Verordening 2022/2577 - Kader om de inzet van hernieuwbare energie te versnellen

1.

Wettekst

29.12.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/36

 

VERORDENING (EU) 2022/2577 VAN DE RAAD

van 22 december 2022

tot vaststelling van een kader om de inzet van hernieuwbare energie te versnellen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 122, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De aanvalsoorlog van de Russische Federatie tegen Oekraïne en de ongekende beperking van aardgasleveringen van de Russische Federatie aan de lidstaten vormen een gevaar voor de voorzieningszekerheid van de Unie en haar lidstaten. Tegelijk hebben de inzet van de gastoevoer als wapen en de manipulatie van de markten door de Russische Federatie door opzettelijke verstoringen van de gasstromen de energieprijzen in de Unie zeer sterk doen stijgen, waardoor niet alleen de economie van de Unie in gevaar komt maar ook de voorzieningszekerheid ernstig wordt bedreigd. Een snelle inzet van hernieuwbare energiebronnen kan helpen om de gevolgen van de huidige energiecrisis te verzachten en een verdedigingswal opwerpen tegen de acties van Rusland. Hernieuwbare energie kan de Russische inzet van energie als wapen in aanzienlijke mate helpen bestrijden, door de voorzieningszekerheid van de Unie te versterken, de volatiliteit op de markt te verminderen en de energieprijzen te verlagen.

 

(2)

In de afgelopen maanden hebben de acties van Rusland de situatie op de markt verder verslechterd, met name vanwege het grotere risico dat de Russische gasleveringen aan de Unie in de nabije toekomst volledig worden stopgezet, een situatie die gevolgen heeft gehad voor de voorzieningszekerheid van de Unie. Daardoor is de volatiliteit van de energieprijzen in de Unie sterk toegenomen en zijn de gas- en elektriciteitsprijzen tijdens de zomer tot recordhoogte opgestuwd, wat heeft geleid tot stijgende detailhandelsprijzen voor elektriciteit, die naar verwachting gaandeweg in de meeste consumentencontracten doorsijpelen, waardoor huishoudens en bedrijven hier steeds meer last van ondervinden. De verslechterde situatie op de energiemarkten heeft aanzienlijk bijgedragen tot de algemene inflatie in de eurozone, waardoor de economische groei in de Unie is vertraagd. Los van een eventuele tijdelijke verlaging van de groothandelsprijzen blijft dat risico actueel, en volgend jaar in nog grotere mate, zoals wordt erkend in het noodvoorstel van de Commissie bij de mededeling van de Commissie van 18 oktober 2022 over Noodsituatie op energiegebied — samen voorbereidingen treffen, aankopen doen en de EU beschermen. Europese energiebedrijven kunnen volgend jaar grote moeite hebben om hun gasopslagfaciliteiten te vullen, aangezien het in het licht van de huidige politieke situatie zeer waarschijnlijk is dat er nog minder of zelfs geen pijpleidinggas uit Rusland de Unie zal bereiken. Daarnaast is de doelstelling voor 2023, zoals vastgelegd in Verordening (EU) 2022/1032 van het Europees Parlement en de Raad (1), om 90 % van de gasopslagcapaciteit van de Unie te vullen, ten opzichte van 80 % voor deze winter. Ook kunnen onvoorspelbare gebeurtenissen, zoals sabotage van pijpleidingen, en andere verstoringsrisico's tot extra belasting op de gasmarkten leiden. Voorts zijn de vooruitzichten voor het concurrentievermogen van de Europese industrie op het gebied van hernieuwbare-energietechnologie verzwakt door recent beleid in andere delen van de wereld dat gericht is op steun voor en een snellere opschaling van complete waardeketens voor hernieuwbare-energietechnologie.

 

(3)

In dit verband, en om Europese consumenten en bedrijven minder bloot te stellen aan de negatieve economische en maatschappelijke gevolgen van hoge en volatiele prijzen, om de vereiste vermindering van de vraag naar energie gemakkelijker te verwezenlijken door aardgasleveringen te vervangen door energie uit hernieuwbare bronnen, en verder om de voorzieningszekerheid te vergroten, moet de Unie onmiddellijke en tijdelijke stappen zetten om de inzet van hernieuwbare energiebronnen te versnellen, met name door middel van gerichte maatregelen die het tempo van de inzet van hernieuwbare energiebronnen in de Unie op de korte termijn kunnen versnellen.

