Uitvoeringsbesluit 2020/1357 - Toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan Slowakije om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID‐19-uitbraak te beperken

1.

Wettekst

29.9.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 314/63

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2020/1357 VAN DE RAAD

van 25 september 2020

tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Slowaakse Republiek om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID‐19-uitbraak te beperken

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2020/672 van de Raad van 19 mei 2020 betreffende de instelling van een Europees instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid te beperken in een noodtoestand (SURE) als gevolg van de COVID‐19-uitbraak (1), en met name artikel 6, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 6 augustus 2020 heeft Slowakije de Unie om financiële bijstand verzocht als aanvulling op zijn nationale inspanningen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID‐19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen.

 

(2)

De COVID‐19-uitbraak en de buitengewone maatregelen die Slowakije heeft getroffen om de uitbraak en de sociaal-economische en gezondheidseffecten daarvan in te perken, zullen naar verwachting een dramatisch effect op de overheidsfinanciën hebben. Volgens de voorjaarsprognose 2020 van de Commissie zou Slowakije tegen het einde van 2020 een overheidstekort van 8,5 % van het bruto binnenlands product (bbp) en een schuld van 59,5 % van het bbp hebben. Volgens de tussentijdse zomerprognose van de Commissie zou het bbp van Slowakije in 2020 met 9,0 % krimpen.

 

(3)

Door de COVID‐19-uitbraak is een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking in Slowakije inactief geworden. Dat heeft geleid tot een plotse en sterke stijging van de overheidsuitgaven van Slowakije in verband met de nationale werktijdverkortingsregeling en soortgelijke maatregelen, zoals uiteengezet in overweging 4.

 

(4)

Meer bepaald is met de “wet nr. 5/2004 inzake de diensten voor arbeidsvoorziening”, waarnaar in het verzoek van Slowakije van 6 augustus 2020 wordt verwezen, een aantal maatregelen ingevoerd om de gevolgen van de COVID‐19-uitbraak op te vangen, waaronder een steunregeling voor werkgevers die een deel van hun personeel tijdelijk op non-actief stellen tussen maart 2020 en december 2021. De betrokken werkgevers kunnen vergoeding van de loonkosten aanvragen tot 80 % van het gewone brutoloon van de op non-actief gestelde werknemer, met een maximum van 880 EUR per maand en op voorwaarde dat de werknemer in dienst wordt gehouden. Daarnaast zijn de volgende flankerende maatregelen ingevoerd: a) een forfaitaire vergoeding per werknemer van maart tot eind september 2020 bij een omzetdaling van minstens 20 % (een maandelijks steunbedrag van 180 tot 540 EUR afhankelijk van de grootte van de omzetdaling); b) een forfaitaire vergoeding tot eind september 2020 voor zelfstandigen met een verplichte sociale verzekering die hun omzet met minstens 20 % zien teruglopen (een maandelijks steunbedrag van 180 tot 540 EUR afhankelijk van de grootte van de omzetdaling); c) een vergoeding van 80 % van het brutowerknemersloon (met een maximum van 1 100 EUR) tot eind september 2020 voor ondernemingen die bij decreet zijn gesloten, en d) een forfaitaire uitkering van 210 EUR per maand tot eind september 2020 voor arbeidscontractanten, eenmanszaken en zelfstandigen. De forfaitaire uitkering kan worden beschouwd als een soortgelijke maatregel als een werktijdverkortingsregeling in de zin van Verordening (EU) 2020/672 omdat zij tot doel heeft zelfstandigen en soortgelijke categorieën werkenden te beschermen tegen inkomensdaling of ‐verlies.

