Besluit 2019/234 - Standpunt EU in de Gezamenlijke Raad die is opgericht krachtens de economische partnerschapsovereenkomst met de SADC-EPO-staten over de vaststelling van het reglement van orde van de Gezamenlijke Raad en van het Handels- en ontwikkelingscomité

1.

Wettekst

8.2.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 37/127

 

BESLUIT (EU) 2019/234 VAN DE RAAD

van 5 februari 2019

betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de Gezamenlijke Raad die is opgericht krachtens de economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de SADC-EPO-staten, anderzijds, over de vaststelling van het reglement van orde van de Gezamenlijke Raad en van het Handels- en ontwikkelingscomité

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de SADC-EPO-staten, anderzijds (1) („de overeenkomst”), is op 10 juni 2016 door de Europese Unie en haar lidstaten ondertekend. De overeenkomst wordt sinds 10 oktober 2016 voorlopig toegepast tussen de Unie, enerzijds, en Botswana, Lesotho, Namibië, Eswatini en Zuid-Afrika, anderzijds, en sinds 4 februari 2018 tussen de Unie en Mozambique.

 

(2)

Op grond van artikel 102, lid 1, van de overeenkomst heeft de Gezamenlijke Raad de bevoegdheid besluiten te nemen ten aanzien van alle onder die overeenkomst vallende aangelegenheden. Op grond van artikel 101, lid 3, punten h) en i), van de overeenkomst stelt de Gezamenlijke Raad zijn eigen reglement van orde en het reglement van orde van het Handels- en ontwikkelingscomité vast.

 

(3)

De Gezamenlijke Raad dient tijdens zijn eerste vergadering besluiten vast te stellen met betrekking tot zijn reglement van orde en het reglement van orde van het Handels- en ontwikkelingscomité.

 

(4)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in de Gezamenlijke Raad, aangezien het beoogde besluit van de Gezamenlijke Raad voor de Unie bindend zal zijn.

 

(5)

Het standpunt van de Unie in de Gezamenlijke Raad moet derhalve worden gebaseerd op het aangehechte ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Unie op de eerste vergadering van de Gezamenlijke Raad in te nemen standpunt over zijn reglement van orde en het reglement van orde van het Handels- en ontwikkelingscomité wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van de Gezamenlijke Raad.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 5 februari 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

  • G. 
    CIAMBA
 

 

ONTWERP

BESLUIT Nr. 1/2019 VAN DE GEZAMENLIJKE RAAD DIE IS OPGERICHT KRACHTENS DE ECONOMISCHE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN HAAR LIDSTATEN, ENERZIJDS, EN DE SADC-EPO-STATEN, ANDERZIJDS

van …

betreffende de vaststelling van het reglement van orde van de Gezamenlijke Raad en van het Handels- en ontwikkelingscomité

DE GEZAMENLIJKE RAAD,

Gezien de economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de SADC-EPO-staten, anderzijds („de overeenkomst”), en met name de artikelen 100, 101 en 102,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het reglement van orde van de Gezamenlijke Raad wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage I bij dit besluit.

Artikel 2

Het reglement van orde van het Handels- en ontwikkelingscomité wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage II bij dit besluit.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te …,

Voor de Gezamenlijke Raad

minister van Handel van

Vertegenwoordiger van de EU

 

