Uitvoeringsbesluit 2021/680 - Wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 tot toekenning van tijdelijke steun aan Cyprus om het risico op werkloosheid door de COVID-19-uitbraak te beperken

1.

Wettekst

27.4.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 144/19

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2021/680 VAN DE RAAD

van 23 april 2021

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Republiek Cyprus om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2020/672 van de Raad van 19 mei 2020 betreffende de instelling van een Europees instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid te beperken in een noodtoestand (SURE) als gevolg van de COVID-19-uitbraak (1), en met name artikel 6, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Naar aanleiding van een verzoek van Cyprus van 6 augustus 2020 heeft de Raad op 25 september 2020 financiële bijstand aan Cyprus toegekend in de vorm van een lening van maximaal 479 070 000 EUR met een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar, als aanvulling op de nationale inspanningen van Cyprus om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen.

 

(2)

De lening diende door Cyprus te worden gebruikt ter financiering van de werktijdverkortingsregelingen, soortgelijke maatregelen en maatregelen op gezondheidsgebied als bedoeld in artikel 3 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 van de Raad (2).

 

(3)

Door de COVID-19-uitbraak is een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking in Cyprus nog steeds inactief. Dit heeft geleid tot een plotse en sterke stijging van de overheidsuitgaven in Cyprus ten aanzien van de in artikel 3, punten a tot en met e), g) en h), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 bedoelde maatregelen.

 

(4)

De COVID-19-uitbraak en de buitengewone maatregelen die Cyprus in 2020 en 2021 heeft getroffen om de uitbraak en de sociaal-economische en gezondheidseffecten daarvan in te perken, hadden en hebben nog steeds een dramatisch effect op de overheidsfinanciën. Volgens de najaarsprognose 2020 van de Commissie zou Cyprus tegen het einde van 2020 een overheidstekort van 6,1 % van het bruto binnenlands product (bbp) en een overheidsschuld van 112,6 % van het bbp hebben. In 2021 zullen het overheidstekort en de overheidsschuld van Cyprus naar verwachting teruglopen tot respectievelijk 2,3 % en 108,2 % van het bbp. Volgens de tussentijdse winterprognose 2021 van de Commissie zou het bbp van Cyprus in 2021 met 3,2 % toenemen.

 

(5)

Op 10 maart 2021 heeft Cyprus de Unie om 124 700 000 EUR aan verdere financiële bijstand verzocht als aanvulling op zijn in 2020 en 2021 gedane nationale inspanningen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen. Hierbij gaat het met name om de in de overwegingen 6 tot en met 13 beschreven maatregelen.

 

(6)

“Wet nr. 27(I)/2020” (3), “Wet nr. 49(I)/2020” (4), “Wet nr. 140(I)/2020” (5) en “Wet 36(I)2021” (6) waren de grondslag voor de invoering van een reeks maandelijkse bestuurlijke besluiten (7) waarin maatregelen werden uiteengezet om aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Op basis van die wetten hebben de autoriteiten een “bijzondere verlofregeling” ingevoerd, als bedoeld in artikel 3, punt a), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344, waarmee wordt voorzien in looncompensatie voor ouders die in de particuliere sector werken en kinderen tot 15 jaar of kinderen — ongeacht de leeftijd — met een handicap hebben. Die bijzondere verlofregeling kan worden beschouwd als een maatregel die vergelijkbaar is met werktijdverkortingsregelingen, als bedoeld in Verordening (EU) 2020/672, omdat daarmee wordt voorzien in inkomenssteun voor werknemers en die regeling helpt werkgelegenheid te behouden doordat wordt voorkomen dat ouders die voor hun kinderen moeten zorgen omdat scholen gesloten zijn, het dienstverband moeten opzeggen. De maatregel, die oorspronkelijk gold voor de periode van februari tot en met juni 2020, is uitgebreid om ook de periode januari tot en met juli 2021 te dekken.

 

(7)

Bovendien waren wet nr. 27(I)/2020, Wet nr. 49(I)/2020, Wet nr. 140(I)/2020 en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (8) de grondslag voor de invoering van een regeling ter ondersteuning van ondernemingen die hun activiteiten volledig moesten schorsen, als bedoeld in artikel 3, punt b), van uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Met die regeling wordt voorzien in looncompensatie voor 97 % van de werknemers van ondernemingen die gedwongen zijn hun activiteiten te schorsen, op voorwaarde dat de werkgelegenheid behouden blijft. De compensatie dekt 60 % van het salaris van de werknemer of 60 % van de socialezekerheidsrechten die de werknemer heeft opgebouwd in 2018 (in 2019 voor de periode van juli en augustus 2020), afhankelijk van wat het grootst is. Het bedrag van de compensatie ligt tussen maximaal 1 214 EUR en minimaal 360 EUR per maand. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode van maart tot en met augustus 2020 en werd verlengd om ook de periode van september 2020 tot en met juli 2021 te dekken.

