Beïnvloeding van beleid

Met dank overgenomen van Europa Nu.

Op vrijwel ieder beleidsterrein wordt Europese wetgeving opgesteld. Vaak is de wetgeving uit de EU bepalend voor de regels waar burgers en bedrijven mee te maken krijgen. De belangen zijn dus groot. Daarom proberen allerlei organisaties - van overheden tot burgerorganisaties tot bedrijven - de besluitvorming te beïnvloeden. Ze hopen dat nieuwe regels goed uitvallen voor de eigen achterban. Om zicht te houden op deze lobbyactiviteiten hebben de Europese Commissie i en het Europees Parlement i een lobbyregister i ingesteld.

1.

Formele besluitvormingsproces

Voordat de Europese Commissie i met een initiatief komt, raadpleegt zij eerst Coreper i en één of meerdere commissies. Dit gebeurt om zeker te weten dat er voldoende draagvlak is bij de diverse Europese regeringen. Vrijwel altijd schakelt de Europese Commissie adviesbureaus in om technische en juridische kwesties goed uit te zoeken.

Nationale parlementen nemen kennis van de Commissievoorstellen. Vervolgens kunnen ze hun ministers vragen om bepaalde standpunten in de Raad van Ministers i te blokkeren of te amenderen i. In Nederland publiceert het Ministerie van Buitenlandse Zaken regelmatig een overzicht met een Beoordeling van Nieuwe Commissievoorstellen (BNC-fiches i), onder meer voor de Tweede Kamer.

De Europese Commissie is verplicht om bij elk initiatief advies in te winnen bij het Economisch en Sociaal Comité i en/of het Comité van de Regio's i. In het Comité van de Regio's zijn namens Nederland burgemeesters en provinciale bestuurders vertegenwoordigd. In het Economisch en Sociaal Comité zitten werkgeversverenigingen, zoals VNO-NCW; vakbonden zoals FNV en CNV en belangenverenigingen als de Consumentenbond.

Het Europees Parlement kan wijzigingen in een voorstel doorvoeren. Nederlandse parlementsleden en hun partijgenoten in het Europees Parlement komen regelmatig bij elkaar. Zo kan de Tweede Kamer ook via deze weg nog enige invloed uitoefenen.

Het Europees Parlement i kan ook gebruik maken van adviesdiensten als zij voorstellen bestudeert van de Commissie en de eventuele amendementen i van de Raad. Daarnaast kunnen bedrijven en belangengroeperingen contact opnemen met Europarlementariërs i om hun zaak te bepleiten. Voor ieder voorstel stelt het Europees Parlement een rapporteur i aan. Deze rapporteur voert namens het EP de onderhandelingen. Dit zijn zowel openbare onderhandelingen als besloten overleggen, de zogenaamde trilogen i, met de Raad van Ministers en de Europese Commissie.

Openbare raadplegingen

Bij sommige beleidsvraagstukken vraagt de Commissie het publiek om advies. Het kan gaan om heel algemene beleidsvoornemens tot aan heel specifieke wetsvoorstellen. Dergelijke raadplegingen staan open voor bedrijven en organisaties, maar ook voor individuele burgers. Er lijkt geen algemeen geldende vaste vorm te zijn voor een adviesbijdrage. Ook lijken er geen regels te bestaan waaraan bijdragen moeten voldoen. Voor zover er regels gelden, worden deze per raadpleging opgesteld.

2.

Informeel

Het lobbycircuit dat zich richt op de Europese Unie i (Commissie en Parlement) is bijzonder omvangrijk. In Brussel zijn naar schatting meer dan duizend handelsverenigingen, 750 niet-gouvernementele organisaties, 500 commerciële bedrijven, 150 regionale overheden en 130 gespecialiseerde (meest Brits/Amerikaanse) advocatenkantoren actief. Daarnaast is een omvangrijke hoeveelheid adviesbureaus actief in Brussel. Tevens bepleiten vele honderden organisaties hun zaak in het lobbycircuit.

In 2013 is uitgerekend dat Nederlandse bedrijven en organisaties jaarlijks zeker 80 miljoen euro uitgeven aan lobby-activiteiten in Brussel. Hier zijn enkele multinationals nog niet bij meegerekend. In totaal zou er één miljard euro per jaar worden uitgegeven aan lobbyen in Brussel. Opvallend is dat de grootste lobbyist in Brussel van buiten de EU komt: de Amerikaanse kamer van koophandel.

De afgelopen jaren is er vaak kritiek geweest op het functioneren van lobbygroepen. Volgens critici is er te weinig transparantie. Hierop heeft de Europese Commissie minimumnormen opgesteld. Een lobbyist moet bij zijn contacten met de Commissie de naam van zijn cliënt en alle eerdere contacten met de Commissie over hetzelfde onderwerp vermelden. Doet hij dat niet, dan kan de Commissie de betreffende organisatie schorsen. Daarnaast mogen lobbygroepen geen ambtenaren van de Commissie in dienst nemen of tegen betaling diensten laten verrichten.

De Europese Commissie en het Europees Parlement hebben een gezamenlijk online lobbyregister ingesteld. In dit "transparantieregister" staan alle lobbyisten en lobbyorganisaties die belangen behartigen bij deze twee instituten. Overigens is dit register niet volledig, de registratie van belangenvertegenwoordigers gebeurt op vrijwillige basis, maar alleen lobbyisten die zich hebben ingeschreven krijgen toegang tot de gebouwen van het Europees Parlement. In 2013 stonden ruim 250 Nederlandse organisaties in het register ingeschreven, en ruim 5000 organisaties in totaal.

Sinds december 2014 worden alle contacten van de Europese Commissie met lobbyisten en belangenorganisaties online openbaar gemaakt. Eurocommissaris Frans Timmermans i heeft het EP opgeroepen hetzelfde te doen. Deze informatie wordt binnen twee weken na een bijeenkomst openbaar gemaakt op de websites van de leden van de Commissie. Dit geldt ook voor directeuren-generaal.

Het gaat hierbij om de volgende online registers waarin de informatie openbaar gemaakt wordt:

(klik door naar een eurocommissaris en kijk vervolgens onder 'Transparency')

In mei 2021 werden strengere regels aangenomen voor lobbyisten bij de Europese Unie. Het gaat onder andere om een verplichte registratie van belangen­vertegenwoordigers. Zij kunnen zonder registratie geen lobbyactiviteiten in het Europees Parlement, bij de Raad of bij de Europese Commissiemeer verrichten. Ook zijn externe sprekers bij commissies, delegatievergaderingen of intergroepen alleen welkom als zij zich van te voren registreren in het transparantieregister. Daarnaast zijn er nieuwe richtlijnen voor rapporteurs, schaduwrapporteurs, en commissievoorzitters bij hun werkzaamheden die te maken hebben met lobbyisten en mag het personeel van het Europees Parlement alleen met belangenvertegenwoordigers spreken als die vertegenwoordigers geregistreerd staan.

Meer over het benaderen van:

3.

Meer informatie