BIJLAGE I

REGLEMENT VAN ORDE VAN DE GEZAMENLIJKE RAAD

HOOFDSTUK I

ORGANISATIE

Artikel 1

Samenstelling en voorzitterschap

  • 1. 
    De Gezamenlijke Raad, opgericht krachtens artikel 100 van de economische partnerschapsovereenkomst (EPO) tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de SADC-EPO-staten, anderzijds („de overeenkomst”), voert zijn taken uit overeenkomstig de artikelen 100 en 101 van de overeenkomst.
  • 2. 
    De verwijzing naar „de partijen” in dit reglement van orde gebeurt overeenkomstig de definitie in artikel 104 van de overeenkomst, namelijk de SADC-EPO-staten en de EU-partij (d.w.z. de Europese Unie of haar lidstaten dan wel de Europese Unie en haar lidstaten, gelet op hun respectieve bevoegdheidsgebieden).
  • 3. 
    Overeenkomstig artikel 101, lid 1, van de overeenkomst bestaat de Gezamenlijke Raad uit, enerzijds, de betrokken leden van de Raad van de Europese Unie en de betrokken leden van de Europese Commissie of hun vertegenwoordigers, en, anderzijds, de betrokken ministers van de SADC-EPO-staten of hun vertegenwoordigers.
  • 4. 
    De vergaderingen van de Gezamenlijke Raad worden op ministerieel niveau, beurtelings voor perioden van twaalf maanden, voorgezeten door vertegenwoordigers van de EU-partij, gelet op de respectieve bevoegdheidsgebieden van de Unie en haar lidstaten, en door een vertegenwoordiger van de SADC-EPO-staten. De eerste vergadering van de Gezamenlijke Raad wordt gezamenlijk voorgezeten door de partijen.
  • 5. 
    De in lid 4 bedoelde eerste voorzitterschapsperiode vangt aan op de dag volgend op de eerste vergadering van de Gezamenlijke Raad en loopt af op 31 december van hetzelfde jaar. Het voorzitterschap van die eerste periode wordt bekleed door [een vertegenwoordiger van de SADC-EPO-staten] [door de EU-partij].

Artikel 2

Vergaderingen

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 102, lid 4, van de overeenkomst komt de Gezamenlijke Raad met regelmatige tussenpozen van niet meer dan twee jaar bijeen, en wanneer de omstandigheden zulks vereisen in buitengewone vergadering, indien de partijen daartoe gezamenlijk besluiten.
  • 2. 
    De vergaderingen van de Gezamenlijke Raad worden beurtelings gehouden in Brussel of in een van de SADC-EPO-staten, tenzij de partijen anders overeenkomen.
  • 3. 
    Tenzij de partijen anders overeenkomen, worden vergaderingen van de Gezamenlijke Raad bijeengeroepen door de partij die het voorzitterschap bekleedt, na overleg met de andere partij.
  • 4. 
    De partijen kunnen overeenkomen om de vergaderingen van de Gezamenlijke Raad via elektronische middelen te houden.

Artikel 3

Waarnemers

De Gezamenlijke Raad kan besluiten om op ad-hocbasis waarnemers op zijn vergaderingen uit te nodigen, en bepalen welke agendapunten voor die waarnemers zullen openstaan.

Artikel 4

Secretariaat

  • 1. 
    Het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie, enerzijds, en de SADC-EPO-eenheid binnen het SADC-secretariaat, anderzijds, treden beurtelings voor perioden van twaalf maanden op als secretariaat van de Gezamenlijke Raad („het secretariaat”). Die perioden vallen samen met de in artikel 1, leden 4 en 5, vastgestelde voorzitterschapsregelingen.
  • 2. 
    Aan de zijde van de EU-partij worden voorlopige agenda's en ontwerpnotulen opgesteld door de Europese Commissie, en alle officiële documenten bestemd voor of uitgaande van de Gezamenlijke Raad worden verspreid door het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.

HOOFDSTUK II

WERKING

Artikel 5

Documenten

Indien de besprekingen van de Gezamenlijke Raad gebaseerd zijn op schriftelijke ondersteunende documenten, worden deze documenten door het secretariaat genummerd en als document van de Gezamenlijke Raad verspreid.