 

(4)

Die dringende maatregelen zijn geselecteerd vanwege hun aard en hun potentieel om op korte termijn bij te dragen tot de oplossing voor de noodsituatie op energiegebied. Meer in het bijzonder kunnen de lidstaten verschillende van de maatregelen in deze verordening snel uitvoeren teneinde de vergunningsprocedure voor hernieuwbare-energieprojecten te stroomlijnen, zonder dat hun nationale procedures en rechtsstelsels omstandig moeten worden gewijzigd, zodat de inzet van hernieuwbare energiebronnen op korte termijn een sterke impuls krijgen. Sommige van die maatregelen zijn algemeen van aard, zoals de invoering van een weerlegbaar vermoeden dat hernieuwbare-energieprojecten van hoger openbaar belang zijn voor de toepassing van de relevante milieuwetgeving, of de invoering van verduidelijkingen met betrekking tot het toepassingsgebied van bepaalde milieurichtlijnen en de vereenvoudiging van het vergunningskader voor de repowering van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, door de nadruk te leggen op de gevolgen van de wijzigingen of uitbreidingen ten opzichte van het oorspronkelijke project. Andere maatregelen zijn gericht op specifieke technologieën, zoals de aanzienlijk kortere en snellere vergunningverlening voor apparatuur voor zonne-energie op bestaande structuren. Het is passend die noodmaatregelen zo snel mogelijk uit te voeren en zo nodig aan te passen om de huidige uitdagingen gericht aan te pakken.

 

(5)

Er moeten aanvullende dringende en gerichte maatregelen worden ingevoerd voor specifieke technologieën en voor het soort projecten met het grootste potentieel voor snelle implementatie en met onmiddellijke gevolgen voor de doelstellingen om prijsvolatiliteit te verminderen en de vraag naar aardgas te verlagen zonder de totale vraag naar energie te beperken. Naast de versnelling van de vergunningsprocedures met betrekking tot apparatuur voor zonne-energie op kunstmatige structuren, is het passend de inzet van kleinschalige zonne-energie-installaties, waaronder voor zelfverbruikers van hernieuwbare energie en collectieve zelfverbruikers zoals lokale energiegemeenschappen, te bevorderen en te versnellen, aangezien dat de opties zijn die het minst kosten, het meest toegankelijk zijn en de minste milieu- of andere gevolgen hebben voor een snelle inzet van nieuwe installaties voor hernieuwbare energie. Daarnaast ondersteunen die projecten huishoudens en bedrijven die met hoge energieprijzen te kampen hebben rechtstreeks en beschermen zij consumenten tegen prijsvolatiliteit. De repowering van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen is een optie om de productie van hernieuwbare energie snel op te voeren met het minste effect op de netwerkinfrastructuur en het milieu, ook in het geval van technologieën voor de productie van hernieuwbare energie, zoals windenergie, waarvoor de vergunningsprocedures doorgaans langer zijn. Ten slotte zijn warmtepompen een rechtstreeks hernieuwbaar alternatief voor aardgasketels en hebben zij het potentieel om de vraag naar aardgas tijdens het stookseizoen aanzienlijk te verminderen.

 

(6)

Gezien de dringende en uitzonderlijke energiesituatie moeten de lidstaten vrijstellingen van bepaalde in de milieuwetgeving van de Unie vastgestelde beoordelingsverplichtingen kunnen invoeren voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie en voor energieopslagprojecten en elektriciteitsnetprojecten die nodig zijn voor de integratie van hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem. Om deze vrijstellingen in te kunnen voeren moet aan twee voorwaarden worden voldaan, namelijk dat het project is gelegen in een gebied dat is aangewezen voor hernieuwbare energie of elektriciteitsnetten, en dat voor dit gebied een strategische milieubeoordeling moet zijn uitgevoerd. Daarnaast moeten evenredige risicobeperkende maatregelen of, indien deze niet beschikbaar zijn, compenserende maatregelen worden genomen om de bescherming van soorten te waarborgen.

 

(7)

Deze verordening moet van toepassing zijn op vergunningsprocedures met een aanvangsdatum binnen de periode van toepassing ervan. Met het oog op de doelstelling van deze verordening, en de hoogdringendheid en de uitzonderlijke context van de vaststelling ervan, met name gezien het feit dat een versnelling op korte termijn van het tempo van de inzet van hernieuwbare energie in de Unie de toepassing van de bepalingen van deze verordening op hangende vergunningsprocedures rechtvaardigt, moet de lidstaten worden toegestaan deze verordening, of sommige bepalingen ervan, toe te passen op aanhangige vergunningsprocedures waarvoor de bevoegde instantie nog geen definitief besluit heeft genomen, mits bij de toepassing van die voorschriften de reeds bestaande rechten van derden en hun legitieme verwachtingen naar behoren worden geëerbiedigd. Daarom moeten de lidstaten ervoor zorgen dat deze verordening evenredig wordt toegepast op aanhangige vergunningsprocedures en de rechten en legitieme verwachtingen van alle belanghebbenden door de verordening op passende wijze worden beschermd.

