Brief van de voorzitter van de commissie I&A/JBZ aan de Voorzitter van de Eerste Kamer over met de regering gemaakte informatieafspraken en het opheffen van het parlementair behandelvoorbehoud bij het EU-voorstel voor een Terugkeerverordening (COM(2025)101) - Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen en tot intrekking van Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijn 2001/40/EG van de Raad en Beschikking 2004/191/EG van de Raad - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. D toegevoegd aan dossier 36761 - Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen en tot intrekking van Richtlijn 2008/115/EG, Richtlijn 2001/40/EG Beschikking 2004/191/EG.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen en tot intrekking van Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijn 2001/40/EG van de Raad en Beschikking 2004/191/EG van de Raad; Brief van de voorzitter van de commissie I&A/JBZ aan de Voorzitter van de Eerste Kamer over met de regering gemaakte informatieafspraken en het opheffen van het parlementair behandelvoorbehoud bij het EU-voorstel voor een Terugkeerverordening (COM(2025)101) |
---|---|
Documentdatum | 29-07-2025 |
Publicatiedatum | 29-07-2025 |
Nummer | KST36761D |
Kenmerk | 36761, nr. D |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2024-2025
36 761 |
Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen en tot intrekking van Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijn 2001/40/EG i van de Raad en Beschikking 2004/191 i/Eg van de Raad |
D |
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL / JBZ-RAAD Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 juli 2025 Op 10 juni 2025 heeft de Kamer, op voorstel van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad, besloten dat zij de behandeling van het voorstel voor een EU-verordening tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen (hierna: de Terugkeerverordening1) van zodanig politiek belang acht dat zij over de behandeling daarvan op bijzondere wijze wenst te worden geïnformeerd. Bij brief van 10 juni 20252 heeft de Kamer dit besluit aan de regering medegedeeld en is haar verzocht om bij voormeld voorstel een parlementair behandelvoorbehoud te plaatsen, zoals bedoeld in artikel 4 van de Goedkeuringswet bij het Verdrag van Lissabon. Na de mededeling heeft de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/ JBZ-Raad op 8 juli 2025 een mondeling overleg met de Minister van Asiel en Migratie gevoerd waarbij het tot aanvullende informatieafspraken, zoals bedoeld in artikel 4 lid 3 van de Goedkeuringswet, is gekomen. Deze afspraken worden in de als bijlage bij deze brief gevoegde conceptbrief gericht aan de Minister van Asiel en Migratie bevestigd. Daarnaast wordt de Minister in deze conceptbrief medegedeeld dat met de gemaakte informatieafspraken de voortzetting van het parlementair behandelvoorbehoud bij bovengenoemd voorstel niet langer noodzakelijk wordt geacht. |
1 COM(2025)101 final i. Dossier E250006 op de Europapoort.
2 Kamerstukken I 2024/25, 36 761, C.
kst-36761-D
ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2025
Namens de vaste commissie voor Immigratie en Asiel / JBZ-Raad verzoek ik u vriendelijk deze conceptbrief voor akkoord aan de Kamer voor te leggen.
De voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel / JBZ-Raad,
A.W.J.A. van Hattem
CONCEPTBRIEF
De vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad heeft de Kamer voorgesteld een parlementair behandelvoorbehoud, zoals bedoeld in artikel 4 van de Rijkswet houdende goedkeuring van het Verdrag van Lissabon, te plaatsen bij het voorstel voor een EU-verordening tot vaststelling van een gemeenschappelijk systeem voor de terugkeer van illegaal in de Unie verblijvende onderdanen van derde landen (hierna: de Terugkeerverordening).1 De Kamer heeft op 10 juni 2025 besloten dat zij het aan de orde zijnde voorstel van zodanig politiek belang acht dat zij over de behandeling daarvan op bijzondere wijze wenst te worden geïnformeerd.
Bij brief van 10 juni 20252 heeft de Kamer dit besluit aan de regering medegedeeld en heeft de Kamer aangegeven een mondeling overleg van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad met de regering over het bijzondere politieke belang van het voorstel wenselijk te achten. Dit mondeling overleg heeft op 8 juli 2025 plaatsgevonden.
Met verwijzing naar artikel 4, lid 3, van de Goedkeuringswet bij het Verdrag van Lissabon bevestig ik u hierbij dat het tijdens voormeld mondeling overleg tot de volgende aanvullende specifieke informatieaf-spraken is gekomen.
Boven op bestaande afspraken rondom de informatievoorziening bij de JBZ-Raad zal de Kamer bij alle geannoteerde agenda's en verslagen van de JBZ-Raad daar waar het de Terugkeerverordening betreft geïnformeerd worden over het volgende:
o De contacten buiten de Raad om die verband houden met dan wel die relevant zijn voor de Terugkeerverordening;
o Wijzigingen in het voorstel, waarbij inhoudelijk wordt ingegaan op de elementen (1) noodzaak en evenredigheid, (2) doeltreffendheid en effectiviteit, (3) gevolgen van het voorstel en (4) verenigbaarheid met bestaande wetgeving, dit alles inclusief onderbouwde inzichten. o De ontwikkelingen rondom detentiegronden, terugkeerhubs en de rechtspositie van minderjarigen.
Daarnaast zal de regering de Kamer de in het voorstel genoemde onderzoeken die openbaar én schriftelijk zijn, doen toekomen.
Met deze afspraken acht de Kamer de voortzetting van het parlementair behandelvoorbehoud bij bovengenoemd voorstel niet langer noodzakelijk.
De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
L.A. Bruijn
Eerste Kamer, vergaderjaar 2024-2025, 36 761, D
3
COM(2025)101 final i. Dossier E250006 op de Europapoort.
Kamerstukken I 2024/25, 36 761, C.