Nieuwsbrief nummer 29

Met dank overgenomen van J.J. (Jan Jacob) van Dijk i, gepubliceerd op woensdag 17 maart 2010.

Beste mensen,

De politieke ontwikkelingen volgen elkaar in een hoog tempo op. Het kabinet was nog niet gevallen of het partijbestuur droeg unaniem Jan Peter Balkenende voor als CDA-lijsttrekker. Niet alleen een logische keus, ook een noodzakelijke. De man die het CDA al drie maal naar succes heeft geleid bij de Tweede Kamerverkiezingen, die heeft laten zien als geen ander in staat te zijn om verkiezingscampagnes te kunnen winnen, is de beste man om dat kunststukje weer te laten zien. Dat het lastiger wordt dan de andere keren is op voorhand duidelijk, maar daar was iedereen zich op 22 februari ook al van bewust. Noodzakelijk ook om te laten zien dat het CDA achter Jan Peter staat. Op een ieder is wel iets aan te merken en natuurlijk kunnen ook opmerkingen gemaakt worden over alle keuzes die in de afgelopen maanden en jaren zijn gemaakt, maar het was evident dat de PvdA een einde aan dit kabinet wilde maken en niet het CDA. Om die analyse te onderstrepen was een snelle aanwijzing van de lijsttrekker een noodzakelijke keuze.

Nog geen drie weken later hebben twee andere partijleiders plaats gemaakt voor opvolgers. Het vertrek van Agnes Kant zat er wellicht nog aan te komen - de steun voor de SP was sinds de verkiezingen van 2006 aan het afkalven - ofschoon dat niet alleen Kant kan worden verweten. Bij het vertrek van Marijnissen stond de SP al aanzienlijk lager in de peilingen. Echter, Kant slaagde er niet in om de SP weer uit het slop te halen. Het leek er ook steeds meer op dat zij niet meer kon bijdragen tot de oplossing van het probleem, sterker nog, misschien zelfs een onderdeel van het probleem was geworden.

Het vertrek van Bos kwam als een grote verrassing. Ofschoon zijn partij bij de gemeenteraadsverkiezingen een groot aantal zetels had verloren, werd deze uitslag als een overwinning gevierd. Het resultaat was dan ook beter dan twee weken daarvoor voor mogelijk was gehouden. Toch verloor de PvdA ongeveer een derde van zijn raadszetels, maar bestond er schijnbaar geen enkele druk op Bos om te vertrekken.

In zijn afscheidsspeech gaf hij twee redenen op. In de eerste plaats wilde hij meer aandacht besteden aan zijn gezin. Een argument dat de dag daarvoor ook al was gebruikt door Camiel Eurlings. Aan de ene kant kan dit argument merkwaardig overkomen. Sommigen plaatsten al vraagtekens bij de oprechtheid van dit argument. Zouden ze nu veel minder uren gaan werken en geen topfunctie in openbaar bestuur of het bedrijfsleven ambieren? Natuurlijk wel, maar de druk van politiek leider of aankomend politiek leider zijn vergt niet alleen veel tijd, maar ook veel van je spaarzame vrije tijd en je energie. Altijd klaar moeten staan om een reactie te geven op onverwachte of verwachte besluiten of gebeurtenissen, altijd de druk van de media voelen, het is alsof er permanent een topwedstrijd gespeeld moet worden. En als dan een logisch moment komt waarop de vraag aan de orde is of je dit voor nog eens minimaal 4 jaar wilt, of je je nog eens voor een periode van vier jaar kunt opladen, dan kan het antwoord zijn dat je een stapje terug wilt doen. Dat je tijd nodig hebt om je weer op te laden voor een andere toekomst. Daarom is het onterecht om aan deze oprechtheid te twijfelen, maar ware het beter om te zeggen dat men de politiek wellicht moe was.