 

(8)

Bovendien waren “Wet nr. 27(I)/2020”,“Wet nr. 49(I)/2020”, “Wet nr. 140(I)/2020” en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (9) de grondslag voor de invoering van een regeling ter ondersteuning van ondernemingen die hun activiteiten gedeeltelijk moesten schorsen, als bedoeld in artikel 3, punt b), van uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in looncompensatie voor werknemers van ondernemingen die als gevolg van de COVID-19-crisis hun omzet zien dalen, op voorwaarde dat de werkgelegenheid behouden blijft. De compensatie dekt 60 % van het salaris van de werknemer of 60 % van de socialezekerheidsrechten die de werknemer heeft opgebouwd in 2018, afhankelijk van wat het grootst is. Het bedrag van de compensatie ligt tussen maximaal 1 214 EUR en minimaal 360 EUR per maand. De maatregel, die oorspronkelijk gold voor de periode maart-juni 2020, is uitgebreid om ook de periode januari-mei 2021 te dekken.

 

(9)

“Wet nr. 27(I)/2020”, “Wet nr. 49(I)/2020”, “Wet nr. 140(I)/2020” en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (10) waren de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling voor zelfstandigen”, als bedoeld in artikel 3, punt c), van uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in compensatie voor zelfstandigen die geen activiteiten kunnen uitoefenen overeenkomstig het decreet van de minister van Gezondheid of een kabinetsbesluit. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode maart-juni 2020, en werd uitgebreid om ook de periode juli 2020 tot en met juli 2021 te dekken.

 

(10)

“Wet nr. 27(I)/2020”, “Wet nr. 49(I)/2020”, “Wet nr. 140(I)/2020” en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (11) waren de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling voor hotels en toeristische accommodatie”, als bedoeld in artikel 3, punt d), van uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in looncompensatie ter ondersteuning van werknemers in de hotelsector en andere bedrijven die toeristische accommodatie aanbieden, en van wie de werkgever zijn activiteiten volledig heeft geschorst of die zijn omzet met meer dan 40 % zag terugvallen. Voorwaarde om de aan de regeling te kunnen deelnemen, is het behoud van werkgelegenheid. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode juni tot en met oktober 2020, en werd uitgebreid om ook de periode november 2020 tot en met juli 2021 te dekken.

 

(11)

“Wet nr. 27(I)/2020”, “Wet nr. 49(I)/2020”, “Wet nr. 140(I)/2020” en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (12) waren de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven uit de toeristische sector of getroffen door het toerisme of verbonden met bedrijven die hun activiteiten volledig moeten schorsen”, als bedoeld in artikel 3, punt e), van uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in looncompensatie voor werknemers in de hotelsector en andere bedrijven die toeristische accommodatie aanbieden, die hun activiteiten volledig hebben geschorst of die hun omzet met meer dan 40 % zagen terugvallen, tegenover 55 % in de oorspronkelijke regeling, op voorwaarde dat de werkgelegenheid behouden blijft. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode juni tot en met augustus 2020 en werd uitgebreid en gewijzigd om ook de periode september 2020 tot en met 2021 te dekken.

 

(12)

Voorts worden met de “subsidieregeling” van “Aanvullende begroting, Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak”, waarnaar in artikel 3, punt g), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 wordt verwezen, subsidies ingevoerd voor zeer kleine en kleine ondernemingen en zelfstandigen die tot 50 werknemers in dienst hebben. Het verzoek ziet alleen op het deel van de uitgaven met betrekking tot de steun aan de zelfstandigen en eenmansbedrijven. Met die subsidies wordt een vast subsidiebedrag toegekend om de exploitatiekosten van kleine ondernemingen en zelfstandigen te ondersteunen. Voor verschillende categorieën ondernemingen zijn de vaste subsidiebedragen herzien op basis van het aantal werknemers. Daarnaast zijn er voor ondernemingen die hun activiteiten sinds maart 2020 hebben geschorst subsidies overeengekomen voor een bedrag van 10 000 EUR voor maximaal 9 werknemers en 15 000 EUR voor meer dan 9 werknemers. Die subsidieregeling kan worden beschouwd als een maatregel die vergelijkbaar is met werktijdverkortingsregelingen, als bedoeld in Verordening (EU) 2020/672, omdat die bedoeld is om zelfstandigen of gelijksoortige categorieën werknemers tegen inkomensdaling of -verlies te beschermen. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode april en mei 2020 en werd uitgebreid en gewijzigd voor november 2020.