Artikel 6

Kennisgeving en agenda voor de vergaderingen

  • 1. 
    Uiterlijk 30 dagen van tevoren stelt het secretariaat de partijen in kennis van de bijeenroeping van een vergadering van de Gezamenlijke Raad en vraagt het om inbreng voor de agenda. Bij dringende aangelegenheden of onvoorziene omstandigheden kan de vergadering op korte termijn worden bijeengeroepen.
  • 2. 
    Het secretariaat stelt voor elke vergadering een voorlopige agenda op. Deze wordt uiterlijk 14 dagen voor de vergadering door het secretariaat aan de voorzitter en aan de leden van de Gezamenlijke Raad toegezonden.
  • 3. 
    De voorlopige agenda bevat punten waarvoor het secretariaat van een partij een verzoek tot plaatsing op de agenda heeft ontvangen.
  • 4. 
    De agenda wordt bij het begin van elke vergadering door de Gezamenlijke Raad goedgekeurd. Indien de partijen zulks overeenkomen, kunnen punten die niet op de voorlopige agenda staan, als agendapunt worden opgenomen.
  • 5. 
    De voorzitter van de Gezamenlijke Raad kan met instemming van alle partijen deskundigen uitnodigen de vergaderingen bij te wonen om informatie over specifieke onderwerpen te verstrekken.

Artikel 7

Notulen

  • 1. 
    Het secretariaat stelt ontwerpnotulen van elke vergadering op, binnen 21 dagen na de vergadering, tenzij met wederzijdse instemming van de partijen anders wordt besloten.
  • 2. 
    In de regel bevatten de notulen voor elk agendapunt:
 

a)

de aan de Gezamenlijke Raad voorgelegde documenten;

 

b)

eventuele verklaringen die op verzoek van een lid van de Gezamenlijke Raad zijn opgenomen in de notulen; en

 

c)

door de partijen overeengekomen onderwerpen, zoals vastgestelde besluiten, gedane aanbevelingen en aangenomen operationele conclusies.

  • 3. 
    De ontwerpnotulen van elke vergadering worden binnen 42 dagen na de vergadering door beide partijen schriftelijk goedgekeurd, tenzij de partijen anders overeenkomen. Na de goedkeuring worden twee exemplaren van de notulen door de secretaris ondertekend en ontvangt elk van de partijen een origineel van die authentieke documenten.

Artikel 8

Besluiten en aanbevelingen

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 102 van de overeenkomst stelt de Gezamenlijke Raad besluiten of aanbevelingen bij consensus vast in de in de overeenkomst genoemde gevallen.
  • 2. 
    In de gevallen waarin de Gezamenlijke Raad krachtens de overeenkomst gemachtigd is besluiten of aanbevelingen vast te stellen, worden de desbetreffende documenten in de notulen voorzien van het opschrift „Besluit” dan wel „Aanbeveling”. Het secretariaat voorziet de vastgestelde besluiten of aanbevelingen van een volgnummer, vermeldt de datum van vaststelling en geeft een beschrijving van het onderwerp. In elk besluit en in elke aanbeveling wordt de datum van inwerkingtreding vermeld.
  • 3. 
    In gevallen waarin een SADC-EPO-staat een vergadering van de Gezamenlijke Raad niet kan bijwonen, worden de besluiten of aanbevelingen die tijdens die vergadering zijn overeengekomen, door het secretariaat aan dat lid meegedeeld. De betrokken SADC-EPO-staat verstrekt binnen 10 kalenderdagen na verzending van de besluiten of aanbevelingen een schriftelijk antwoord, waarin hij de besluiten of aanbevelingen aangeeft waarmee hij niet akkoord gaat, vergezeld van de redenen daarvoor. Bij het uitblijven van dat schriftelijk antwoord binnen de vastgestelde termijn, worden de besluiten of aanbevelingen geacht te zijn vastgesteld. Ingeval de SADC-EPO-staat die de vergadering niet heeft bijgewoond, niet akkoord gaat met één of meer besluiten of aanbevelingen, is de in lid 4 bedoelde procedure van toepassing.
  • 4. 
    In de perioden tussen de vergaderingen kan de Gezamenlijke Raad, indien beide partijen daarmee instemmen, besluiten of aanbevelingen volgens de schriftelijke procedure of via elektronische middelen vaststellen. De schriftelijke procedure bestaat in een uitwisseling van nota's tussen vertegenwoordigers van de partijen.
  • 5. 
    Besluiten en aanbevelingen die door de Gezamenlijke Raad zijn vastgesteld, worden geauthenticeerd door twee originelen, ondertekend door een vertegenwoordiger van de Europese Commissie namens de EU-partij en door een vertegenwoordiger van de SADC-EPO-staten.

