Toegang tot milieu-informatie

1.

Kerngegevens

Document­datum 11-10-2000
Publicatie­datum 07-04-2009
Kenmerk 22112, 169, 6

2.

Tekst

Titel

Voorstel

voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie

Datum Raadsdocument

3 juli 2000

nr. Raadsdocument

10 004/00, 2000/0169 (COD)

nr. Commissiedocument

COM(2000) 402 def.

Eerstverantwoordelijke ministerie

VROM in nauw overleg met AZ

en BZK.

Behandelingstraject in Brussel

Het richtlijnvoorstel zal vanaf 4 september worden behandeld in de Raadswerkgroep Milieu.

Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar)

geen

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel

Het voorstel is opgesteld overeenkomstig artikel 8 van de huidige richtlijn inzake de vrije toegang tot milieu-informatie (90/313/EEG ), volgens welk artikel de Commissie wordt verzocht herzieningsvoorstellen in te dienen die zij eventueel passend acht op basis van opgedane ervaring. De doelstelling van de herziening van richtlijn 90/313/EEG strekt tot:

  • · 
    het verhelpen van de tekortkomingen die bij de praktische toepassing ervan aan het licht zijn gekomen. De Commissie heeft zich hierbij gebaseerd op haar verslag aan de Raad en het Europees Parlement van 29 juni 2000 (COM (2000) 400) betreffende de ervaring opgedaan bij de tenuitvoerlegging van richtlijn 90/313/EEG. Dit verslag bevat onder meer de informatie die de Lidstaten overeenkomstig artikel 8 van richtlijn 90/313/EEG bij de Commissie hebben aangeleverd. Zo blijkt onder meer uit dit verslag dat een te beperkte interpretatie van de zinsnede «die verantwoordelijkheid dragen op milieugebied» uit de definitie van overheidsinstanties er toe heeft geleid dat bepaalde lichamen zijn uitgesloten van de werkingssfeer van de richtlijn vanwege het feit dat zij geen verantwoordelijkheid droegen op milieugebied, maar veeleer op gebieden als vervoer of energie.
  • · 
    aanpassing van de richtlijn aan de bepalingen van het Verdrag van Aarhus van 25 juni 1998 inzake toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter in milieu-aangelegenheden met het oog op ratificatie van het Verdrag door de Gemeenschap. De Gemeenschap is (naast alle Lidstaten) ondertekenaar van het Verdrag en kan het Verdrag pas ratificeren wanneer de betrokken communautaire regelgeving en haar interne regels betreffende handelingen en besluiten van de instellingen in lijn zijn gebracht met de verdragsbepalingen.
  • · 
    aanpassing van de richtlijn aan de ontwikkelingen op het gebied van de informatie-technologie. Er wordt door overheden steeds vaker gebruik gemaakt van elektronische media om informatie op te slaan en te verspreiden. In het richtlijnvoorstel wordt sterk aangedrongen om meer gebruik te maken van de informatietechnologie. Vanwege de vele voorgestelde wijzigingen wordt uit oogpunt van transparantie voorgesteld om richtlijn 90/313/EEG te vervangen in plaats van te wijzigen. De belangrijkste aanpassingen betreffen onder meer uitgebreidere definities van «milieu-informatie» en van «overheidsinstanties», een meer uitgewerkte bepaling met betrekking tot de vorm waarin informatie beschikbaar dient te worden gesteld, kortere termijnen waarbinnen de informatie verschaft dient te worden, beperking van het aantal uitzonderingsgronden op basis waarvan een verzoek om milieu-informatie geweigerd kan worden, een meer beperkend karakter van deze gronden waarbij informatie over emissies uitdrukkelijk niet is uitgezonderd, meer eisen aan de actieve verschaffing van milieu-informatie en uitgebreidere eisen aan de toegang tot de rechter.

Rechtsbasis van het voorstel

Artikel 175 (1) EG-Verdrag (co-decisieprocedure).

Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering

Het op dezelfde wijze toepassen van minimumvoorwaarden aan de uitoefening van het recht op toegang tot milieu-informatie draagt bij aan de verwezenlijking van de milieudoelstellingen van het verdrag: een verbetering van de bescherming en de kwaliteit van het milieu. Een aangescherpte richtlijn op dit gebied draagt hier verder aan bij en maakt deel uit van het ratificatieproces van het Verdrag van Aarhus. De subsidiariteitstoets is positief. Ten aanzien van de proportionaliteit verschaft de bestaande richtlijn de Commissie nadrukkelijk de mogelijkheid om herzieningsvoorstellen in te dienen. Het voorstel geeft een algemeen kader waarbij de uitwerking van praktische regelingen aan de Lidstaten wordt overgelaten.

Nederlandse belangen

Nederland staat overwegend positief tegenover de herziening van de milieu-informatierichtlijn. Nederland hecht groot belang aan een ruime toegang voor het publiek binnen de Europese Unie tot milieu-informatie op dezelfde basisvoorwaarden. Dit geldt zowel voor de toegang tot documenten op nationaal als op communautair niveau. Uit oogpunt van ratificatie van het Verdrag van Aarhus door de Gemeenschap en oplossing van gesignaleerde tekortkomingen is een herziening van de bestaande richtlijn wenselijk.

