Besluit 2025/1228 - Wijziging van Beschikking 2003/17/EG wat betreft de gelijkwaardigheid van in Moldavië verrichte veldkeuringen van groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in Moldavië voortgebracht zaaizaad van groenvoedergewassen, en wat betreft de gelijkwaardigheid van in Oekraïne verrichte veldkeuringen van bieten voor de teelt van zaaizaad en oliehoudende gewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in Oekraïne voortgebracht bietenzaad en zaaizaad van oliehoudende gewassen - Hoofdinhoud
Publicatieblad van de Europese Unie |
NL L-serie |
2025/1228 |
20.6.2025 |
BESLUIT (EU) 2025/1228 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 17 juni 2025
tot wijziging van Beschikking 2003/17/EG van de Raad wat betreft de gelijkwaardigheid van in de Republiek Moldavië verrichte veldkeuringen van groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in de Republiek Moldavië voortgebracht zaaizaad van groenvoedergewassen, en wat betreft de gelijkwaardigheid van in Oekraïne verrichte veldkeuringen van bieten voor de teelt van zaaizaad en oliehoudende gewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in Oekraïne voortgebracht bietenzaad en zaaizaad van oliehoudende gewassen
(Voor de EER relevante tekst)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 2,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Beschikking 2003/17/EG van de Raad (3) is bepaald dat veldkeuringen van bepaalde gewassen voor de teelt van zaaizaad die in de in bijlage I bij die beschikking vermelde derde landen worden verricht onder bepaalde voorwaarden moeten worden beschouwd als gelijkwaardig aan overeenkomstig het Unierecht verrichte veldkeuringen en dat zaaizaad van bepaalde soorten dat in die derde landen is voortgebracht onder bepaalde voorwaarden moet worden beschouwd als gelijkwaardig aan zaaizaad dat in overeenstemming is met het Unierecht. |
(2) |
In 2022 heeft de Republiek Moldavië bij de Commissie een verzoek ingediend om gelijkwaardigheid te verlenen aan zijn systeem van veldkeuringen van groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad, alsook van in de Republiek Moldavië geproduceerd en gecertificeerd zaaizaad van groenvoedergewassen. |
(3) |
De Commissie heeft de desbetreffende wetgeving van de Republiek Moldavië onderzocht. In 2016 heeft zij ook een audit verricht van het systeem van officiële controles en certificering van zaaizaad van granen, groentegewassen, oliehoudende planten en vezelgewassen in de Republiek Moldavië en haar bevindingen in een verslag gepubliceerd. Na ontvangst van aanvullende documentatie van de Republiek Moldavië was de Commissie van oordeel dat alle aanbevelingen uit het auditverslag op bevredigende wijze waren opgevolgd. Op basis van de audit en de aanvullende documentatie heeft de Commissie geconcludeerd dat de nationale autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de zaadcertificering in de Republiek Moldavië, bevoegd zijn, over adequate voorzieningen beschikken en naar behoren functioneren. Die autoriteiten zijn ook verantwoordelijk voor de veldkeuringen van groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad en voor de certificering van zaaizaad van groenvoedergewassen. |
(4) |
Op basis van het onderzoek van de wetgeving van de Republiek Moldavië en van de audit heeft de Commissie geconcludeerd dat de veldkeuringen van groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad en de bemonstering, de tests en de officiële controles achteraf van zaaizaad van groenvoedergewassen in de Republiek Moldavië naar behoren worden verricht en voldoen aan de voorwaarden van bijlage II bij Beschikking 2003/17/EG en van Richtlijn 66/401/EEG van de Raad (4). |
(5) |
In 2022 heeft Oekraïne bij de Commissie een verzoek ingediend om gelijkwaardigheid te verlenen aan zijn systeem van veldkeuringen van bieten (Beta vulgaris), zonnebloemen (Helianthus annuus) en koolzaad (Brassica napus) voor de teelt van zaaizaad en aan zaaizaad van bieten, zonnebloemen en koolzaad dat wordt geproduceerd en gecertificeerd in Oekraïne. |
(6) |
In 2023 heeft Oekraïne bij de Commissie een verzoek ingediend om gelijkwaardigheid te verlenen aan zijn systeem van veldkeuringen van sojabonen (Glycine max) voor de teelt van zaaizaad en aan zaaizaad van sojabonen dat wordt geproduceerd en gecertificeerd in Oekraïne. |
(7) |
