Besluit 2019/1736 - Standpunt EU in het Partnerschapscomité dat is opgericht bij de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst met Armenië over de opstelling van de lijst van personen die in geschillenbeslechtingsprocedures als arbiter kunnen optreden

1.

Wettekst

18.10.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 265/4

 

BESLUIT (EU) 2019/1736 VAN DE RAAD

van 10 oktober 2019

betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Partnerschapscomité dat is opgericht bij de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, over de opstelling van de lijst van personen die in geschillenbeslechtingsprocedures als arbiter kunnen optreden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig artikel 339, lid 1, van de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds (“de overeenkomst”) dient het krachtens artikel 363 van de overeenkomst opgerichte Partnerschapscomité een lijst op te stellen van ten minste 15 personen die bereid en geschikt zijn om als arbiter op te treden (“de lijst van arbiters”).

 

(2)

Overeenkomstig artikel 385, lid 5, van de overeenkomst wordt de overeenkomst voorlopig toegepast sinds 1 juni 2018.

 

(3)

Overeenkomstig artikel 339, lid 1, van de overeenkomst hebben de Unie en de Republiek Armenië elk hun kandidaat-arbiters voorgedragen en hebben zij overeenstemming bereikt over vijf onderdanen van derde landen die als voorzitter van een arbitragepanel zullen fungeren.

 

(4)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Partnerschapscomité over de opstelling van de lijst van arbiters.

 

(5)

Het standpunt van de Unie in het Partnerschapscomité moet derhalve worden gebaseerd op het aangehechte ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Unie in het krachtens artikel 363 van de overeenkomst opgerichte Partnerschapscomité in te nemen standpunt over de opstelling van de lijst van personen die bereid en geschikt zijn om overeenkomstig artikel 339, lid 1, van de overeenkomst als arbiter op te treden, wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Partnerschapscomité.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 10 oktober 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    LINTILÄ
 

DROOGTE

ONTWERPBESLUIT Nr. …/… VAN HET PARTNERSCHAPSCOMITÉ EU-REPUBLIEK ARMENIË

van …

betreffende de opstelling van de lijst van arbiters als bedoeld in artikel 339, lid 1, van de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds

HET PARTNERSCHAPSCOMITÉ,

Gezien de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds (“de overeenkomst”), en met name artikel 339, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig artikel 339, lid 1, van de overeenkomst dient het krachtens artikel 363 van de overeenkomst opgerichte Partnerschapscomité een lijst op te stellen van ten minste 15 personen die bereid en geschikt zijn om als arbiter op te treden (“de lijst van arbiters”).

 

(2)

In artikel 339, lid 1, van de overeenkomst wordt bepaald dat de lijst van arbiters dient te worden samengesteld uit drie sublijsten: een sublijst voor elke partij en een sublijst van personen die geen onderdaan van een van de partijen zijn en die als voorzitter van het arbitragepanel zullen fungeren. Elke sublijst dient ten minste vijf personen te bevatten.

 

(3)

De Europese Unie en de Republiek Armenië hebben elk vijf kandidaat-arbiters voorgedragen en hebben overeenstemming bereikt over vijf onderdanen van derde landen die als voorzitter van een arbitragepanel zullen fungeren. Alle personen op de lijst zijn bereid en geschikt om als arbiter op te treden.

 

(4)

Om de goede werking van de overeenkomst, met name van hoofdstuk 13 van titel VI, te waarborgen, moet de lijst van arbiters door het Partnerschapscomité worden opgesteld,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De lijst van personen die bereid en geschikt zijn om als arbiter op te treden, wordt op grond van artikel 339, lid 1, van de overeenkomst opgesteld.

De lijst van arbiters is opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te …,

Voor het Partnerschapscomité

De voorzitter

 

BIJLAGE

LIJST VAN ARBITERS ALS BEDOELD IN ARTIKEL 339 VAN DE BREDE EN VERSTERKTE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE EN HUN LIDSTATEN, ENERZIJDS, EN DE REPUBLIEK ARMENIË, ANDERZIJDS

Door de Europese Unie voorgedragen arbiters

 

1.

Claus-Dieter EHLERMANN

 

2.

Giorgio SACERDOTI

 

3.

Jacques BOURGEOIS

 

4.

Pieter Jan KUIJPER

 

5.

Ramon TORRENT

Door de Republiek Armenië voorgedragen arbiters

 

1.

Nora SARGSYAN

 

2.

Arman SARGSYAN

 

3.

Grigor BEKMEZYAN

 

4.

Levon GEVORGYAN

 

5.

Mushegh MANUKYAN

Voorzitters

 

1.

William Davey (VS)

 

2.

Helge Seland (Noorwegen)

 

3.

Maryse Robert (Canada)

 

4.

Christian Häberli (Zwitserland)

 

5.

Merit Janow (VS)

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.