Titel I: Definitie en doelstellingen van de Unie

1: Instelling van de Unie

  • 1. 
    Geleid door de wil van de volkeren en de staten van Europa om een gemeenschappelijke toekomst op te bouwen, wordt bij deze Grondwet een Unie ingesteld [... genoemd], waarin het beleid van de lidstaten onderling wordt gecoördineerd, en die een aantal gemeenschappelijke bevoegdheden op federale wijze beheert.
  • 2. 
    De Unie eerbiedigt de nationale identiteit van haar lidstaten.
  • 3. 
    De Unie staat open voor alle Europese staten waarvan de volkeren dezelfde waarden delen, deze waarden eerbiedigen en zich ertoe verbinden deze gezamenlijk te bevorderen.

Toelichting

Dit artikel stelt de Unie in en beschrijft haar fundamentele kenmerken. Gevolg gevend aan verzoeken die tijdens de plenaire zitting zijn gedaan, heeft de voorgestelde formulering tot doel de dubbele aard van de Unie, namelijk van zowel staten als volkeren van Europa, weer te geven in bewoordingen die passend zijn voor een Constitutioneel Verdrag.

Wegens het fundamentele politieke belang van de Unie werd het wenselijk geacht om in artikel 1 te beklemtonen dat de Unie de nationale identiteit van de lidstaten eerbiedigt; vervolgens bevat artikel 9, lid 6, een nadere uitwerking van bepaalde elementen van deze nationale identiteit waarvan de eerbiediging, in de juridische zin, meer bepaald vereist is bij de uitoefening van de bevoegdheden van de Unie.

Voorts is het zaak om reeds in artikel 1 weer te geven onder welke voorwaarden staten lid kunnen zijn van de Unie, terwijl de procedures van toetreding van nieuwe lidstaten, van schorsing van rechten alsmede van eventuele terugtrekking uit de Unie in titel X aan bod zouden komen.

2: Waarden van de Unie

De waarden waarop de Unie berust, en die alle lidstaten met elkaar gemeen hebben, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten. De Unie wil een vreedzame samenleving zijn waar tolerantie, rechtvaardigheid en solidariteit heersen.

Toelichting

Dit artikel is gericht op de essentie, namelijk een korte opsomming van de fundamentele waarden van Europa. Deze aanpak is des te meer gerechtvaardigd daar een duidelijk gevaar van ernstige schending van één van deze waarden door een lidstaat zou volstaan om de procedure van waarschuwing en sanctie tegen deze lidstaat in te leiden (zie artikel 45 van het voorontwerp van verdrag, waarin het mechanisme van artikel 7 VEU zal worden overgenomen), zelfs ingeval een schending zich zou voordoen op een gebied waar de betrokken lidstaat autonoom optreedt (en er dus geen verband met het recht van de Unie is).

Dit artikel kan derhalve niet anders dan een kern van waarden bevatten die terzelfder tijd aan twee criteria voldoen:

  • enerzijds moeten deze waarden zo fundamenteel zijn dat zij behoren tot het wezen zelf van een vreedzame samenleving die tolerantie, rechtvaardigheid en solidariteit toepast;
  • anderzijds moeten zij een duidelijke en niet-betwiste juridische grondslag hebben, zodat de lidstaten kunnen weten welke de daaruit voortvloeiende afdwingbare verplichtingen zijn.

Dat neemt uiteraard niet weg dat in de Grondwet nog andere elementen die deel uitmaken van de "ethiek" van de Unie kunnen worden opgenomen of nader uitgewerkt, en wel op verschillende andere plaatsen zoals bijvoorbeeld in de Preambule, in artikel 3 betreffende de algemene doelstellingen van de Unie, in het Handvest van de grondrechten (dat evenwel niet van toepassing is op het autonome optreden van de lidstaten, in tegenstelling tot dit artikel), in titel VI over het "democratisch leven", alsmede in de bepalingen waarin de specifieke doelstellingen van de diverse beleidsterreinen worden verankerd.

