Antwoord op vragen

Eerste en Tweede Kamerleden hebben het vragenrecht waarmee zij vragen aan de regering kunnen stellen. Schriftelijke vragen worden meestal schriftelijk door een minister of staatssecretaris beantwoord. Schriftelijke vragen van de Tweede Kamer kunnen echter ook mondeling beantwoord worden tijdens het wekelijkse vragenuurtje. De Eerste Kamer kent een dergelijk instrument niet. Een ander verschil met de Eerste Kamer is dat de Tweede Kamer een verplichte antwoordtermijn voor de bewindspersoon in het Reglement van Orde heeft opgenomen.

De schriftelijke vragen en antwoorden verwerkt in het Aanhangsel van de Handelingen. Het document begint met een standaardtekst. Voor antwoorden op vragen van de Eerste Kamer is dit de volgende tekst:

"Vragen door de leden der Kamer gesteld overeenkomstig artikel 140 van het Reglement van Orde, en de daarop door de regering schriftelijk gegeven antwoorden"

Bij de Tweede Kamer wordt niet aan het Reglement van Orde gerefereerd, maar staat er slechts:

"Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden".

Daaropvolgend is altijd een documentnummer te vinden en een korte tekst die aangeeft wie de vragen heeft ingediend, wie de vragen heeft beantwoord en wat het onderwerp is waar de vragen betrekking op hebben. Een voorbeeld van een dergelijke tekst is als volgt:

"Vragen van de leden Van den Hul en Ploumen (beiden PvdA) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht de in Limburg scholen miljoenen aan onderwijsgeld mislopen (ingezonden 19 maart 2018).

Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 17 april 2018)."

Daarna volgt een tekst waarin eerst de vraag getoond wordt en daarna het bijbehorende antwoord is weergegeven. Alle vragen en antwoorden zijn genummerd. Het is niet ongebruikelijk dat in het document naar een eerder Aanhangsel van de Handelingen wordt gerefereerd.