 

(8)

Een van de tijdelijke maatregelen is de invoering van een weerlegbaar vermoeden dat hernieuwbare-energieprojecten van hoger openbaar belang zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid ten goede komen voor de toepassing van de relevante milieuwetgeving van de Unie, tenzij er duidelijke aanwijzingen zijn dat die projecten grote nadelige milieueffecten hebben die niet kunnen worden beperkt of gecompenseerd. Installaties voor hernieuwbare energie, inclusief warmtepompen of windenergie, zijn van cruciaal belang om de klimaatverandering en de verontreiniging te bestrijden, de energieprijzen te verlagen, de afhankelijkheid van de Unie van fossiele brandstoffen te verminderen en de voorzieningszekerheid van de Unie te waarborgen. Door het vermoeden dat installaties voor hernieuwbare energie, inclusief warmtepompen, van hoger openbaar belang zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid dienen, zouden die projecten, indien nodig, met onmiddellijke ingang kunnen profiteren van een vereenvoudigde beoordeling voor een specifieke afwijking, zoals in de desbetreffende milieuwetgeving van de Unie is bepaald. De lidstaten zouden, rekening houdend van hun specifieke nationale kenmerken, de mogelijkheid moeten krijgen om de toepassing van dit vermoeden te beperken tot bepaalde delen van hun grondgebied of bepaalde technologieën of projecten. De lidstaten kunnen overwegen dit vermoeden toe te passen in hun desbetreffende nationale landschapswetgeving.

 

(9)

Dit weerspiegelt de belangrijke rol die hernieuwbare energie kan spelen bij de decarbonisatie van het energiesysteem van de Unie, door onmiddellijke oplossingen ter vervanging van op fossiele brandstoffen gebaseerde energie en door de verslechterende situatie op de markt. Om knelpunten in de vergunningsprocedure en de exploitatie van installaties voor hernieuwbare energie weg te nemen, moet bij de planning- en vergunningsprocedure voorrang worden gegeven aan de bouw en de exploitatie van installaties voor energie uit hernieuwbare bronnen en de ontwikkeling van de daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur, als in individuele gevallen rechtmatige belangen worden afgewogen, in ieder geval voor projecten die van algemeen belang worden geacht. Met betrekking tot de bescherming van soorten moet deze prioriteit alleen worden gegeven indien, en voor zover, passende instandhoudingsmaatregelen voor soorten worden getroffen die bijdragen tot het behouden of herstellen van de populaties in een gunstige staat van instandhouding, en voor dit doel voldoende financiële middelen en gebieden ter beschikking worden gesteld.

 

(10)

Zonne-energie is een belangrijke bron van hernieuwbare energie om een einde te maken aan de afhankelijkheid van de Unie van Russische fossiele brandstoffen en de transitie naar een klimaatneutrale economie te verwezenlijken. Fotovoltaïsche zonne-energie, een van de beschikbare bronnen van elektriciteit die het minst kost, en thermische zonne-energietechnologieën die hernieuwbare verwarming voor een lage prijs per eenheid warmte leveren, kunnen snel worden uitgerold en rechtstreeks aan burgers en bedrijven ten goede komen. In dit verband wordt in overeenstemming met de mededeling van de Commissie van 18 mei 2022 getiteld “EU-strategie voor zonne-energie”, de ontwikkeling van een veerkrachtige industriële waardeketen voor zonne-energie in de Unie ondersteund, onder meer via de alliantie voor de zonne-energiesector die eind 2022 van start gaat. Door de vergunningsprocedures van hernieuwbare-energieprojecten te versnellen en te verbeteren, wordt de uitbreiding van de productiecapaciteit van de Unie voor technologie op het gebied van schone energie ondersteund. De huidige omstandigheden, en vooral de volatiele elektriciteitsprijzen, nopen tot onmiddellijk optreden om de vergunningsprocedures aanzienlijk te versnellen, teneinde te waarborgen dat apparatuur voor zonne-energie sneller kan worden geïnstalleerd op kunstmatige constructies, wat doorgaans minder ingewikkeld is dan constructies op de grond en snel kan helpen de gevolgen van de actuele energiecrisis te mitigeren, mits het net stabiel, betrouwbaar en veilig blijft. Voor die installaties moeten daarom kortere vergunningsprocedures gelden dan voor andere hernieuwbare-energieprojecten.

