Verordening 1979/1793 - Wijziging van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op de bezoldigingen en pensioenen van de ambtenaren en andere personeelsleden van de EG - Hoofdinhoud

officiële titel

officiële Engelstalige titel

 

Rechtsinstrument	Verordening
Wetgevingsnummer	Verordening 1979/1793
Origineel voorstel	COM(1979)239
Celex-nummer i	31979R1793

Avis juridique important

|

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1793/79 van de Raad van 9 augustus 1979 tot wijziging van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op de bezoldigingen en pensioenen van de ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen

Publicatieblad Nr. L 206 van 14/08/1979 blz. 0001 - 0002

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 01 Deel 3 blz. 0006

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 01 Deel 3 blz. 0006

++++

VERORDENING ( EGKS , EEG , EURATOM ) Nr . 1793/79 VAN DE RAAD

van 9 augustus 1979

tot wijziging van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op de bezoldigingen en pensioenen van de ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben ,

Gelet op het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen , vastgesteld bij Verordening ( EEG , Euratom , EGKS ) nr . 259/68 ( 1 ) en laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 3085/78 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 64 , artikel 65 , lid 2 , en artikel 82 van dat Statuut , alsmede op artikel 20 , eerste alinea , en artikel 64 van die Regeling ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Overwegende dat , wegens de aanzienlijke stijging van de kosten van levensonderhoud die zich sedert de inwerkingtreding van de Verordeningen ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 3084/78 ( 3 ) en ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 3086/78 ( 4 ) in het tweede halfjaar van 1978 heeft voorgedaan in verscheidene landen waar ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen werkzaam zijn , de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en pensioenen van deze ambtenaren en andere personeelsleden met ingang van 1 januari 1979 , respectievelijk 1 april 1979 , gewijzigd dienen te worden ;

Overwegende dat , in verband met de huidige omstandigheden en met de technische moeilijkheden die samenhangen met de nieuwe voorschriften betreffende de overmaking van een gedeelte van de bezoldiging naar een ander land dan het land van tewerkstelling alsmede met de handhaving van het evenwicht van de koopkracht tussen de verschillende landen van tewerkstelling , het dienstig is de aanpassingscoëfficiënten voorlopig vast te stellen met aftrek van een percentage dat overeenkomt met het laagste stijgingspercentage voor de kosten van levensonderhoud in de Lid-Staten , met dien verstande dat voor eind 1979 aan de hand van een grondiger bestudering van deze problemen een definitief besluit zal worden genomen , zo nodig met terugwerkende kracht ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . De aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldiging van de in een der hierna vermelde landen werkzame ambtenaren en andere personeelsleden , worden met ingang van 1 januari 1979 voorlopig als volgt vastgesteld :

België : 102,1

Denemarken : 137,5

Duitsland : 78,3

Frankrijk : 133,7

Ierland : 142,2

Italië : 156,3

Luxemburg : 102,1

Nederland : 94,0

Verenigd Koninkrijk : 148,4

Canada : 136,3

Japan : 144,6

Zwitserland : 76,3

Verenigde Staten van Amerika : 135,2

Griekenland : 170,9

Turkije : 446,2 .

2 . De aanpassingscoëfficiënten die overeenkomstig artikel 82 , lid 1 , tweede alinea , van het Statuut van toepassing zijn op de pensioenen , worden met ingang van 1 januari 1979 naar gelang van het land van de Gemeenschappen waar de pensioengerechtigde verklaart zich te vestigen , voorlopig als volgt vastgesteld :

België : 102,1

Denemarken : 137,5

Duitsland : 78,3

Frankrijk : 133,7

Ierland : 142,2

Italië : 156,3

Luxemburg : 102,1

Nederland : 94,0

Verenigd Koninkrijk : 148,4 .

Indien de pensioengerechtigde verklaart zich in een ander land dan de hierboven...

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.