Besluit 2022/1223 - Toewijzing van vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds teneinde acties te financieren voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne

1.

Wettekst

15.7.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/147

 

BESLUIT (EU) 2022/1223 VAN DE RAAD

van 12 juli 2022

inzake de toewijzing van vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds teneinde acties te financieren voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 overeenkomstig de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (1) (“Intern Akkoord van het 10e EOF”), en met name artikel 1, lid 5,

Gezien het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020, overeenkomstig de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, en betreffende de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn (2) (“Intern Akkoord van het 11e EOF”), en met name artikel 1, leden 4 en 5,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Als gevolg van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne verslechtert de voedselzekerheidssituatie in de wereld snel, en veel van de getroffen landen zijn minst ontwikkelde landen of landen met een laag inkomen en een voedseltekort.

 

(2)

In het kader van de geografische pijler van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld, dat is ingesteld bij Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad (3), is er al 3 miljard EUR geprogrammeerd. Van dat bedrag is er 2,3 miljard EUR geprogrammeerd in landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) voor de financiering van acties op het gebied van landbouw, voeding, water en sanitaire voorzieningen tussen 2021 en 2024. Gezien de omvang van de behoeften en de verwachte gevolgen moeten er extra middelen vrijgemaakt worden om de zwaarst getroffen partnerlanden te steunen.

 

(3)

De Unie is dicht bij de volledige uitvoering van de oorspronkelijke begroting voor humanitaire hulp ten behoeve van de voedselzekerheid en aanverwante behoeften in de ACS-landen die zijn vastgesteld vóór het begin van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne. Gezien de uitzonderlijk moeilijke voedselzekerheidssituatie in de ACS-landen moeten die middelen aangevuld worden met passende middelen om te reageren op de verdere toename van de humanitaire behoeften en om de continuïteit van de samenwerking bij de overgang van een crisissituatie naar stabiele omstandigheden voor ontwikkeling te waarborgen.

 

(4)

In zijn conclusies van 24 en 25 maart 2022 heeft de Europese Raad de Commissie verzocht prioriteit te geven aan de werkzaamheden op het gebied van wereldwijde voedselzekerheid en de betaalbaarheid van levensmiddelen, met name door de ondersteuning van voedselzekerheid en landbouw in Oekraïne en in de meest kwetsbare en zwaarst getroffen derde landen.

 

(5)

In zijn conclusies van 30 en 31 mei 2022 heeft de Europese Raad de Commissie verzocht na te gaan of het mogelijk is reserves uit het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) vrij te maken ter ondersteuning van de meest getroffen partnerlanden.

 

(6)

In zijn conclusies van 20 juni 2022 heeft de Raad aangegeven de respons van Team Europa op de wereldwijde voedselonzekerheid te steunen en heeft hij de Commissie, de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) en de lidstaten opgeroepen prioriteit te geven aan financiële steun om de mondiale voedselzekerheid aan te pakken, waaronder onmiddellijke humanitaire behoeften, met inbegrip van, indien nodig, financiële en technische ondersteuning voor landen die netto-voedselimporteurs zijn, alsook aan duurzame voedselsystemen op middellange tot lange termijn en een verbeterde lokale productie met het oog op een grotere veerkracht, en alle beschikbare financieringsbronnen te verkennen, met inbegrip van het gebruiken van reserves uit het EOF.

 

(7)

Voorts heeft de Raad benadrukt dat het belangrijk is dat de Unie zich zeer solidair toont door middel van een snelle en brede respons die gebaseerd is op effectief multilateralisme, voortbouwt op de mededeling van de Commissie van 23 maart 2022 getiteld “De voedselzekerheid waarborgen en de veerkracht van voedselsystemen versterken” en op de drie pijlers — handel, solidariteit en productie — van de missie voor veerkracht in de voedings- en landbouwsector (Food and Agriculture Resilience Mission — FARM), die door de Europese Raad werd verwelkomd, en volledig in overeenstemming moet zijn met de respons van de groep voor mondiale crisisrespons van de Verenigde Naties en andere relevante internationale initiatieven hieromtrent, met name de wereldwijde alliantie voor voedselzekerheid van de G-7.