Artikel 9

Openbaarheid

  • 1. 
    De vergaderingen van de Gezamenlijke Raad zijn niet openbaar, tenzij anders door de partijen wordt besloten.
  • 2. 
    De partijen kunnen besluiten tot bekendmaking van de besluiten en aanbevelingen van de Gezamenlijke Raad.

Artikel 10

Werktalen

Tenzij de partijen anders besluiten, geschieden alle correspondentie en communicatie tussen de partijen in verband met de werkzaamheden van de Gezamenlijke Raad, alsmede de beraadslagingen tijdens de vergaderingen van de Gezamenlijke Raad, in het Engels of het Portugees.

HOOFDSTUK III

SLOTBEPALINGEN

Artikel 11

Uitgaven

  • 1. 
    Elke partij draagt haar eigen personeels-, reis- en verblijfkosten en haar eigen kosten voor post en telecommunicatie in verband met de deelname aan de vergaderingen van de Gezamenlijke Raad.
  • 2. 
    Uitgaven in verband met de organisatie van een vergadering, het verstrekken van tolkdiensten en de reproductie van documenten komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergadering optreedt.

Artikel 12

Handels- en ontwikkelingscomité

Overeenkomstig artikel 103, lid 5, van de overeenkomst brengt het Handels- en ontwikkelingscomité verslag uit en legt het verantwoording af aan de Gezamenlijke Raad.

Artikel 13

Wijziging van het reglement van orde

Dit reglement van orde kan schriftelijk worden gewijzigd bij een overeenkomstig artikel 8 vastgesteld besluit van de Gezamenlijke Raad.

 

BIJLAGE II

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET HANDELS- EN ONTWIKKELINGSCOMITÉ

HOOFDSTUK I

ORGANISATIE

Artikel 1

Samenstelling en voorzitterschap

  • 1. 
    Het Handels- en ontwikkelingscomité, opgericht krachtens artikel 103 van de economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de SADC-EPO-staten, anderzijds („de overeenkomst”), voert zijn taken uit overeenkomstig dat artikel.
  • 2. 
    De verwijzing naar „de partijen” in dit reglement van orde gebeurt overeenkomstig de definitie in artikel 104 van de overeenkomst, namelijk de SADC-EPO-staten en de EU-partij (d.w.z. de Europese Unie of haar lidstaten dan wel de Europese Unie en haar lidstaten, gelet op hun respectieve bevoegdheidsgebieden).
  • 3. 
    Overeenkomstig artikel 103, lid 1, van de overeenkomst bestaat het Handels- en ontwikkelingscomité uit vertegenwoordigers van de partijen, gewoonlijk hoge ambtenaren.
  • 4. 
    De vergaderingen van het Handels- en ontwikkelingscomité worden beurtelings voorgezeten door een hoge ambtenaar van de Europese Commissie en door een hoge ambtenaar van de SADC-EPO-staten. De eerste vergadering van het Handels- en ontwikkelingscomité wordt gezamenlijk voorgezeten door de relevante vertegenwoordigers van de partijen.
  • 5. 
    De in lid 4 bedoelde eerste voorzitterschapsperiode vangt aan op de datum van de eerste vergadering van het Handels- en ontwikkelingscomité en loopt af op 31 december van hetzelfde jaar.

Artikel 2

Vergaderingen

  • 1. 
    Het Handels- en ontwikkelingscomité komt met regelmatige tussenpozen bijeen, minstens eenmaal per jaar, en op verzoek van een van de partijen. De vergaderingen worden beurtelings gehouden in Brussel of in een van de SADC-EPO-staten, tenzij de partijen anders overeenkomen.
  • 2. 
    Tenzij de partijen anders overeenkomen, worden vergaderingen van het Handels- en ontwikkelingscomité bijeengeroepen door de partij die het voorzitterschap bekleedt, na overleg met de andere partij.
  • 3. 
    De partijen kunnen overeenkomen om de vergaderingen van het Handels- en ontwikkelingscomité via elektronische middelen te houden.