 

(11)

De maximumtermijn voor de vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie en de op dezelfde locatie gelegen opslagfaciliteiten en de aansluiting ervan op het net op bestaande en toekomstige kunstmatige constructies die voor andere doeleinden dan zonne-energieproductie zijn opgericht, moet drie maanden bedragen. Voor die installaties moet ook een specifieke vrijstelling van de verplichting tot het uitvoeren van milieueffectbeoordelingen uit hoofde van Richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad (2) worden ingevoerd, omdat ze doorgaans geen aanleiding tot bezorgdheid in verband met concurrerend gebruik van ruimte of milieueffecten geven. Een investering in kleine gedecentraliseerde zonne-energie-installaties om zelfverbruiker van hernieuwbare energie te worden, is een van doeltreffendste manieren voor een energieverbruiker om de energierekening en blootstelling aan prijsvolatiliteit te verlagen. De lidstaten moet toegestaan worden om bepaalde gebieden of structuren van de toepassing van deze kortere termijn en deze vrijstelling uit te sluiten om bepaalde gerechtvaardigde redenen.

 

(12)

Installaties voor zelfgeproduceerde energie, ook die voor collectieve zelfverbruikers zoals lokale energiegemeenschappen, dragen ook bij tot een lagere totale vraag naar aardgas, tot een weerbaarder systeem en tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie op het gebied van hernieuwbare energie. De installatie van apparatuur voor zonne-energie met een vermogen van minder dan 50 kW, met inbegrip van installaties van zelfverbruikers van hernieuwbare energie, heeft waarschijnlijk geen grote nadelige gevolgen voor het milieu of het net en leveren geen veiligheidsproblemen op. Verder is er voor kleine installaties doorgaans geen capaciteitsuitbreiding op het netaansluitpunt nodig. Gezien de onmiddellijke positieve gevolgen van dergelijke installaties voor verbruikers en de beperkte milieueffecten ervan, is het passend de hiervoor geldende vergunningsprocedure verder te stroomlijnen, mits die installaties de bestaande capaciteit van de aansluiting op het distributienet niet overschrijden, met de invoering van een stilzwijgende instemming van de overheid in de toepasselijke vergunningsprocedure, om de ontwikkeling van die installaties te bevorderen en te versnellen en in staat te stellen op korte termijn de vruchten ervan te plukken. De lidstaten moet toegestaan worden om een lagere drempel dan 50 kW toe te passen vanwege hun interne beperkingen, mits de drempel hoger blijft dan 10,8 kW. In ieder geval kunnen de betrokken instanties of entiteiten tijdens de vergunningsprocedure van een maand aanvragen voor zulke installaties weigeren om redenen die verband houden met de veiligheid, stabiliteit en betrouwbaarheid van het net door middel van een voldoende met redenen omkleed antwoord.

 

(13)

De repowering van bestaande installaties voor hernieuwbare energie heeft een aanzienlijk potentieel om snel meer hernieuwbare elektriciteit op te wekken, waardoor het gasverbruik kan verminderen. Met repowering kunnen locaties met een groot potentieel voor hernieuwbare energie in gebruik blijven, waardoor minder nieuwe locaties voor hernieuwbare-energieprojecten moeten worden aangewezen. Middels de repowering van installaties voor windenergie met efficiëntere turbines kan de bestaande capaciteit met minder, maar tegelijkertijd met grotere en efficiëntere turbines worden behouden of verhoogd. Repowering heeft meer voordelen, zoals de bestaande netaansluiting, een waarschijnlijk grotere mate van maatschappelijke aanvaarding en kennis van milieueffecten.

 

(14)

Naar schatting bereikt 38 GW aan onshore-windcapaciteit tussen 2021 en 2025 het einde van de normale operationele levensduur van 20 jaar. Het uitschakelen van deze capaciteit in plaats van het verhogen ervan zou tot een substantiële vermindering van de momenteel beschikbare capaciteit voor hernieuwbare energie leiden, wat de situatie op de energiemarkt verder zou verergeren. Een onmiddellijke vereenvoudiging en versnelling van de vergunningsprocedures voor repowering zijn van cruciaal belang om de capaciteit voor hernieuwbare energie in de Unie te behouden en te verhogen. Daartoe bevat deze verordening extra maatregelen om de vergunningsprocedure voor de repowering van hernieuwbare-energieprojecten verder te stroomlijnen. Met name moet de uiterste termijn van zes maanden voor de vergunningsprocedure voor de repowering van hernieuwbare-energieprojecten alle toepasselijke milieueffectbeoordelingen omvatten. Als een screening of milieueffectbeoordeling nodig is voor de repowering van een installatie voor hernieuwbare energie, of de opwaardering van een daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, moet zij bovendien beperkt blijven tot een beoordeling van de mogelijke aanzienlijke gevolgen van de wijziging of uitbreiding ten opzichte van het oorspronkelijke project.

 

(15)

Om de repowering van installaties voor hernieuwbare energie te bevorderen en te versnellen, moet onmiddellijk een vereenvoudigde procedure voor netaansluitingen worden opgezet indien de repowering leidt tot een beperkte toename van de totale capaciteit ten opzichte van het oorspronkelijke project.

