Besluit 2007/464 - Intrekking van Beschikking 2005/186/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort op Malta

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze beschikking is op 6 juli 2007 gepubliceerd en is op 14 juni 2007 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

2007/464/EG: Beschikking van de Raad van 5 juni 2007 tot intrekking van Beschikking 2005/186/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort op Malta

officiële Engelstalige titel

2007/464/EC: Council Decision of 5 June 2007 abrogating Decision 2005/186/EC on the existence of an excessive deficit in Malta
 
Rechtsinstrument Beschikking
Wetgevingsnummer Besluit 2007/464
Origineel voorstel SEC(2007)621 NLEN
Celex-nummer i 32007D0464

3.

Key dates

Document 05-06-2007
Bekendmaking in Publicatieblad 06-07-2007; PB L 176 p. 19-20
Inwerkingtreding 14-06-2007; in werking datum kennisgeving
Einde geldigheid 31-12-9999

4.

Wettekst

6.7.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 176/19

 

BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 5 juni 2007

tot intrekking van Beschikking 2005/186/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort op Malta

(2007/464/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 104, lid 12,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bij Beschikking 2005/186/EG (1) werd op aanbeveling van de Commissie overeenkomstig artikel 104, lid 6, van het Verdrag besloten dat er op Malta een buitensporig tekort bestond. De Raad merkte op dat het overheidstekort in 2003 9,7 % van het bbp bedroeg, waarvan 2,9 % van het bbp op een eenmalige transactie terug te voeren was, en daarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp overschreed, terwijl de bruto overheidsschuld 72 % van het bbp beliep en in 2004 naar alle waarschijnlijkheid nog verder van de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp zou afwijken.

 

(2)

Overeenkomstig artikel 104, lid 7, van het Verdrag en artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad van 7 juli 1997 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten (2) heeft de Raad op 5 juli 2004 een aanbeveling tot Malta gericht waarin het land werd verzocht om uiterlijk in 2006 aan de heersende buitensporigtekortsituatie een einde te maken. De aanbeveling is openbaar gemaakt.

 

(3)

Overeenkomstig artikel 104, lid 12, van het Verdrag wordt een beschikking van de Raad betreffende het bestaan van een buitensporig tekort ingetrokken indien de Raad van oordeel is dat het buitensporige tekort in de betrokken lidstaat is gecorrigeerd.

 

(4)

Overeenkomstig het aan het Verdrag gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten worden de voor de toepassing van de procedure benodigde gegevens door de Commissie verstrekt. In het kader van de toepassing van dit protocol dienen de lidstaten overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3605/93 van de Raad van 22 november 1993 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten (3) de Commissie tweemaal per jaar, namelijk vóór 1 april en vóór 1 oktober, gegevens te verstrekken over het overheidstekort en de overheidsschuld, alsook over andere, daarmee samenhangende variabelen.

 

(5)

Uit de gegevens die de Commissie (Eurostat) overeenkomstig artikel 8 G, lid 1, van Verordening (EG) nr. 3605/93 na de kennisgeving van Malta vóór 1 april 2007 heeft verstrekt, en uit de voorjaarsprognoses 2007 van de diensten van de Commissie kunnen de volgende conclusies worden getrokken:

 

Het overheidstekort is teruggedrongen van 10 % van het bbp in 2003 tot 2,6 % van het bbp in 2006 en is daarmee onder de referentiewaarde van 3 % van het bbp uitgekomen. Dit percentage is iets lager dan de in het geactualiseerde convergentieprogramma van januari 2006 vastgelegde doelstelling voor 2006, maar toch nog iets hoger dan de doelstellingen die de Raad in zijn aanbeveling overeenkomstig artikel 104, lid 7, heeft onderschreven.

 

Ruim de helft (circa 4 procentpunt) van de 7,4 procentpunt van het bbp waarmee het tekortcijfer tussen 2003 en 2006 werd verminderd, was terug te voeren op hogere ontvangsten als gevolg van wijzigingen in de indirecte belastingheffing en een efficiëntere belastinginning. De resterende 3,5 procentpunt valt te verklaren door een daling van de uitgavenquote, die ten dele toe te schrijven is aan een groter beroep op eenmalige maatregelen, namelijk de verkoop van gronden, die bij conventie als een negatieve uitgave wordt geboekt. De uitgavenquote zou minder sterk zijn...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.