van Europass-instrumenten voor beoordeling van vaardigheden en zelfbeoordeling van vaardigheden als bedoeld onder b) leidt niet direct tot formele erkenning of afgifte van kwalificaties.

  • 2. 
    Het online Europass-platform verstrekt beschikbare informatie of links naar beschikbare informatie over de volgende onderwerpen:
 

a)

leermogelijkheden;

 

b)

kwalificaties en kwalificatiekaders of -systemen;

 

c)

mogelijkheden voor de validatie van niet-formeel en informeel leren;

 

d)

de praktijken en relevante wetgeving met betrekking tot de erkenning in verschillende landen, met inbegrip van derde landen;

 

e)

diensten die begeleiding bieden op het gebied van transnationale leermobiliteit en loopbaanbeheer;

 

f)

inzicht in vaardigheden als resultaat van relevante activiteiten en agentschappen op Unieniveau binnen hun bevoegdheidsterreinen;

 

g)

informatie over vaardigheden en kwalificaties die specifiek nuttig kan zijn voor onderdanen van derde landen die in de Unie aankomen of verblijven om hun integratie te bevorderen.

Artikel 4

Voornaamste beginselen en kenmerken

  • 1. 
    Het online Europass-platform en de online-instrumenten, met inbegrip van hun inhoud en functionaliteit, zijn gebruiksvriendelijk en veilig, en zijn voor alle gebruikers gratis toegankelijk.
  • 2. 
    Het online Europass-platform en de online-instrumenten, met inbegrip van hun inhoud en functionaliteit, zijn, overeenkomstig de in het relevante Unierecht vastgelegde toegankelijkheidsvoorschriften, toegankelijk voor personen met een handicap.
  • 3. 
    De online-instrumenten van Europass maken gebruik van open standaarden die kosteloos ter beschikking worden gesteld en door de lidstaten en andere belanghebbenden op vrijwillige basis kunnen worden overgenomen.
  • 4. 
    Indien van toepassing en overeenkomstig nationale omstandigheden, verwijzen de online-instrumenten van Europass in informatie over kwalificaties, de beschrijving van nationale onderwijs- en opleidingsstelsels en op andere relevante gebieden naar het EKK.
  • 5. 
    Het online Europass-platform kan gebruikers de optie bieden om hun persoonsgegevens, zoals hun persoonlijke profiel, op te slaan. De Uniewetgeving inzake gegevensbescherming is van toepassing op de verwerking van die persoonsgegevens. Een aantal mogelijkheden wordt ter beschikking gesteld van de gebruikers om hen in staat te stellen de toegang tot hun gegevens of bepaalde attributen te beperken.
  • 6. 
    Europass ondersteunt authenticatiediensten voor alle digitale documenten of weergaven van informatie over vaardigheden en kwalificaties.
  • 7. 
    De online-instrumenten van Europass zijn beschikbaar in de officiële talen van de instellingen van de Europese Unie.
  • 8. 
    De online-instrumenten van Europass ondersteunen en bevorderen de technische interoperabiliteit en synergieën met andere relevante instrumenten en diensten op Unieniveau en, indien van toepassing, op nationaal niveau.

Artikel 5

Europass-supplementen

  • 1. 
    Europass-supplementen worden afgegeven door de bevoegde autoriteiten of organen, in overeenstemming met modellen. Vooral de volgorde van elk onderdeel in de modellen moet worden gerespecteerd, zodat de informatie begrijpelijk en volledig is.
  • 2. 
    De in lid 1 genoemde modellen worden door de Commissie ontwikkeld en in voorkomend geval herzien, in nauwe samenwerking en samenspraak met de lidstaten en andere belanghebbenden zoals de Raad van Europa en de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, teneinde de relevantie en bruikbaarheid van de supplementen te waarborgen.
  • 3. 
    Europass-supplementen worden kosteloos en, indien mogelijk, in elektronische vorm verstrekt. Europass-supplementen worden in de nationale taal en, indien mogelijk, in een andere Europese taal verstrekt.
  • 4. 
    Europass-supplementen vormen geen vervanging voor oorspronkelijke diploma's of certificaten en komen niet neer op formele erkenning van het oorspronkelijke diploma of certificaat door de bevoegde autoriteiten of organen in andere landen.