 

(16)

Bij de repowering van een zonne-energie-installatie kunnen de doeltreffendheid en de capaciteit toenemen zonder de ingenomen ruimte te vergroten. De gerepowerde installatie zou dus dezelfde impact op het milieu behouden als de originele installatie, zolang de ingenomen ruimte in het proces niet is vergroot en de oorspronkelijk vereiste milieumaatregelen nog altijd worden nageleefd.

 

(17)

Warmtepomptechnologie is cruciaal voor de productie van hernieuwbare verwarming en koeling van omgevingsenergie, met inbegrip van afvalwaterzuiveringsinstallaties en geothermische energie. Met warmtepompen kunnen ook afvalwarmte en -koude worden gebruikt. Door de snelle inzet van warmtepompen waarmee onvolledig benutte hernieuwbare energiebronnen zoals omgevingsenergie, geothermische energie en afvalwarmte van de industriële en tertiaire sectoren, inclusief datacentra, worden geactiveerd, kunnen op aardgas en op andere fossiele brandstoffen gebaseerde ketels worden vervangen door een hernieuwbare verwarmingsoplossing, en kan tegelijkertijd de energie-efficiëntie stijgen. Hierdoor wordt het gebruik van gas voor verwarming versneld verminderd, in gebouwen en in de industrie. Om de installatie en het gebruik van warmtepompen te versnellen, is het passend gerichte kortere vergunningsprocedures voor dergelijke installaties in te voeren, inclusief een vereenvoudigde procedure voor aansluitingen van kleinere warmtepompen op het elektriciteitsnet, indien er geen veiligheidsoverwegingen zijn, er geen verdere werkzaamheden nodig zijn voor netaansluitingen en er geen sprake is van technische onverenigbaarheid van de systeemonderdelen en tenzij die procedure krachtens nationaal recht niet nodig is. Dankzij een snellere en gemakkelijkere installatie van warmtepompen zal een groter aandeel van hernieuwbare energiebronnen voor verwarming — momenteel goed voor bijna de helft van het energieverbruik van de Unie — ten goede komen aan de voorzieningszekerheid en de moeilijke marktsituatie.

 

(18)

Bij de toepassing van de termijnen voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie, de repowering van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen en de inzet van warmtepompen, mag de tijd voor de bouw, de aanleg of de repowering van de installaties, de netaansluitingen daarvan en de bijbehorende noodzakelijke netinfrastructuur, niet worden meegeteld in deze termijnen, tenzij deze samenvalt met andere administratieve stadia van de vergunningsprocedure. Voorts mag de tijd besteed aan de nodige administratieve stadia voor aanzienlijke verbeteringen van het net die vereist zijn om de stabiliteit, de betrouwbaarheid en de veiligheid van het net te waarborgen, evenmin worden meegeteld in die termijnen.

 

(19)

Om de inzet van hernieuwbare energie verder te vergemakkelijken, moeten de lidstaten de mogelijkheid behouden om de termijnen van de vergunningsprocedure verder te verkorten.

 

(20)

De bepalingen van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden van de VN/ECE (“het Verdrag van Aarhus”) met betrekking tot toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden en in het bijzonder de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter blijven van toepassing.

 

(21)

Het beginsel van energiesolidariteit is een algemeen beginsel van Unierecht, zoals verkondigd door het Europees Hof van Justitie in zijn arrest van 15 juli 2021, in zaak C-848/19 P (3), Duitsland/Polen, en geldt voor alle lidstaten. Via de toepassing van het beginsel van energiesolidariteit kan deze verordening de voordelen van een snellere uitvoering van hernieuwbare-energieprojecten grensoverschrijdend verdelen. De in deze verordening vastgestelde maatregelen zijn gericht tot installaties van hernieuwbare energie in alle lidstaten en omvatten een breed scala aan projecten, inclusief bestaande structuren, nieuwe installaties van apparatuur voor zonne-energie en de repowering van bestaande installaties. Gezien de mate van integratie van de energiemarkten van de Unie zou een toename van het gebruik van hernieuwbare energie in één lidstaat ook gunstig moeten zijn voor de voorzieningszekerheid en de prijzen in andere lidstaten. Hierdoor zou hernieuwbare elektriciteit grensoverschrijdend moeten stromen naar de plaats met de grootste behoefte, en zou goedkoop opgewekte hernieuwbare elektriciteit moeten worden uitgevoerd naar lidstaten waar elektriciteitsproductie duurder is. Daarnaast heeft de nieuw geïnstalleerde capaciteit voor hernieuwbare energie in de lidstaten gevolgen voor de algehele vermindering van de gasvraag in de Unie.

