Besluit van 3 juli 2025 tot vaststelling van het tijdstip van de gedeeltelijke inwerkingtreding van de Wet banenafspraak - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 09-07-2025 |
---|---|
Publicatiedatum | 09-07-2025 |
Kenmerk | Stb. 2025, 178 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Besluit van 3 juli 2025 tot vaststelling van het tijdstip van de gedeeltelijke inwerkingtreding van de Wet banenafspraak
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 30 juni 2025, nr. 2025-000013312;
Gelet op artikel 13, eerste lid, van de Wet banenafspraak;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Enig artikel
De artikelen 7, onderdelen F, subonderdelen 1, onder a, b, en c, en 2, G en L, en 8, onderdelen A, B, C, D, E, subonderdelen 1, 3, 4 en 5, F, G, H, subonderdeel 1, J, subonderdeel 1, en K, van de Wet banenafspraak treden in werking met ingang van 1 januari 2026.
Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.N.J. Nobel
Uitgegeven de negende juli 2025
De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel
NOTA VAN TOELICHTING
Dit inwerkingtredingsbesluit regelt de inwerkingtreding van een deel van de Wet banenafspraak met ingang van 1 januari 2026.
De onderwerpen die met dit besluit in werking treden zijn een beperkte verbreding van de doelgroep banenafspraak en een vereenvoudiging van de wijze waarop werkgevers gebruik kunnen maken van het loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak. De onderwerpen in de Wet banenafspraak die met dit besluit nog niet in werking treden zijn het opheffen van het onderscheid tussen markt en overheid en de invoering van de nieuwe quotumregeling.
Het opheffen van het onderscheid tussen markt en overheid heeft de regering afhankelijk gemaakt van realisaties van banen binnen de banenafspraak bij de overheid. Voor nu hebben de realisaties bij de overheid nog geen aanleiding gegeven om dit onderscheid op te heffen. Daarom is dit gedeelte van de Wet banenafspraak niet meegenomen in dit inwerkingtredingsbesluit. Daarmee samenhangend wordt de nieuwe quotumregeling nog niet ingevoerd zolang het onderscheid tussen markt en overheid niet is opgeheven.
Dit besluit regelt de inwerkingtreding van een aantal artikelen, en onderdelen daarvan, in de Wet banenafspraak met ingang van 1 januari 2026. Hieronder wordt artikelsgewijs benoemd tot welke wijzigingen dit leidt. Deze wijzigingen zijn inhoudelijk toegelicht in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel banenafspraak en in de toelichting bij de nota van wijziging op dat wetsvoorstel.
Artikel 7 - Wijziging van de Wet financiering sociale verzekeringen Onderdeel F, onderdeel 1, onder a, b, en c
Hiermee wordt de doelgroep banenafspraak verbreed met mensen in de Wajong die duurzaam geen arbeidsvermogen hebben en werken bij een reguliere werkgever, en mensen in de WIA die als volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn aangemerkt en werken met loondispensatie.
Deze wijziging is inhoudelijk toegelicht in de toelichting bij de nota van wijziging op het wetsvoorstel banenafspraak.
Hiermee vindt een technische wijziging plaats van artikel 38b, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen.
Hiermee kan het UWV aan een werkgever mededelen gedurende welke periode in een lopend kalenderjaar of in het voorgaande kalenderjaar een persoon is opgenomen in de registratie van arbeidsbeperkten.
Hiermee wordt de opschorting van de quotumheffing verlengd tot het moment van inwerkingtreding van het nieuwe stelsel van de banenafspraak.
Artikel 8 - Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein Onderdelen A, B, C, D, G, H, onderdeel 1, en J, onderdeel 1
Dit zijn technische wijzigingen in de Wet tegemoetkomingen loondomein.
Onderdeel E, onderdelen 1, 3, 4 en 5, F en G, onderdeel 2
Hiermee worden een aantal wijzigingen aangebracht in het loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak.
Hiermee wordt overgangsrecht geregeld voor de wijzigingen in het loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak.
Zoals toegelicht in de memorie van toelichting hoeft artikel 8, onderdeel I, niet meer in werking te treden, aangezien het lage-inkomensvoordeel op dit moment al is afgeschaft. Dit is gebeurd met ingang van 1 januari 2025. Onderdeel I betreft een technische wijziging.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.N.J. Nobel