Dr. J. Kraus

foto Dr. J. Kraus
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Fotoarchief Eerste Kamer
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Waterstaatkundig ingenieur en hoogleraar waterbouwkunde, die in het kabinet-De Meester i als eerste minister uitsluitend met waterstaat werd belast. Zoon van een Groningse graanhandelaar. Had internationale vermaardheid als deskundige op het gebied van havenaanleg. In 1898 hoogleraar aan de Polytechnische School in Delft. Aan zijn rectoraat van de in 1905 gestichte Technische Hogeschool kwam spoedig een einde door zijn ministerschap. Zijn afwezigheid als minister in 1906 vanwege een reis naar Chili, waar hij als adviseur van de regering moest optreden, werd sterk bekritiseerd. Was later nog elf jaar liberaal Eerste Kamerlid.

Liberale Unie, liberaal
functie(s) in de periode 1905-1922: lid Eerste Kamer, minister

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Jacob

wijziging in naam en/of titulatuur
  • J. Kraus, van 14 oktober 1861 tot 8 januari 1907 (tot aan hem een eredoctoraat aan de Technische Hogeschool Delft werd verleend)
  • Dr. J. Kraus, vanaf 8 januari 1907

geboorteplaats en -datum
Groningen, 14 oktober 1861

overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 24 augustus 1951

2.

Partij/stroming

partij(en)
Liberale Unie

3.

Hoofdfuncties/beroepen

  • ingenieur bij de aanleg van de spoorlijn Groningen-Delfzijl, 1883
  • werkzaam bij de technische inrichting (stoomverwarming, oliegasfabriek en waterleiding) van het Krankzinnigengesticht te Medemblik
  • ingenieur bij de aanleg van de spoorlijn Almelo-Nordhorn
  • assistent waterbouwkunde, Polytechnische School te Delft, van 1886 tot 1890
  • hoogleraar waterbouwkunde, Universiteit van Santiago, van 1890 tot 1898
  • hoogleraar waterbouwkunde, Polytechnische School (vanaf 8 juli 1905 Technische Hogeschool) te Delft, van 1898 tot 15 augustus 1905
  • directeur Polytechnische School te Delft, van 1 januari 1901 tot 8 juli 1905
  • rector-magnificus Technische Hogeschool te Delft, van 8 juli 1905 tot 15 augustus 1905
  • minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid, van 17 augustus 1905 tot 3 maart 1906 (bij K.B. van 27 februari 1906 verlof verleend in verband met werkzaamheden in Chili)
  • minister van Waterstaat, van 13 juli 1906 tot 12 februari 1908
  • lid Provinciale Staten van Zuid-Holland, van 6 juli 1909 tot 3 oktober 1911 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 3 oktober 1911 tot 24 juli 1922 (voor Noord-Holland)
  • voorzitter Raad van Beheer, N.V. Nederlandsch-Indische Spoorweg Maatschappij, van 18 juni 1914 tot 1 juli 1935

4.

Nevenfuncties

  • adviseur van de regeringen van Chili en Peru over havenaanleg aan de kust van de Stille Oceaan, omstreeks 1890
  • consul van Chili in Nederland, vanaf 1898
  • lid commissie van advies over schorsing van de Solowerken (Ned.-Indië), 1899
  • adviseur havenaanleg te Valparaiso (Chili), van juni 1901 tot december 1901
  • lid Raad van Bestuur, Koninklijk Instituut van Ingenieurs, omstreeks 1901
  • lid Staatscommissie inzake Vissershaven te Scheveningen
  • lid Staatscommissie inzake kustverdeding van Delfland
  • lid Staatscommissie inzake electrificatie van de Provincie Groningen
  • voorzitter Staatscommissie inzake de toegang van Nederland door het Noordzee-kanaal, van 13 augustus 1909 tot september 1911
  • lid Raad van Commissarissen N.V. import- en exportmaatschappij "Oranje-Nassau", van 1911 tot 1951
  • lid Raad van Commissarissen N.V. Nederlandsch-Indische Spoorweg Maatschappij, van 1912 tot juni 1914
  • lid College van Curatoren Technische Hogeschool te Delft, van 19 mei 1914 tot 1 februari 1921
  • voorzitter College van Curatoren Technische Hogeschool te Delft, van 1 februari 1921 tot 1938
  • voorzitter Staatscommissie tot onderzoek van het spoorongeval bij De Vink van 9 september 1926
  • president Raad van Commissarissen "Het Vaderland", omstreeks 1936
  • voorzitter Koninklijk Instituut van Ingenieurs
  • voorzitter commissie voor de zaken der Remonstantse Broederschap

