Besluit 2019/3 - Standpunt EU in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap aangaande bepaalde begrotingszaken in verband met de uitvoering van het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap - Hoofdinhoud
3.1.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 1/1 |
BESLUIT (EU) 2019/3 VAN DE RAAD
van 19 december 2018
betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap aangaande bepaalde begrotingszaken in verband met de uitvoering van het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91 en artikel 100, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het Verdrag tot oprichting van een Vervoersgemeenschap („het verdrag”) is door de Unie ondertekend overeenkomstig Besluit (EU) 2017/1937 van de Raad (1). |
(2) |
Overeenkomstig artikel 41, lid 3, van het verdrag wordt dat verdrag sinds 9 oktober 2017 voorlopig toegepast. Het is momenteel voorlopig van toepassing tussen de verdragsluitende partijen, met name de Unie, de Republiek Albanië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (*1), Montenegro en de Republiek Servië. |
(3) |
Het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap („het stuurcomité”) moet de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2019 vaststellen om de correcte tenuitvoerlegging van het verdrag te waarborgen. |
(4) |
Het is passend het standpunt vast te stellen dat namens de Unie in het stuurcomité moet worden ingenomen met betrekking tot haar besluit over bepaalde begrotingszaken, aangezien een dergelijk besluit noodzakelijk is om te kunnen beginnen met de werkzaamheden van het permanent secretariaat van de Vervoersgemeenschap en rechtsgevolgen zal hebben ten aanzien van de Unie. |
(5) |
De bevoegdheid van de Commissie om de begroting van de Vervoersgemeenschap voorlopig ten uitvoer te leggen, wijzigt het wezenlijke karakter van de bevoegdheden die uit hoofde van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aan die instelling zijn toegekend niet, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap is gebaseerd op de bij dit besluit gevoegde ontwerpbesluit van het stuurcomité.
Kleine wijzigingen van dat ontwerpbesluit kan zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het stuurcomité.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 19 december 2018.
Voor de Raad
De voorzitter
-
E.KÖSTINGER
-
Besluit (EU) 2017/1937 van de Raad van 11 juli 2017 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap (PB L 278 van 27.10.2017, blz. 1).
(*1) Deze benaming laat de standpunten over de status onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
ONTWERP
BESLUIT Nr. 2018/… VAN HET REGIONALE STUURCOMITÉ VAN DE VERVOERSGEMEENSCHAP
van …
betreffende de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2019
HET REGIONALE STUURCOMITE VAN DE VERVOERSGEMEENSCHAP,
Gezien het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap, met name artikel 24, lid 1, en artikel 35,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De aan dit besluit gehechte begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2019 wordt hierbij aangenomen.
Artikel 2
De Europese Commissie wordt belast met de uitvoering van de begroting en de aanvang van de werkzaamheden van het permanent secretariaat van de Vervoersgemeenschap overeenkomstig artikel 3.
Artikel 3
Artikel 2 is van toepassing vanaf … december 2018. Het is niet langer van toepassing op de dag vóór de datum waarop de benoeming van de directeur van het permanent secretariaat van kracht wordt.
Gedaan te … op … 2018.
Voor het regionale stuurcomité
De voorzitter
Aanhangsel
Begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2019
Begrotingsonderdeel |
Bedrag (EUR) |
Salaris van ambtenaren |
750 000 |
Bijdrage aan de ziektekostenverzekering/pensioenregeling voor ambtenaren |
200 000 |
Werkingskosten van het secretariaat (met inbegrip van vaste uitgaven/reiskosten/organisatie van vergaderingen) |
330 000 |
IT-apparatuur en kantoormeubilair (niet gedekt door de zetelovereenkomst) |
100 000 |
Aanwervingskosten (bekendmaking en vergoeding van kandidaten) |
100 000 |
Totaal |
1 480 000 |
Reserve (ongeveer 10 %) |
150 000 |
Algemeen totaal |
1 630 000 |
Waarvan: EU-bijdrage (80 %) (*1) |
1 304 000 |
WB6-bijdrage (20 %: bijdrage V van het verdrag bevat de verdeling per land). |
326 000 |
(*1) Het bedrag van de EU-bijdrage laat de vaststelling van de EU-begroting voor 2019 onverlet.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.