3: Doelstellingen van de Unie

  • 1. 
    De Unie stelt zich tot doel vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
  • 2. 
    De Unie zet zich in voor een Europa van duurzame ontwikkeling op basis van evenwichtige economische groei en sociale rechtvaardigheid, met een vrije interne markt en een economische en monetaire unie, gericht op volledige werkgelegenheid en de totstandbrenging van hoge niveaus van concurrentievermogen en levensstandaard. Zij bevordert de economische en sociale samenhang, de gelijkheid van mannen en vrouwen, alsmede milieubescherming en sociale bescherming, en werkt aan wetenschappelijke en technische vooruitgang, met inbegrip van de ontdekking van de ruimte. Zij bevordert de solidariteit tussen de generaties en tussen de staten, alsmede gelijke kansen voor iedereen.
  • 3. 
    De Unie vormt een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid, waarin haar gemeenschappelijke waarden worden ontwikkeld, en de rijkdom van haar culturele verscheidenheid wordt geëerbiedigd.
  • 4. 
    Bij de verdediging van de onafhankelijkheid en de behartiging van de belangen van Europa streeft de Unie ernaar haar waarden wereldwijd ingang te doen vinden. Zij draagt bij aan de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de uitbanning van armoede en de bescherming van de rechten van kinderen, strikte nakoming van de internationaal aanvaarde wettelijke verbintenissen en vrede tussen de staten.
  • 5. 
    Deze doelstellingen worden nagestreefd met passende middelen, afhankelijk van de mate waarin de desbetreffende bevoegdheden bij deze Grondwet aan de Unie zijn toegewezen.

Toelichting

Doel van dit artikel is een opsomming te geven van de algemene doelstellingen waarin het bestaan zelf van de Unie en haar optreden ten behoeve van haar burgers op een meer horizontale manier worden gerechtvaardigd; het is niet de bedoeling een opsomming te geven van de specifieke doelstellingen die met de verschillende beleidsvormen van de Unie worden nagestreefd en die in het tweede deel van het Verdrag aan bod zullen komen.

Derhalve moet het fundamentele verschil tussen dit artikel en artikel 2 worden beklemtoond: terwijl in artikel 2 basiswaarden worden vastgelegd die de Europese volkeren het gevoel moeten geven deel uit te maken van dezelfde "Unie", wordt in artikel 3 een opsomming gegeven van de voornaamste doelstellingen die de oprichting van een Unie met het oog op de gezamenlijke uitoefening van bepaalde bevoegdheden op Europees niveau rechtvaardigen.

Nederlandse amendementen

Betreft: Artikel 3, lid 2

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

The Union shall work for a Europe of sustainable development based on balanced economic growth, a high level of protection and improvement of the quality of the environment and social justice, with a free single market, and economic and monetary union, aiming at full employment and generating high levels of competitiveness and living standards to meet the needs of the present generation with respect for the rights of future generations. It shall promote economic and social cohesion, equality between women and men, and environmental and social protection, and shall develop scientific and technological advance including the discovery of space. It shall encourage solidarity between generations and between Member States, and equal opportunities for all.

Explanation:

  • 1. 
    All three aspects of sustainable development, the economic, the social and the ecological, need to be expressed in this central statement of the Union's objectives.
  • 2. 
    The wording used is taken directly from the existing Treaty (art. 2, EC Treaty).
  • 3. 
    The wording used on the rights of future generations is taken from the Brundtland Report, the most commonly used definition of sustainable development.

Betreft: Artikel 3, lid 3

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

The Union shall constitute an area of freedom, security and justice (in which its shared values are developed) in which the well-being of its people is promoted and the richness of (its) their cultural diversity is respected.

Betreft: Artikel 3, lid 4

Ingediend door: R. van der Linden, F. Timmermans, W. van Eekelen en J.J. van Dijk

D.d.: januari 2003

Bij de verdediging van de onafhankelijkheid en de behartiging van de belangen van Europa streeft de Unie ernaar haar waarden wereldwijd ingang te doen vinden. Zij draagt bij aan de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de uitbanning van armoede en de bescherming van de rechten van kinderen, strikte nakoming van de internationaal aanvaarde wettelijke verbintenissen en vrede tussen de staten. De Unie draagt bij tot de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

Betreft: Artikel 3, lid 4

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

In defending Europe's independence and interests, the Union shall seek to advance its values in the wider world. It shall contribute to the sustainable development of the earth, solidarity and mutual respect among peoples, eradication of poverty and protection of (children's) human rights, strict observance of internationally accepted legal commitments, and peace between States.