afgeleide functies, presidia etc.
  • (tijdelijk) secretaris van de ministerraad (kabinet-De Meester), van augustus 1905 tot 3 maart 1906
  • (tijdelijk) secretaris van de ministerraad (kabinet-De Meester), van 14 juli 1906 tot 12 februari 1908
  • lid Commissie voor Huishoudelijke aangelegenheden (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 18 september 1913 tot 24 juli 1922
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van december 1916 tot april 1917
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van maart 1919 tot juni 1919
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van juni 1921 tot september 1921

comités van aanbeveling, erefuncties etc.
  • erelid Koninklijk Instituut van Ingenieurs
  • corresponderend lid Instituto de Ingenieros de Chili
  • erelid Sociedad de Ingennuros del Peru

5.

Opleiding

voortgezet onderwijs
  • Rijks Hogere Burgerschool te Groningen

academische studie
  • technische wetenschappen, Polytechnische School te Delft, tot 1883

eredoctoraten
  • technische wetenschappen, Technische Hogeschool te Delft, 8 januari 1907 (eerste doctor h.c. van de Technische Hogeschool Delft)

6.

Activiteiten

als parlementariër
  • Hield zich als Eerste Kamerlid vooral bezig met waterstaatsaangelegenheden (kanalen, afsluiting Zuiderzee), mijnbouw en met koloniën (m.n. Curaçao)

opvallend stemgedrag
  • Behoorde in 1911 tot de drie liberalen die vóór de ontwerp-Steenhouwerswet stemden

als bewindspersoon (beleidsmatig)
  • Diende in 1906 samen met de ministers Veegens en De Meester een wetsontwerp in over aanleg van een gedeelte van de afsluiting van de Zuiderzee en droogmaking van de Wieringermeer. Het wetsvoorstel werd in 1913 ingetrokken en daarna vervangen door een nieuw wetsontwerp.

als bewindspersoon (wetgeving)
  • Bracht in 1907 de Schipperswet tot stand, die de toelating als schipper op koopvaardijschepen regelde, alsmede het in dienst hebben van stuurlieden en machinisten

7.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • Werd op 19 maart 1909 bij een tussentijdse verkiezing tot Statenlid in Zuid-Holland gekozen, maar pas in juli geïnstalleerd
  • Was tijdens zijn hoogleraarschap in Chili (1890-1898) onder meer belast met de aanleg van een droogdok en ingenieur-directeur bij de havenwerken van Talcuhuano
  • Maakte in 1906 een reis naar Chili. Had zich voor zijn ministerschap contractueel tegenover Chili verbonden en kon zich hier niet los van maken.
  • Ontwierp havenwerken in Soerabaja, Makassar, Tandjong Priok, Peru en Curaçao

verkiezingen
  • Was in 1909 liberaal kandidaat voor de Tweede Kamer in het district Bodegraven
  • Versloeg in 1911 bij een tussentijdse verkiezing van een Eerste Kamerlid in Provinciale Staten van Noord-Holland met 45 tegen 23 stemmen D.P.D. Fabius (arp)
  • Was in 1922 geen kandidaat meer bij de Eerste Kamerverkiezing

8.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • "Het Vaderland", 3 februari 1921 en 12 oktober 1941
  • Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1938)
  • Winkler Prins Jaarboek 1952

9.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Uitgebreide versie

Uitgebreide biografieën van de huidige leden van de Eerste en Tweede Kamer zijn beschikbaar via parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.