Besluit 2020/1324 - Standpunt EU in de Internationale Graanraad betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot het Graanhandelsverdrag, 1995

1.

Wettekst

25.9.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 311/6

 

BESLUIT (EU) 2020/1324 VAN DE RAAD

van 21 september 2020

over het namens de Europese Unie in de Internationale Graanraad in te nemen standpunt betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot het Graanhandelsverdrag, 1995

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Het Graanhandelsverdrag 1995 (“het verdrag”) is door de Unie gesloten bij Besluit 96/88/EG van de Raad (1) en is in werking getreden op 1 juli 1995. Het verdrag werd gesloten voor een periode van drie jaar.

 

(2)

Op grond van artikel 33 van het verdrag kan de Internationale Graanraad het verdrag verlengen met opeenvolgende termijnen die bij iedere gelegenheid twee jaar niet overschrijden. Sinds de sluiting ervan is het verdrag regelmatig verlengd, telkens voor een periode van twee jaar. Het verdrag werd voor het laatst verlengd bij een besluit dat de Internationale Graanraad op 10 juni 2019 heeft genomen (2), en blijft van kracht tot en met 30 juni 2021.

 

(3)

Op grond van artikel 27, lid 2, van het verdrag kunnen regeringen van alle staten tot het verdrag toetreden onder door de Internationale Graanraad passend geachte voorwaarden.

 

(4)

Op 9 april 2020 heeft het Verenigd Koninkrijk formeel een verzoek ingediend om toetreding tot het verdrag met ingang van 1 januari 2021.

 

(5)

Het Verenigd Koninkrijk is een belangrijke producent van granen, met name gerst en tarwe. Indien het verzoek van het Verenigd Koninkrijk om tot het verdrag toe te treden en bijgevolg aan de Internationale Graanraad deel te nemen, wordt goedgekeurd, zal het Verenigd Koninkrijk een invoerend lid zijn overeenkomstig artikel 12 van het verdrag. Aangezien de Unie een uitvoerend lid is, zal de toetreding van het Verenigd Koninkrijk geen gevolgen hebben voor het aantal stemmen dat aan de Unie wordt toegewezen voor stemmingsdoeleinden krachtens artikel 12 van het verdrag. Door de toetreding van het Verenigd Koninkrijk zal echter, vanaf het begrotingsjaar 2021/2022, het aantal uit hoofde van artikel 11 van het verdrag aan de Unie toegewezen stemmen, dat bepalend is voor de financiële bijdrage van de leden, verminderen.

 

(6)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie in de Internationale Graanraad moet worden ingenomen en de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot het verdrag goed te keuren op voorwaarde dat de toetreding niet in werking treedt en het verdrag ten aanzien van het Verenigd Koninkrijk niet voorlopig wordt toegepast vóór het eind van de overgangsperiode als bedoeld in artikel 126 van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (3),

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Unie in de Internationale Graanraad in te nemen standpunt houdt in dat de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot het Graanhandelsverdrag 1995 wordt goedgekeurd op voorwaarde dat de toetreding niet in werking treedt en het verdrag ten aanzien van het Verenigd Koninkrijk niet voorlopig wordt toegepast vóór het einde van de overgangsperiode als bedoeld in artikel 126 van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 21 september 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    KLOECKNER
 

  • (1) 
    Besluit 96/88/EG van de Raad van 19 december 1995 betreffende de goedkeuring, door de Europese Gemeenschap, van het Graanhandelsverdrag en het Voedselhulpverdrag, die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen (PB L 21 van 27.1.1996, blz. 47).
  • (2) 
    Besluit (EU) 2019/813 van de Raad van 17 mei 2019 inzake het namens de Europese Unie in de Internationale Graanraad in te nemen standpunt met betrekking tot de verlenging van het Graanhandelsverdrag 1995 (PB L 133 van 21.5.2019, blz. 19).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.