 

(22)

Krachtens artikel 122, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie kan de Raad op voorstel van de Commissie in een geest van solidariteit tussen de lidstaten bij besluit de voor de economische situatie passende maatregelen vaststellen, met name indien zich bij de voorziening van bepaalde producten, in het bijzonder op energiegebied, ernstige moeilijkheden voordoen. In het licht van de recente gebeurtenissen en de recente acties van Rusland vormt het grote risico op een volledige stopzetting van Russische gasleveringen, in combinatie met de onzekere zoektocht naar alternatieven, een significante bedreiging in de vorm van verstoorde energieleveringen, waardoor de energieprijzen verder zullen stijgen en dientengevolge de druk op de economie van de Unie zal toenemen. Daarom is dringend optreden nodig.

 

(23)

Gezien de omvang van de energiecrisis, de mate van maatschappelijke, economische en financiële gevolgen en de noodzaak om zo snel mogelijk te handelen, moet deze verordening dringend in werking treden op de dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. De geldigheid is beperkt tot een periode van 18 maanden, met een evaluatieclausule opdat de Commissie, indien nodig, kan voorstellen de geldigheid ervan te verlengen.

 

(24)

Daar de doelstellingen van deze verordening niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar beter op het niveau van de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Krachtens het beginsel van evenredigheid overeenkomstig hetzelfde artikel gaat deze verordening niet verder dan wat nodig is om die doelstellingen te verwezenlijken,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

Bij deze verordening worden tijdelijke noodregels vastgesteld om de vergunningsprocedure die van toepassing is op de productie van energie uit hernieuwbare energiebronnen te versnellen, met bijzondere aandacht voor specifieke hernieuwbare-energietechnologieën of specifieke soorten hernieuwbare-energieprojecten waarmee het tempo van de inzet van hernieuwbare energiebronnen in de Unie op korte termijn kan worden bespoedigd.

Deze verordening is van toepassing op alle vergunningsprocedures met een aanvangsdatum binnen de periode van toepassing ervan en laat de nationale bepalingen tot vaststelling van kortere termijnen dan die van de artikelen 4, 5 en 7 onverlet.

De lidstaten kunnen deze verordening ook toepassen op lopende vergunningsprocedures die niet vóór 30 december 2022 hebben geleid tot een definitief besluit, mits dit de vergunningsprocedure verkort en de reeds bestaande wettelijke rechten van derden worden beschermd.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening zijn de definities van artikel 2 van Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad (4) van toepassing. Daarnaast wordt verstaan onder:

 

1)

“vergunningsprocedure”:

 

a)

de procedure die alle relevante administratieve vergunningen voor de bouw, de repowering en de exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, met inbegrip van warmtepompen, en op dezelfde locatie gelegen energieopslagfaciliteiten omvat, alsook de activa die nodig zijn voor de aansluiting ervan op het net, met inbegrip van vergunningen voor aansluiting op het net en milieueffectbeoordelingen, indien vereist, en

 

b)

die alle administratieve stadia omvat, beginnende met de bevestiging van de ontvangst van de volledige aanvraag door de betrokken instantie en eindigend met de kennisgeving van het definitieve besluit over het resultaat van de procedure door de betrokken instantie;

 

2)

“apparatuur voor zonne-energie”: apparatuur die zonne-energie omzet in thermische of elektrische energie, met inbegrip van apparatuur voor thermische zonne-energie en fotovoltaïsche apparatuur.

Artikel 3

Hoger openbaar belang

  • 1. 
    De planning, bouw en exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, de aansluiting ervan op het net, het bijbehorende net zelf of opslagactiva worden geacht van hoger openbaar belang te zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid te dienen, wanneer rechtmatige belangen in het afzonderlijke geval worden afgewogen voor de toepassing van artikel 6, lid 4, en artikel 16, lid 1, punt c), van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad (5), artikel 4, lid 7, van Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad (6) en artikel 9, lid 1, punt a), van Richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad (7). De lidstaten kunnen de toepassing van die bepalingen beperken tot bepaalde delen van hun grondgebied, tot bepaalde soorten technologieën of tot projecten met bepaalde technische kenmerken, overeenkomstig de prioriteiten die zijn vastgelegd in hun geïntegreerde nationale energie- en klimaatplannen.
  • 2. 
    De lidstaten zorgen ervoor dat bij de plannings- en vergunningsprocedure voorrang wordt gegeven aan de bouw en exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen en de daarmee verband houdende ontwikkeling van netwerkinfrastructuur wanneer in individuele gevallen rechtmatige belangen worden afgewogen, in ieder geval voor projecten die van hoger openbaar belang worden geacht. Ter zake van beschermde soorten geldt de vorige zin alleen indien en voor zover passende instandhoudingsmaatregelen voor soorten worden getroffen die bijdragen tot het behouden of herstellen van de populaties in een gunstige staat van instandhouding, en voor dat doel voldoende financiële middelen en gebieden ter beschikking worden gesteld.