 

(8)

Gezien de aanzienlijke gevolgen in verschillende ACS-landen, moet de uitzonderlijke mobilisering van vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e EOF de Unie en haar lidstaten in staat stellen hun respons op de crisis te intensiveren, met bijzondere aandacht voor de meest kwetsbare ACS-landen die het grootste risico lopen.

 

(9)

Uit die middelen moeten acties gefinancierd worden ter ondersteuning van de voedselproductie en de veerkracht van voedselsystemen, alsook humanitaire hulp en macro-economische steun om macro-economische stabiliteit te waarborgen, te helpen opnieuw budgettaire ruimte te verkrijgen en internationale reserves aan te vullen, met name via multilaterale organen. De middelen moeten ook ondersteunende uitgaven als bedoeld in artikel 6 van het Intern Akkoord van het 11e EOF omvatten.

 

(10)

Op grond van artikel 153 van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (4) wordt het aandeel van het Verenigd Koninkrijk in die middelen niet hergebruikt.

 

(11)

Aangezien artikel 14, lid 3, van het Intern Akkoord van het 11e EOF bepaalt dat dat akkoord van kracht blijft voor zover dat nodig is voor de volledige uitvoering van alle uit hoofde van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst gefinancierde verrichtingen, wordt die bepaling zo uitgelegd dat zij ook de huidige uitzonderlijke mobilisering van vrijgemaakte middelen van het 10e en 11e EOF omvat teneinde acties voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in ACS-landen ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne te financieren.

 

(12)

De middelen moeten benut worden overeenkomstig de regelingen en procedures die van toepassing zijn op het 11e EOF, zoals uiteengezet in Verordeningen (EU) 2015/322 (5) en (EU) 2018/1877 (6) van de Raad.

 

(13)

Hergebruikte middelen van het 10e EOF die niet voorheen waren vastgelegd overeenkomstig artikel 1, lid 3, van het Intern Akkoord van het 11e EOF of die zijn vrijgemaakt overeenkomstig artikel 1, lid 4, van dat akkoord, blijven middelen van het 10e EOF uit hoofde van artikel 1, lid 2, punt a), van het Intern Akkoord van het 10e EOF.

 

(14)

Hergebruikte middelen van het 11e EOF die niet voorheen waren vastgelegd of die zijn vrijgemaakt overeenkomstig artikel 24, lid 5, van Verordening (EU) 2018/1877, blijven middelen van het 11e EOF overeenkomstig artikel 1, lid 2, punt a), van het Intern Akkoord van het 11e EOF,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    Een bedrag van maximaal 600 000 000 EUR van de vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) wordt bij uitzondering toegewezen voor de financiering van acties voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in de ACS-landen ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne.
  • 2. 
    Uit de in lid 1 bedoelde middelen worden volgens de volgende verdeling acties gefinancierd:
 

maximaal 350 000 000 EUR voor voedselproductie en de veerkracht van voedselsystemen,

 

maximaal 150 000 000 EUR voor humanitaire hulp, en

 

maximaal 100 000 000 EUR voor macro-economische steun.

  • 3. 
    Maximaal 488 000 000 EUR van het in lid 1 bedoelde bedrag komt uit het 10e EOF, en maximaal 112 000 000 EUR uit het 11e EOF. Van die middelen wordt maximaal 18 000 000 EUR toegewezen ter dekking van de ondersteunende uitgaven van de Commissie.
  • 4. 
    De in lid 1 bedoelde middelen worden benut voor financiële vastleggingen overeenkomstig de regelingen en procedures die van toepassing zijn op het 11e EOF, zoals uiteengezet in Verordeningen (EU) 2015/322 en (EU) 2018/1877.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de vaststelling ervan.

Gedaan te Brussel, 12 juli 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • Z. 
    STANJURA
 

  • (3) 
    Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juni 2021 tot vaststelling van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld, tot wijziging en intrekking van Besluit nr. 466/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad (PB L 209 van 14.6.2021, blz. 1).
  • (6) 
    Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad van 26 november 2018 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds, en tot intrekking van Verordening (EU) 2015/323 (PB L 307 van 3.12.2018, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.