De Commissie heeft de desbetreffende wetgeving van Oekraïne onderzocht. In 2015 heeft zij ook een audit verricht van het systeem van officiële controles en certificering van zaaigranen in Oekraïne en haar bevindingen in een verslag gepubliceerd. Na ontvangst van aanvullende documentatie van Oekraïne was de Commissie van oordeel dat alle aanbevelingen uit het auditverslag op bevredigende wijze waren opgevolgd. Op basis van de audit en de aanvullende documentatie heeft de Commissie geconcludeerd dat de nationale autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de zaadcertificering in Oekraïne, bekwaam zijn, over adequate voorzieningen beschikken en naar behoren functioneren. Die autoriteiten zijn ook verantwoordelijk voor de veldkeuringen van bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen voor de teelt van zaaizaad, en voor de certificering van zaaizaad van bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen. |
(8) |
Op basis van het onderzoek van de wetgeving van Oekraïne en van de audit heeft de Commissie geconcludeerd dat de veldkeuringen van bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen voor de teelt van zaaizaad en de bemonstering, de tests en de officiële controles achteraf van zaaizaad van bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen in Oekraïne naar behoren worden verricht en voldoen aan de voorwaarden van bijlage II bij Beschikking 2003/17/EG en van de Richtlijnen 2002/54/EG (5) en 2002/57/EG (6) van de Raad. |
(9) |
De Republiek Moldavië is wat voedergewassen betreft toegelaten tot de programma’s van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling voor de certificering van rassen van, of de controle van, zaaizaad in het internationale handelsverkeer (“zaadprogramma’s van de OESO”). |
(10) |
Oekraïne is wat bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen betreft toegelaten tot de zaadprogramma’s van de OESO. |
(11) |
De Republiek Moldavië en Oekraïne beschikken over zaadlaboratoria die zijn erkend door de Internationale Organisatie voor Zaadcontrole (International Seed Testing Association). Dat feit biedt extra garantie betreffende de kwaliteit van de inspecties en van het in die landen geproduceerde zaaizaad en de naleving van het Unierecht door die landen. |
(12) |
Derhalve is het passend de gelijkwaardigheid te erkennen van de veldkeuringen die in de Republiek Moldavië voor groenvoedergewassen voor de teelt van zaaizaad worden uitgevoerd, alsook van het in de Republiek Moldavië voortgebrachte en door de autoriteiten van de Republiek Moldavië officieel gecertificeerde zaaizaad van groenvoedergewassen. |
(13) |
Het is tevens passend de gelijkwaardigheid te erkennen van de veldkeuringen die in Oekraïne voor bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen voor de teelt van zaaizaad worden uitgevoerd, alsook van het in Oekraïne voortgebrachte en door de autoriteiten van Oekraïne officieel gecertificeerd zaaizaad van bieten, zonnebloemen, koolzaad en sojabonen. |
(14) |
Beschikking 2003/17/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen van Beschikking 2003/17/EG
Bijlage I bij Beschikking 2003/17/EG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 3
Adressaten
Dit besluit is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Straatsburg, 17 juni 2025.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
-
R.METSOLA
Voor de Raad
De voorzitter
-
A.SZŁAPKA
-
Standpunt van het Europees Parlement van 22 mei 2025 (nog niet in het Publicatieblad bekendgemaakt) en besluit van de Raad van 12 juni 2025.
-
Beschikking 2003/17/EG van de Raad van 16 december 2002 betreffende de gelijkwaardigheid van in derde landen verrichte veldkeuringen van gewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in derde landen voortgebracht zaaizaad (PB L 8 van 14.1.2003, blz. 10, ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2003/17(1)/oj).
-
Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (PB 125 van 11.7.1966, blz. 2298/66, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1966/401/oj).
-
Richtlijn 2002/54/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 12, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2002/54/oj).
-
Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2002/57/oj).
BIJLAGE
In bijlage I bij Beschikking 2003/17/EG wordt de tabel als volgt gewijzigd:
1) |
de vermelding “MD” wordt vervangen door:
|
2) |
de vermelding “UA” wordt vervangen door:
|
ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2025/1228/oj
ISSN 1977-0758 (electronic edition)
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.