Artikel 6

De taken van de Commissie

  • 1. 
    De Commissie beheert het online Europass-platform. In dit verband heeft de Commissie de taak om:
 

a)

de beschikbaarheid en goede kwaliteit te waarborgen van informatie op Unieniveau of van weblinks naar dergelijke beschikbare informatie als bedoeld in artikel 3, lid 2;

 

b)

het online Europass-platform, met inbegrip van open standaarden, te ontwikkelen, te testen en in voorkomend geval, te actualiseren, in overeenstemming met de gebruikersbehoeften en technologische ontwikkelingen evenals veranderingen op de arbeidsmarkten en met betrekking tot aangeboden onderwijs of opleidingen;

 

c)

de nieuwste technologische ontwikkelingen te volgen en in voorkomend geval toe te passen, met het oog op de verbetering van de toegankelijkheid van Europass voor ouderen en personen met een handicap;

 

d)

te waarborgen dat bij de ontwikkeling of actualisering van het online Europass-platform, met inbegrip van open standaarden, wordt gezorgd voor consistentie van informatie en voor een duidelijke meerwaarde;

 

e)

te waarborgen dat online-instrumenten, met name instrumenten voor beoordeling en zelfbeoordeling, volledig getoetst en van hoogwaardige kwaliteit zijn, en

 

f)

de kwaliteit en de effectiviteit van het online Europass-platform, met inbegrip van de online-instrumenten, te waarborgen respectievelijk te monitoren in overeenstemming met de behoeften van de gebruikers.

  • 2. 
    De Commissie verzekert de doeltreffende tenuitvoerlegging van dit besluit. In dat verband heeft de Commissie de taak om:
 

a)

de actieve deelname en betrokkenheid van de lidstaten te waarborgen bij de strategische planning, met inbegrip van de vaststelling en sturing van strategische doelstellingen, kwaliteitsborging en financiering, waarbij zij naar behoren rekening houdt met de standpunten van de lidstaten;

 

b)

de actieve deelname en betrokkenheid van de lidstaten te waarborgen bij de ontwikkeling, toetsing, actualisering en beoordeling van het online Europass-platform, met inbegrip van open standaarden, waarbij zij naar behoren rekening houdt met de standpunten van de lidstaten;

 

c)

op Unieniveau te waarborgen dat relevante belanghebbenden worden betrokken bij de tenuitvoerlegging en evaluatie van dit besluit;

 

d)

leeractiviteiten en uitwisselingen van beste praktijken tussen de lidstaten op te zetten en waar nodig op verzoek van lidstaten collegiale advisering („peer counselling”) te faciliteren, en

 

e)

te waarborgen dat er op Unieniveau doeltreffende en toereikende promotie-, begeleidings- en voorlichtingsactiviteiten worden ontplooid om de relevante gebruikers en belanghebbenden te bereiken, met inbegrip van personen met een handicap.

Artikel 7

De taken van de lidstaten

  • 1. 
    Elke lidstaat is verantwoordelijk voor de uitvoering van dit besluit op nationaal niveau via de desbetreffende nationale diensten en onverminderd de nationale regelingen met betrekking tot de tenuitvoerlegging en organisatie. De lidstaten zorgen in dat verband voor:
 

a)

de coördinatie van de activiteiten voor de tenuitvoerlegging van de online-instrumenten van Europass;

 

b)

de bevordering van het gebruik en vergroting van de kennis over en zichtbaarheid van Europass;

 

c)

de promotie van en informatieverstrekking over begeleiding met betrekking tot transnationale leermobiliteit en loopbaanbeheer, in voorkomend geval met inbegrip van individuele begeleidingsdiensten;

 

d)

de beschikbaarstelling op het online Europass-platform van informatie over leermogelijkheden, kwalificaties en erkenningspraktijken, met inbegrip van weblinks naar relevante nationale websites;

 

e)

het betrekken van belanghebbenden uit alle relevante sectoren en het bevorderen van samenwerking tussen publieke en private belanghebbenden bij de activiteiten die onder hun verantwoordelijkheid vallen.