 

(13)

Cyprus heeft tevens een bij “Wet nr. 27(I)/2020”, “Wet nr. 49(I)/2020”, “Wet nr. 140(I)/2020” en “Wet 36(I)2021” alsook een aantal bestuurlijke besluiten (13) ingevoerde maatregel op gezondheidsgebied ter bestrijding van de COVID-19-crisis verlengd. Met name wordt met de “regeling ziekte-uitkeringen”, als bedoeld in artikel 3, punt h), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344, voorzien in looncompensatie voor werknemers van de particuliere sector en voor zelfstandigen, op voorwaarde dat zij zijn ingedeeld bij kwetsbare personen overeenkomstig een door het ministerie van Gezondheid bekendgemaakte lijst, zij door de autoriteiten in quarantaine zijn geplaatst of zij met COVID-19 besmet zijn. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode van maart tot en met juni 2020, en werd uitgebreid om ook de periode van november 2020 tot en met juli 2021 te dekken.

 

(14)

Cyprus voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672 om financiële bijstand te kunnen aanvragen. Cyprus heeft de Commissie het nodige bewijsmateriaal verschaft dat de werkelijke en geplande overheidsuitgaven sinds 1 februari 2020 met 742 040 000 EUR zijn gestegen als gevolg van de nationale maatregelen om de sociaal-economische gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Dit is een plotse en sterke stijging omdat zij verband houdt met een verlenging van bestaande nationale maatregelen die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen die een aanzienlijk deel van de ondernemingen en de beroepsbevolking in Cyprus bestrijken. Cyprus is voornemens om 138 270 000 EUR van de stijging van het uitgavenbedrag uit Uniemiddelen te financieren.

 

(15)

De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2020/672, Cyprus geraadpleegd en heeft de plotse en sterke stijging geverifieerd van de werkelijke en geplande overheidsuitgaven die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen, alsmede het beroep dat wordt gedaan op maatregelen op gezondheidsgebied die verband houden met de COVID-19-uitbraak, waarvan sprake is in het verzoek van Cyprus van 10 maart 2021.

 

(16)

De maatregel op gezondheidsgebied, als bedoeld in het verzoek van Cyprus van 10 maart 2021 in overweging 13, bedraagt 440 000 EUR.

 

(17)

Daarom moet financiële bijstand worden verleend om Cyprus te helpen het hoofd te bieden aan de sociaal-economische gevolgen van de ernstige economische verstoring als gevolg van de COVID-19-uitbraak. De Commissie moet de besluiten inzake de looptijd, omvang en vrijgave van de tranches en deeltranches in nauwe samenwerking met de nationale autoriteiten nemen.

 

(18)

Cyprus en de Commissie moeten in de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst met dit besluit rekening houden.

 

(19)

Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.

 

(20)

Cyprus moet de Commissie op regelmatige basis informeren over de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven, zodat de Commissie kan beoordelen in hoeverre Cyprus die uitgaven ten uitvoer heeft gelegd.

 

(21)

Bij het nemen van het besluit om financiële bijstand te verlenen is rekening gehouden met de bestaande en verwachte behoeften van Cyprus en met verzoeken om financiële bijstand op grond van Verordening (EU) 2020/672 die reeds door andere lidstaten zijn ingediend of gepland, met toepassing van de beginselen inzake gelijke behandeling, solidariteit, evenredigheid en transparantie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

lid 1 wordt vervangen door:

 

“1.

De Unie stelt Cyprus een lening van maximaal 603 770 000 EUR beschikbaar. De lening heeft een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar.”;

 

b)

lid 4 wordt vervangen door:

 

“4.