 

(5)

Slowakije voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672 om financiële bijstand te kunnen aanvragen. Slowakije heeft de Commissie het nodige bewijsmateriaal verschaft dat de werkelijke en geplande overheidsuitgaven sinds 1 februari 2020 met 1 077 457 000 EUR zijn gestegen als gevolg van de nationale maatregelen om de sociaal-economische gevolgen van de COVID‐19-uitbraak het hoofd te bieden. Dit is een plotse en sterke stijging doordat de nieuwe maatregelen betrekking hebben op een aanzienlijk deel van de ondernemingen en van de arbeidskrachten in Slowakije. Slowakije is voornemens om 390 262 000 EUR van de stijging van het uitgavenbedrag uit Uniemiddelen te financieren en 56 311 400 EUR via eigen financiering.

 

(6)

De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2020/672, Slowakije geraadpleegd en heeft de plotse en sterke stijging geverifieerd van de werkelijke en geplande overheidsuitgaven die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen, waarvan sprake is in het verzoek van 6 augustus 2020.

 

(7)

Daarom moet financiële bijstand worden verleend om Slowakije te helpen het hoofd te bieden aan de sociaal-economische gevolgen van de ernstige economische verstoring als gevolg van de COVID‐19-uitbraak. De Commissie moet de besluiten inzake de looptijd, omvang en vrijgave van de tranches en deeltranches in nauwe samenwerking met de nationale autoriteiten nemen.

 

(8)

Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.

 

(9)

Slowakije moet de Commissie op regelmatige basis informeren over de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven, zodat de Commissie kan beoordelen in hoeverre Slowakije die uitgaven ten uitvoer heeft gelegd.

 

(10)

Bij het nemen van het besluit om financiële bijstand te verlenen is rekening gehouden met de bestaande en verwachte behoeften van Slowakije en met verzoeken om financiële bijstand op grond van Verordening (EU) 2020/672 die reeds door andere lidstaten zijn ingediend of gepland, met toepassing van de beginselen inzake gelijke behandeling, solidariteit, evenredigheid en transparantie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Slowakije voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672.

Artikel 2

  • 1. 
    De Unie stelt Slowakije een lening van maximaal 630 883 600 EUR beschikbaar. De lening heeft een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar.
  • 2. 
    De periode waarin de bij dit besluit verleende financiële bijstand beschikbaar is, bedraagt 18 maanden te rekenen vanaf de eerste dag nadat dit besluit van kracht is geworden.
  • 3. 
    De Commissie stelt de financiële bijstand van de Unie in maximaal acht tranches beschikbaar aan Slowakije. Een tranche kan in een of meer deeltranches worden uitbetaald. De looptijden van de deeltranches in het kader van de eerste tranche kunnen langer zijn dan de in lid 1 genoemde maximale gemiddelde looptijd. In dergelijke gevallen worden de looptijden van verdere deeltranches zodanig vastgesteld dat de in lid 1 genoemde maximale gemiddelde looptijd in acht is genomen als alle tranches zijn uitbetaald.
  • 4. 
    De vrijgave van de eerste tranche hangt af van de inwerkingtreding van de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst.
  • 5. 
    Slowakije betaalt de in artikel 4 van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde financieringskosten van de Unie voor elke tranche, vermeerderd met alle vergoedingen, kosten en uitgaven van de Unie die uit de financiering van de uit hoofde van lid 1 van dit artikel toegekende lening voortvloeien.
  • 6. 
    De Commissie beslist over de omvang en de vrijgave van de tranches, alsmede over de omvang van de deeltranches.

Artikel 3

Slowakije mag de nationale werktijdverkortingsregeling en de flankerende maatregelen waarin is voorzien bij artikel 54, lid 1, onder e), van de "wet nr. 5/2004 inzake de diensten voor arbeidsvoorziening” financieren.

Artikel 4

Slowakije stelt de Commissie uiterlijk op 30 maart 2021, en nadien om de zes maanden, in kennis van de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven totdat die geplande overheidsuitgaven volledig ten uitvoer zijn gelegd.

Artikel 5

Dit besluit is gericht tot de Slowaakse Republiek.

Dit besluit wordt van kracht op de datum van de kennisgeving ervan aan de geadresseerde.

Artikel 6

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    ROTH
 

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.