Zijn tweede argument lag in zijn analyse van het vereiste leiderschap. Hij meende dat Nederland behoefte had aan bindend leiderschap, waarvoor Cohen in zijn ogen geschikter was dan hij zelf. Dat Nederland behoefte heeft aan een bindend leider zal door niemand betwijfeld worden. Maar de vraag is wel hoe zo`n leiderschap er precies uit ziet. Want bindend leiderschap kan soms betekenen dat alle problemen uit de weg worden gegaan, met de mantel der liefde worden toegedekt en dat als gevolg daarvan een steeds groter aantal mensen zich niet meer senang voelt in de samenleving. Dat was de praktijk van de paarse kabinetten, waar Cohen ook deel van uitmaakte. De werkelijke problemen werden niet aangepakt, omdat ze weggemoffeld konden worden door een periode van overvloed, waarmee het onbehagen leek te worden afgekocht. Echter, na verloop van tijd bleek dat deze problemen niet vanzelf waren verdwenen. Integendeel: ze kwamen veel harder terug dan was verwacht. Op een dergelijk bindend leiderschap zit niemand te wachten.

Er zal nu een bindend leiderschap getoond moeten worden dat duidelijk maakt waar de toekomst van Nederland ligt. Hoe moet de toekomstige verzorgingsstaat er uit zien? Als we daar een antwoord op hebben, hebben we een antwoord op vele daaraan gekoppelde vragen. Hoe sluiten we mensen in in plaats van uit? Hoe vergroten we de veiligheid voor alle mensen in Nederland? Hoe stellen we mensen in staat om zichzelf een toekomstperspectief te creeren? Dergelijke vraagstukken moeten aan de orde worden gesteld. Een bindend leider zal de mensen voorgaan in deze discussie, maar zal de mensen zelf moeten laten beslissen. Als de nieuwe premier het goed doet zal hij niet de beslissingen nemen, waarna iedereen weer kritiek op de overheid en de politiek zal hebben, maar zullen mensen zelf weer de verantwoordelijkheid moeten nemen. De vraag is of dat bindend leiderschap bij Cohen aanwezig is. De toekomst zal het leren.

Onderwijs

In de afgelopen twee weken was de Kamer vooral bezig om te bezien welke onderwerpen nog wel en welke niet meer aan bod zouden mogen komen, het zogeheten proces van controversieel verklaren. In sommige commissies leidde dat tot een heel gevecht, in OCW ging dat redelijk soepel. In de komende maanden zullen nog enkele wetsvoorstellen behandeld worden, zoals de accreditatiewetgeving, de doorlopende leerlijnen, de educatieve minor en de instandhouding van kleine scholen. Deze wetten kunnen op een grote steun in de Kamer rekenen, ofschoon er nog voldoende ruimte voor amendering is. Deze week komt de accreditatiewetgeving aan bod, volgende week waarschijnlijk de doorlopende leerlijnen.

Apart is wel dat de PvdA samen met andere linkse partijen een initiatief wetsvoorstel hebben geactiveerd omtrent de acceptatieplicht. Nu het kabinet is gevallen wordt dit wetsvoorstel uit de kast gehaald en weer in procedure gebracht. Mocht u opmerkingen hebben bij dit voorstel, dan houden we ons van harte aanbevolen. Op 1 april moet ik mijn tekst voor de fractie klaar hebben. Commentaar ontvangen we graag daarvoor.

Agenda

De verkiezingen komen er aan en dat is nu al merkbaar in het aantal inleidingen en werkbezoeken. Vandaag mag ik in Groningen optreden voor de Groningse studenten over de toekomst van het hoger onderwijs. op donderdag zal ik op het Rhedens Lyceum in Rozendaal optreden. Op vrijdag is er een discussie in Gorinchem over de aansluiting tussen het primair en voortgezet onderwijs. Op 24 maart zal de profijtklas door FORUM worden gepresenteerd, waarna een forumdiscussie volgt. Ik zal deelnemen aan die discussie. Op 25 maart komt een groep studenten uit de VS om te spreken over christen-democratie. Een voor hen volstrekt onbekend fenomeen. Op 26 maart zal ik ’s morgens een werkbezoek aan het Albedacollege brengen, ’s middags deelnemen aan een forum bij het Blankensteijninstituut.

Kortom: de agenda begint weer vol te lopen. Maar er is nog ruimte.

Een goede werkweek.

Jan Jacob