De vrijgave van de eerste tranche hangt af van de inwerkingtreding van de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst. Eventuele verdere tranches worden vrijgegeven overeenkomstig de voorwaarden van die leningsovereenkomst of zijn, in voorkomend geval, onderworpen aan de inwerkingtreding van een addendum bij die overeenkomst of van een gewijzigde leningsovereenkomst.”;

 

2)

artikel 3 wordt vervangen door:

“Artikel 3

Cyprus mag de volgende maatregelen financieren:

 

a)

de bijzondere regeling ouderschapsverlof, waarin wordt voorzien door “Wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 127/148/151/184/192/212/213/235/2020”, zoals uitgebreid;

 

b)

de regelingen ter ondersteuning van ondernemingen wegens de volledige schorsing van hun activiteiten, waarin door “wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 130/148/151/187/212/213/238/243/271/273/2020”, wordt voorzien, zoals uitgebreid;

 

c)

de regelingen ter ondersteuning van ondernemingen wegens de gedeeltelijke schorsing van hun activiteiten, waarin door “wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 131/148/151/188/212/213/239/2020” wordt voorzien, zoals uitgebreid;

 

d)

de bijzondere regeling voor zelfstandigen, waarin door “wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 129/148/151/186/213/237/322/2020” wordt voorzien, zoals uitgebreid;

 

e)

de bijzondere regeling voor hotels en toeristische accommodatie, waarin wordt voorzien door “Wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 269/317/2020”, zoals uitgebreid;

 

f)

de bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven uit de toeristische sector of getroffen door het toerisme of verbonden met bedrijven die hun activiteiten volledig moeten schorsen, waarin wordt voorzien door “Wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 270/318/2020”, zoals uitgebreid en gewijzigd;

 

g)

de bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven die vooraf omschreven activiteiten uitoefenen, waarin wordt voorzien door “Wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 272/320/396/420/500/535/633/2020”;

 

h)

de subsidieregeling voor zeer kleine en kleine ondernemingen en zelfstandigen, waarin wordt voorzien door de “Aanvullende begroting, Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak”, voor het gedeelte van de uitgaven met betrekking tot de steun aan zelfstandigen en eenmansbedrijven, zoals uitgebreid en gewijzigd;

 

i)

de regeling ziekte-uitkeringen, waarin wordt voorzien door “Wet nr. 27(I)/2020” en “bestuurlijke besluiten 128/148/151/185/212/236/2020”, zoals uitgebreid.”;

 

3)

artikel 4 wordt vervangen door:

“Artikel 4

  • 1. 
    Cyprus stelt de Commissie uiterlijk op 30 maart 2021, en nadien om de zes maanden, in kennis van de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven totdat die geplande overheidsuitgaven volledig ten uitvoer zijn gelegd.
  • 2. 
    Voor zover de in artikel 3 bedoelde maatregelen zijn gebaseerd op geplande overheidsuitgaven en onder een uitvoeringsbesluit tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 vallen, stelt Cyprus de Commissie zes maanden na de vaststelling van dat wijzigingsuitvoeringsbesluit, en nadien om de zes maanden, in kennis van de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven totdat die geplande overheidsuitgaven volledig ten uitvoer zijn gelegd.”.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de Republiek Cyprus.

Dit besluit wordt van kracht op de datum van de kennisgeving ervan aan de geadresseerde.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 23 april 2021.

Voor de Raad

De voorzitter

A.P. ZACARIAS

 

  • (2) 
    Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 van de Raad van 25 september 2020 tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan Cyprus om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken (PB L 314 van 29.9.2020, blz. 13).
  • (3) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4748, 27.3.2020
  • (4) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4756, 26.5.2020
  • (5) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4780, 12.10.2020
  • (6) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4823, 30.3.2021
  • (7) 
    “Bestuurlijke besluiten 127/148/151/184/192/212/213/235/2020”, en uitgebreid met “bestuurlijke besluiten 20/88/2021”.
  • (8) 
    “Bestuurlijke besluiten 130/148/151/187/212/213/238/243/271/273/2020”, en uitgebreid met “bestuurlijke besluiten 319/395/421/501/536/634/2020 en 15/83/2021”.
  • (9) 
    “Bestuurlijke besluiten 131/148/151/188/212/213/239/2020”, en uitgebreid met “bestuurlijke besluiten 16/84/2021”.
  • “Bestuurlijke besluiten 129/148/151/186/213/237/322/2020”, zoals uitgebreid door “bestuurlijke besluiten 398/423/503/538/636/2020 en 18/86/2021”.
  • “Bestuurlijke besluiten 269/317/2020”, zoals uitgebreid door “bestuurlijke besluiten 393/418/498/533/631/2020 en 13/81/2021”.
  • “Bestuurlijke besluiten 270/318/2020”, zoals uitgebreid door “bestuurlijke besluiten 394/419/499/534/632/2020 en 14/82/2021”.
  • “Bestuurlijke besluiten 128/148/151/185/212/236/2020”, zoals uitgebreid door “bestuurlijke besluiten 637/2020 en 19/87/2021”.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.