Artikel 3

Waarnemers

Het Handels- en ontwikkelingscomité kan besluiten om op ad-hocbasis waarnemers op zijn vergaderingen uit te nodigen, en bepalen welke agendapunten voor die waarnemers zullen openstaan.

Artikel 4

Secretariaat

  • 1. 
    De partij die als gastheer voor de vergadering van het Handels- en ontwikkelingscomité optreedt, treedt op als secretariaat van het Handels- en ontwikkelingscomité („het secretariaat”).
  • 2. 
    Indien de vergadering via elektronische middelen plaatsvindt, treedt de partij die het voorzitterschap bekleedt op als secretariaat.

HOOFDSTUK II

WERKING

Artikel 5

Documenten

Indien de besprekingen van het Handels- en ontwikkelingscomité gebaseerd zijn op schriftelijke ondersteunende documenten, worden deze door het secretariaat genummerd en als document van het Handels- en ontwikkelingscomité verspreid.

Artikel 6

Kennisgeving en agenda voor de vergaderingen

  • 1. 
    Uiterlijk 30 dagen vóór een vergadering stelt het secretariaat de partijen van de bijeenroeping ervan op de hoogte en vraagt het om inbreng voor de agenda. Bij dringende aangelegenheden of onvoorziene omstandigheden kan de vergadering op korte termijn worden bijeengeroepen.
  • 2. 
    Het secretariaat stelt voor elke vergadering een voorlopige agenda op. Deze wordt uiterlijk 14 dagen voor de vergadering door het secretariaat aan de voorzitter en aan de leden van het Handels- en ontwikkelingscomité toegezonden.
  • 3. 
    De voorlopige agenda bevat punten waarvoor het secretariaat een verzoek tot plaatsing op de agenda heeft ontvangen van een partij.
  • 4. 
    De agenda wordt bij het begin van elke vergadering door het Handels- en ontwikkelingscomité goedgekeurd. Indien de partijen zulks overeenkomen, kunnen punten die niet op de voorlopige agenda staan als agendapunt worden opgenomen.
  • 5. 
    De voorzitter van het Handels- en ontwikkelingscomité kan met instemming van alle partijen deskundigen uitnodigen de vergaderingen bij te wonen om informatie over specifieke onderwerpen te verstrekken.

Artikel 7

Verslag van de vergadering

Tenzij de partijen anders overeenkomen, wordt het verslag van elke vergadering opgesteld door het secretariaat en aangenomen aan het eind van iedere vergadering.

Artikel 8

Besluiten en aanbevelingen

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 103, lid 6, van de overeenkomst stelt het Handels- en ontwikkelingscomité besluiten of aanbevelingen bij consensus vast in de gevallen die zijn genoemd in de overeenkomst of indien die bevoegdheid door de Gezamenlijke Raad aan dat comité is verleend.
  • 2. 
    Indien het Handels- en ontwikkelingscomité krachtens de overeenkomst gemachtigd is besluiten of aanbevelingen vast te stellen, of indien deze bevoegdheid door de Gezamenlijke Raad aan dat comité is verleend, worden de desbetreffende documenten in het in artikel 7 bedoelde verslag van de vergaderingen voorzien van het opschrift „Besluit” dan wel „Aanbeveling”. Het secretariaat voorziet de vastgestelde besluiten of aanbevelingen van een volgnummer, vermeldt de datum van vaststelling en geeft een beschrijving van het onderwerp. In elk besluit en in elke aanbeveling wordt de datum van inwerkingtreding vermeld.
  • 3. 
    In gevallen waarin een SADC-EPO-staat een vergadering van de Gezamenlijke Raad niet kan bijwonen, worden de besluiten of aanbevelingen die tijdens die vergadering zijn overeengekomen, door het secretariaat aan dat lid meegedeeld. De betrokken SADC-EPO-staat verstrekt binnen 10 kalenderdagen na verzending van de besluiten of aanbevelingen een schriftelijk antwoord, waarin hij de besluiten of aanbevelingen aangeeft waarmee hij niet akkoord gaat, vergezeld van de redenen daarvoor. Bij het uitblijven van dat schriftelijk antwoord binnen de vastgestelde termijn, worden de besluiten of aanbevelingen geacht te zijn vastgesteld. Ingeval de SADC-EPO-staat die de vergadering niet heeft bijgewoond, niet akkoord gaat met één of meer besluiten of aanbevelingen, is de in lid 4 bedoelde procedure van toepassing.
  • 4. 
    In de perioden tussen de vergaderingen kan het Handels- en ontwikkelingscomité, indien beide partijen daarmee instemmen, besluiten of aanbevelingen volgens de schriftelijke procedure of via elektronische middelen vaststellen. De schriftelijke procedure bestaat in een uitwisseling van nota's tussen vertegenwoordigers van de partijen.
  • 5. 
    Besluiten en aanbevelingen van het Handels- en ontwikkelingscomité worden geauthenticeerd door twee originelen, ondertekend door een vertegenwoordiger van de EU en door een vertegenwoordiger van de SADC-EPO-staten.