Artikel 4

Versnelling van de vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie

  • 1. 
    De vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie en op dezelfde locatie gelegen energieopslagfaciliteiten, met inbegrip van in gebouwen geïntegreerde zonne-energie-installaties en daken met zonne-energieapparatuur, in bestaande of toekomstige kunstmatige constructies, met uitzondering van oppervlakken van kunstmatige wateren, duurt maximaal drie maanden, mits het primaire doel van dergelijke constructies niet de productie van zonne-energie is. In afwijking van artikel 4, lid 2, van Richtlijn 2011/92/EU en bijlage II, punt 3, a) en b), alleen of in samenhang met punt 13, a), van bijlage II bij die richtlijn, wordt voor dergelijke installaties van apparatuur voor zonne-energie afgezien van de verplichting om, indien van toepassing, te bepalen of voor een project een milieueffectbeoordeling vereist is dan wel van de verplichting om een specifieke milieueffectbeoordeling uit te voeren.
  • 2. 
    De lidstaten kunnen bepaalde gebieden of constructies uitsluiten van de bepalingen van lid 1 om redenen die verband houden met de bescherming van cultureel of historisch erfgoed, of om redenen die verband houden met nationale defensiebelangen of veiligheid.
  • 3. 
    Voor de vergunningsprocedure met betrekking tot de installatie van apparatuur voor zonne-energie, inclusief voor zelfverbruikers van hernieuwbare energie met een maximumvermogen van 50 kW wordt de vergunning toegekend geacht indien de bevoegde instanties of entiteiten een maand na de aanvraag nog niet hebben geantwoord, op voorwaarde dat het vermogen van de apparatuur voor zonne-energie het bestaande vermogen van de aansluiting op het distributienet niet overschrijdt.
  • 4. 
    Indien de toepassing van de in lid 3 van dit artikel bedoelde drempel tot aanzienlijke administratieve lasten of beperkingen voor de exploitatie van het elektriciteitsnet leidt, kunnen de lidstaten een lagere drempel toepassen mits die hoger blijft dan 10,8 kW.
  • 5. 
    Besluiten die voortvloeien uit de in lid 1 van dit artikel bedoelde vergunningsprocedures worden openbaar gemaakt overeenkomstig de bestaande verplichtingen.

Artikel 5

Repowering van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen

  • 1. 
    De vergunningsprocedure voor de repowering van projecten, inclusief de vergunningen met betrekking tot de upgrade van de activa die nodig zijn voor de aansluiting van de projecten op het net als de repowering tot een grotere capaciteit leidt, duurt maximaal zes maanden, inclusief milieueffectbeoordelingen, indien vereist krachtens toepasselijke wetgeving.
  • 2. 
    Indien de repowering de capaciteit van de installatie voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen niet met meer dan 15 % verhoogt, en zonder afbreuk te doen aan de verplichting om eventuele milieueffecten te beoordelen op grond van lid 3, wordt binnen drie maanden na de aanvraag bij de betrokken entiteit vergunning verleend voor aansluitingen op het transmissienet of het distributienet, tenzij er sprake is van gerechtvaardigde veiligheidsoverwegingen, of technische incompatibiliteit met de systeemonderdelen.
  • 3. 
    Indien voor de repowering van een installatie voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen of de opwaardering van een daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, moet worden bepaald of voor een project een milieueffectbeoordelingsprocedure dan wel een milieueffectbeoordeling overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 2011/92/EU vereist is, wordt die voorafgaande procedure dan wel die milieueffectbeoordeling beperkt tot een beoordeling van de mogelijke aanzienlijke gevolgen van de wijziging of uitbreiding ten opzichte van het oorspronkelijke project.
  • 4. 
    Indien de repowering van installatie voor zonne-energie geen extra ruimte inneemt en de voor de oorspronkelijke installatie vereiste milieumaatregelen worden nageleefd, wordt het project vrijgesteld van de verplichting om, indien van toepassing, te bepalen of voor het project een milieueffectbeoordeling vereist is op grond van artikel 4 van Richtlijn 2011/92/EU.
  • 5. 
    Besluiten die voortvloeien uit de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde vergunningsprocedures worden openbaar gemaakt overeenkomstig de bestaande verplichtingen.