  • 2. 
    De verstrekking van informatie aan het online Europass-platform overeenkomstig artikel 3, lid 2, genereert geen aanvullende verplichtingen voor lidstaten.

Artikel 8

Gegevensverwerking en -bescherming

De in dit besluit vervatte maatregelen worden uitgevoerd in overeenstemming met het Unierecht betreffende de bescherming van persoonsgegevens, met name Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (9) en Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (10).

Artikel 9

Toezicht en evaluatie

  • 1. 
    De Commissie brengt in de context van relevante onderwijs-, opleidings- en werkgelegenheidsbeleidskaders waar nodig verslag uit over lopende en verwachte ontwikkelingen na de vaststelling van dit besluit.
  • 2. 
    Uiterlijk op 23 mei 2023, en vervolgens om de vijf jaar, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een evaluatieverslag in over de tenuitvoerlegging en het effect van dit besluit.
  • 3. 
    De evaluatie wordt uitgevoerd door een onafhankelijke instantie op basis van kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren die door de Commissie in overleg met lidstaten zijn ontwikkeld.

Artikel 10

Deelnemende landen

  • 1. 
    Deelname aan de in dit besluit bedoelde activiteiten staat open voor lidstaten van de Europese Economische Ruimte die geen lidstaat zijn van de Unie, in overeenstemming met de voorwaarden van de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.
  • 2. 
    Deelname staat voorts open voor toetredende landen, kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten voor toetreding tot de Unie, overeenkomstig de overeenkomsten die zij met de Unie hebben gesloten.

Artikel 11

Financiële bepalingen

De uitvoering van dit besluit wordt op nationaal niveau medegefinancierd via programma's van de Unie. De jaarlijkse kredieten worden door het Europees Parlement en de Raad goedgekeurd binnen de grenzen van het meerjarig financieel kader.

Artikel 12

Intrekking en overgangsbepalingen

  • 1. 
    Beschikking nr. 2241/2004/EG wordt ingetrokken.
  • 2. 
    Het bij Beschikking nr. 2241/2004/EG vastgestelde Europass-informatiesysteem op internet blijft functioneren totdat het bij onderhavig besluit vastgestelde online Europass-platform is opgezet en operationeel wordt.

Artikel 13

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Straatsburg, 18 april 2018.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • A. 
    TAJANI

Voor de Raad

De voorzitter

  • L. 
    PAVLOVA
 

  • (2) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 15 maart 2018 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 12 april 2018.
  • (3) 
    Beschikking nr. 2241/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende een enkel communautair kader voor transparantie op het gebied van kwalificaties en competenties (Europass) (PB L 390 van 31.12.2004, blz. 6).
  • (4) 
    Aanbeveling van de Raad van 22 mei 2017 inzake het Europees kwalificatiekader voor een leven lang leren en tot intrekking van de aanbeveling van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 tot vaststelling van een Europees kwalificatiekader voor een leven lang leren (PB C 189 van 15.6.2017, blz. 15).
  • (6) 
    Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen op 21 november 2008, over betere integratie van levenslange begeleiding in de strategieën voor een leven lang leren (PB C 319 van 13.12.2008, blz. 4).
  • (7) 
    Verordening (EU) 2016/589 van het Europees Parlement en de Raad van 13 april 2016 inzake een Europees netwerk van diensten voor arbeidsvoorziening (Eures), de toegang van werknemers tot mobiliteitsdiensten en de verdere integratie van de arbeidsmarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 492/2011 en (EU) nr. 1296/2013 (PB L 107 van 22.4.2016, blz. 1).
  • (8) 
    Verordening (EU) nr. 1288/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van „Erasmus+”: het programma van de Unie voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport en tot intrekking van Besluiten nr. 1719/2006/EG, nr. 1720/2006/EG en nr. 1298/2008/EG (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 50).
  • (9) 
    Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31).
  • Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.