Artikel 9

Openbaarheid

  • 1. 
    De vergaderingen van het Handels- en ontwikkelingscomité zijn niet openbaar, tenzij anders door de partijen wordt besloten.
  • 2. 
    De partijen kunnen besluiten tot bekendmaking van de besluiten en aanbevelingen van het Handels- en ontwikkelingscomité.

HOOFDSTUK III

SLOTBEPALINGEN

Artikel 10

Uitgaven

  • 1. 
    Elke partij draagt haar eigen personeels-, reis- en verblijfkosten en haar eigen kosten voor post en telecommunicatie in verband met de deelname aan de vergaderingen van het Handels- en ontwikkelingscomité.
  • 2. 
    Uitgaven in verband met de organisatie van een vergadering, het verstrekken van tolkdiensten en de reproductie van documenten komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergadering optreedt.

Artikel 11

Speciale comités en andere organen

  • 1. 
    Het Speciaal Comité voor douane en handelsbevordering, opgericht uit hoofde van artikel 50 van de overeenkomst, het landbouwpartnerschap, opgericht uit hoofde van artikel 68 van de overeenkomst, en het Speciaal Comité voor geografische aanduidingen en handel in wijn en gedistilleerde dranken, opgericht uit hoofde van artikel 13 van protocol 3 bij de overeenkomst, brengen verslag uit aan het Handels- en ontwikkelingscomité.
  • 2. 
    Overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt f), van de overeenkomst, respectievelijk artikel 13, lid 5, van protocol 3 bij de overeenkomst, stellen het Speciaal Comité voor douane en handelsbevordering en het Speciaal Comité voor geografische aanduidingen en handel in wijn en gedistilleerde dranken hun eigen reglement van orde vast.
  • 3. 
    Overeenkomstig artikel 68, lid 3, van de overeenkomst worden de voorschriften voor de werking van het landbouwpartnerschap in onderlinge overeenstemming door de partijen in het Handels- en ontwikkelingscomité vastgesteld.
  • 4. 
    Op grond van artikel 103, lid 3, van de overeenkomst kan het Handels- en ontwikkelingscomité speciale technische werkgroepen oprichten voor de behandeling van specifieke aangelegenheden die binnen hun bevoegdheid vallen.
  • 5. 
    Het Handels- en ontwikkelingscomité stelt het reglement van orde voor de in lid 4 bedoelde speciale technische werkgroepen vast. Het Handels- en ontwikkelingscomité kan besluiten speciale technische werkgroepen op te heffen of hun mandaat vast te leggen of te wijzigen.
  • 6. 
    De speciale technische werkgroepen brengen na elke vergadering verslag uit aan het Handels- en ontwikkelingscomité.

Artikel 12

Wijziging van het reglement van orde

Dit reglement van orde kan worden gewijzigd bij een overeenkomstig artikel 8 vastgesteld schriftelijk besluit van het Handels- en ontwikkelingscomité.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.