Artikel 6

Versnelling van de vergunningsprocedure voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie en de daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur die nodig is om hernieuwbare energie in het systeem te integreren

De lidstaten kunnen projecten op het gebied van hernieuwbare energie, alsmede energieopslagprojecten en elektriciteitsnetprojecten die nodig zijn om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, vrijstellen van de milieueffectbeoordeling uit hoofde van artikel 2, lid 1, van Richtlijn 2011/92/EU en van de beoordelingen van de bescherming van soorten uit hoofde van artikel 12, lid 1, van Richtlijn 92/43/EEG en uit hoofde van artikel 5 van Richtlijn 2009/147/EG, op voorwaarde dat het project is gelegen in een gebied dat is aangewezen voor hernieuwbare energie of elektriciteitsnetten voor de daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur die nodig is om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, indien de lidstaten een gebied voor hernieuwbare energie of elektriciteitsnetten hebben aangewezen, en het gebied onderworpen is geweest aan een strategische milieubeoordeling overeenkomstig Richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad (8). De bevoegde autoriteit zorgt ervoor dat, op basis van bestaande gegevens, passende en evenredige risicobeperkende maatregelen worden toegepast om de naleving van artikel 12, lid 1, van Richtlijn 92/43/EEG en artikel 5 van Richtlijn 2009/147/EG te waarborgen. Wanneer deze maatregelen niet beschikbaar zijn, zorgt de bevoegde autoriteit ervoor dat de exploitant een financiële compensatie betaalt voor programma's ter bescherming van soorten om de staat van instandhouding van de getroffen soorten te waarborgen of te verbeteren.

Artikel 7

Snellere inzet van warmtepompen

  • 1. 
    De vergunningsprocedure voor de installatie van warmtepompen met een elektrisch vermogen onder 50 MW duurt maximaal één maand, maar in het geval van grondwarmtepompen maximaal drie maanden.
  • 2. 
    Tenzij er gerechtvaardigde veiligheidsoverwegingen zijn, er verdere werkzaamheden nodig zijn voor netaansluitingen of sprake is van technische incompatibiliteit van de systeemonderdelen, wordt na kennisgeving aan de betrokken entiteit vergunning verleend voor aansluitingen op het transmissienet of het distributienet van:
 

a)

warmtepompen met een maximaal elektrisch vermogen van 12 kW, en

 

b)

warmtepompen met een maximaal elektrisch vermogen van 50 kW die zijn geïnstalleerd door een zelfverbruiker van hernieuwbare energie, op voorwaarde dat de capaciteit van de hernieuwbare-elektriciteitsopwekkingsinstallatie van de zelfverbruiker van hernieuwbare energie minstens 60 % van de capaciteit van de warmtepomp bedraagt.

  • 3. 
    De lidstaten kunnen bepaalde gebieden of structuren uitsluiten van de bepalingen van dit artikel om redenen die verband houden met de bescherming van cultureel of historisch erfgoed, of om redenen die verband houden met nationale defensiebelangen of veiligheid.
  • 4. 
    Besluiten die voortvloeien uit de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde vergunningsprocedures, worden openbaar gemaakt overeenkomstig de bestaande verplichtingen.

Artikel 8

Termijnen voor de vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie, de repowering van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen en de inzet van warmtepompen

Bij de toepassing van de in de artikelen 4, 5 en 7 bedoelde termijnen wordt de volgende tijd niet meegeteld in die termijnen tenzij deze samenvalt met andere administratieve stadia van de vergunningsprocedure:

 

a)

de tijd voor de bouw, de aanleg of de repowering van de installaties, de netaansluitingen daarvan en, met het oog op stabiliteit, betrouwbaarheid en veiligheid van het net, de desbetreffende noodzakelijke netinfrastructuur, en

 

b)

de tijd besteed aan de nodige administratieve stadia voor aanzienlijke verbeteringen van het net die vereist zijn om de stabiliteit, de betrouwbaarheid en de veiligheid van het net te waarborgen.

Artikel 9

Evaluatie

Uiterlijk op 31 december 2023 voert de Commissie een evaluatie uit van deze verordening in het licht van de ontwikkeling van de voorzieningszekerheid en de energieprijzen, en de noodzaak om hernieuwbare energie sneller uit te rollen. Zij brengt verslag uit aan de Raad over haar belangrijkste bevindingen van die evaluatie. Op basis van dat verslag kan de Commissie voorstellen de geldigheidsduur van deze verordening te verlengen.

Artikel 10

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing voor een periode van 18 maanden vanaf haar inwerkingtreding.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 december 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    BEK
 

  • (1) 
    Verordening (EU) 2022/1032 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2022 tot wijziging van Verordeningen (EU) 2017/1938 en (EG) nr. 715/2009 wat betreft gasopslag (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 17).
  • (2) 
    Richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten (PB L 26 van 28.1.2012, blz. 1).
  • (3) 
    Arrest van het Hof van Justitie van 15 juli 2021, Duitsland/Polen, C-848/19 P, ECLI:EU:C:2021:598.
  • (4) 
    Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (PB L 328 van 21.12.2018, blz. 82).
  • (6) 
    Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid (PB L 327 van 22.12.2000, blz. 1).
  • (8) 
    Richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's (PB L 197 van 21.7.2001, blz. 30).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.