Het gegeven dat de gewijzigde richtlijn tot méér verplicht dan het verdrag van Aarhus op het punt van de vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens verdient nadere beschikking. De inhoud van dit richtlijnvoorstel en de verwante ontwerp-verordening inzake de toegang tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (COM 2000(030)), die ook ziet op publieke toegang tot documenten, verschilt op een aantal punten. Enerzijds lijkt het erop dat de lidstaten als gevolg van dit voorstel minder beperkingen mogen opleggen aan de openbaarheid van milieu-informatie in vergelijking met richtlijn 90/313. Anderzijds worden de documenten van genoemde instellingen juist minder toegankelijk als gevolg van de ontwerp-verordening inzake toegang tot documenten van de instellingen (hier is reeds door BZ een fiche over opgesteld). Dit terwijl het Verdrag van Aarhus een beweging naar méér openbaarheid zou moeten laten zien. Verder is het de vraag wat de verhouding is met openbaarheidsbepalingen in andere milieurichtlijnen. Dit probleem doet zich met name bij de weigeringsgronden voor. Tot slot kent de richtlijndefinitie een zeer ruime definitie van overheidsinstantie, waarbij de term «onder toezicht van» leidt tot een onbegrensdheid van rechtspersonen. «Aarhus» spreekt van «under control of», in de Nederlandse instructie voor de Raadswerkgroep Milieu in Brussel is dan ook de formule «onder verantwoordelijkheid van» voorgesteld. Onduidelijk is hoe het voorstel zich m.b.t. geheimhouding verhoudt tot verordening 322/97 betreffende de communautaire statistiek, alsmede nationale regelingen inzake de statistische geheimhouding. Evenzeer dient de verhouding tot het auteursrecht nog nader te worden bezien.

Consequenties voor nationale regelgeving/beleid c.q. decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG)

In Nederland is de toegang tot milieu-informatie hoofdzakelijk geregeld in de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) en de Wet milieubeheer (Wm). Het voorstel zal tot een aantal aanpassingen in de Wob leiden. Grotendeels zijn deze aanpassingen sowieso reeds noodzakelijk aangezien Nederland zich in het proces van ratificatie van het Verdrag van Aarhus bevindt. Het richtlijnvoorstel vormt de omzetting in EU-regelgeving van het Verdrag van Aarhus. Na een eerste beoordeling leidt het voorstel, indien het in deze vorm aangenomen wordt, in ieder geval tot aanpassingen van de definitie van «milieu-informatie», zoals neergelegd in de Wob (conform «Aarhus»). Een ander punt is dat de richtlijn termijnen stelt voor de verstrekking van documenten. De Wob kent geen verstrekkingstermijnen, maar beslistermijnen. Mogelijk zal dit tot aanpassing van de Wob moeten leiden (conform «Aarhus»). Het is de vraag of de definitie van «overheidsinstantie» goed is over te nemen in de Wob. De Wob gaat uit van de Algemene wet bestuursrechtterm bestuursorganen. Het richtlijnvoorstel kent een zeer ruime definitie van overheidsinstantie, waarbij de term «onder toezicht van» (artikel 2, tweede lid, onder b) leidt tot een onbegrensdheid van rechtspersonen. Het tweede lid, onder c, spreekt zelfs over «diensten van algemeen economisch belang», wat nog ruimer is dan onderdeel b. Bedrijven als de KLM en de NS en energiebedrijven zouden bijvoorbeeld onder deze definitie vallen, terwijl zij buiten de reikwijdte van de Wob vallen. «Aarhus spreekt van «under control of», in de Nederlandse instructie voor de Raadswerkgroep Milieu in Brussel is dan ook de formule «onder verantwoordelijkheid van» voorgesteld. Voorts verschilt het regime van de weigeringsgronden van het voorstel van die van het in Nederland gehanteerde systeem. Het richtlijnvoorstel maakt in tegenstelling tot de Nederlandse situatie geen onderscheid tussen zgn. «relatieve» en «absolute» weigeringsgronden. In geval er sprake is van een absolute weigeringsgrond blijft het verstrekken van informatie achterwege. Er vindt hierbij, anders dan bij relatieve weigeringsgronden, geen belangenafweging plaats. Indien het richtlijnvoorstel in deze vorm wordt aangenomen zal het consequenties hebben voor de Nederlandse situatie. Emissiegegevens kunnen ingevolge art 4, tweede lid, onder d, niet onderworpen worden aan een weigering. Dit betekent dat bij overdracht van emissies-gegevens ook de informatie meegegeven worden. waaruit rechtstreeks en aantoonbaar bedrijfsvertrouwelijke gegevens kunnen worden herleid. Dit punt vergt nadere aandacht. De richtlijn richt zich op het verschaffen van milieu-informatie door overheidsinstanties in algemene zin en heeft derhalve consequenties voor zowel de centrale als de decentrale overheden.

Rol EP in de besluitvormingsprocedure

Co-decisie procedure is van toepassing.

3.

Onderdeel van

11 okt
'00
Brief staatssecretaris met fiches, opgesteld door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC) - Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Buitenlandse Zaken (BUZA)
22112, nr. 169
 
 
 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.