Explanation:

I fully support the importance of the protection of children's rights. However, by specifically mentioning this group here, it raises the question whether other rights or treaties are less important.

4: Rechtspersoonlijkheid

De Unie beschikt over rechtspersoonlijkheid.

Toelichting

Overeenkomstig de aanbeveling van werkgroep III (CONV 305/02) wordt in dit artikel de rechtspersoonlijkheid van de Unie verankerd.

Een artikel over de handelingsbevoegdheid van de Unie (zie artikel 282 VEG) zal wegens het zeer technische karakter ervan in het tweede deel van het Constitutionele Verdrag moeten worden opgenomen.


  • Artikel 1: Instelling van de Unie
    • 1. 
      Geleid door de wil van de volkeren en de staten van Europa om een gemeenschappelijke toekomst op te bouwen, wordt bij deze Grondwet een Unie ingesteld [... genoemd], waarin het beleid van de lidstaten onderling wordt gecoördineerd, en die een aantal gemeenschappelijke bevoegdheden op federale wijze beheert.
    • 2. 
      De Unie eerbiedigt de nationale identiteit van haar lidstaten.
    • 3. 
      De Unie staat open voor alle Europese staten waarvan de volkeren dezelfde waarden delen, deze waarden eerbiedigen en zich ertoe verbinden deze gezamenlijk te bevorderen.
  • Artikel 2: Waarden van de Unie

    De waarden waarop de Unie berust, en die alle lidstaten met elkaar gemeen hebben, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten. De Unie wil een vreedzame samenleving zijn waar tolerantie, rechtvaardigheid en solidariteit heersen.

  • Artikel 3: Doelstellingen van de Unie
    • 1. 
      De Unie stelt zich tot doel vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
    • 2. 
      De Unie zet zich in voor een Europa van duurzame ontwikkeling op basis van evenwichtige economische groei en sociale rechtvaardigheid, met een vrije interne markt en een economische en monetaire unie, gericht op volledige werkgelegenheid en de totstandbrenging van hoge niveaus van concurrentievermogen en levensstandaard. Zij bevordert de economische en sociale samenhang, de gelijkheid van mannen en vrouwen, alsmede milieubescherming en sociale bescherming, en werkt aan wetenschappelijke en technische vooruitgang, met inbegrip van de ontdekking van de ruimte. Zij bevordert de solidariteit tussen de generaties en tussen de staten, alsmede gelijke kansen voor iedereen.
    • 3. 
      De Unie vormt een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid, waarin haar gemeenschappelijke waarden worden ontwikkeld, en de rijkdom van haar culturele verscheidenheid wordt geëerbiedigd.
    • 4. 
      Bij de verdediging van de onafhankelijkheid en de behartiging van de belangen van Europa streeft de Unie ernaar haar waarden wereldwijd ingang te doen vinden. Zij draagt bij aan de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de uitbanning van armoede en de bescherming van de rechten van kinderen, strikte nakoming van de internationaal aanvaarde wettelijke verbintenissen en vrede tussen de staten.
    • 5. 
      Deze doelstellingen worden nagestreefd met passende middelen, afhankelijk van de mate waarin de desbetreffende bevoegdheden bij deze Grondwet aan de Unie zijn toegewezen.

Toelichting

Voor de leden van de Conventie gaan hierbij in bijlage 1 het ontwerp van het Praesidium voor de artikelen 1 tot en met 16 (titels I, II en II) en in bijlage 2 een toelichting. De artikelen beantwoorden in grote trekken aan de beschrijving in het document met de ontwerpstructuur van het Constitutionele Verdrag (CONV 369/02). De nummering is enigszins aangepast, om rekening te houden met de besprekingen in de Conventie. De verslagen van de Werkgroepen rechtspersoonlijkheid, Handvest, economisch bestuur, aanvullende bevoegdheden, subsidiariteit en extern optreden, alsook de strekking die zich tijdens het plenaire debat over hun aanbevelingen bleek af te tekenen, zijn in het ontwerp verwerkt.