India: terugblikken en vooruitkijken

Met dank overgenomen van P. (Peter) van Dalen i, gepubliceerd op zaterdag 1 mei 2010.

Het staat in alle reisgidsen en het cliché is waar: India is een land van contrasten. Na een week in het land te zijn geweest en veel gezien, gehoord en geleerd te hebben, zijn Jannes en ik weer terug in het veilige en goed georganiseerde Europa. De omvang van India; de eindeloze massa’s mensen; de enorme rijkdommen direct naast verschrikkelijke armoede; glitterende IT bedrijven naast piepkleine hutjes.

We hebben gesprekken gevoerd met politici van grote landelijke partijen en van kleine regionale partijen. De zorgen gehoord van sociale leiders over discriminatie, armoede, kinderarbeid, slavenarbeid. Ik heb ook de enorme rijkdom gezien van de elite, een rijkdom die maar blijft groeien.

Bijzondere mensen hebben we ontmoet: Karin Hulshof bijvoorbeeld, een Nederlandse die met veel toewijding UNICEF in India leidt. Ook een vergaderzaal vol Indiase gepensioneerde generaals, admiraals en jonge aanstormende officieren. Zij vonden dat het Westen teveel achter Pakistan aanloopt als het om Afghanistan en andere problemen in de regio gaat. Hamdullah Sayeed, het jongste lid van de Lok Sabha ( het Indiase Parlement), een frisse Parlementariër die net als ik erg geïnteresseerd is in vervoer over water. Professor Kancha Ilaiah, die een enorme kennis over de sociale en economische aspecten van de Dalit-discriminatie heeft opgebouwd en ons een stapel boeken meegaf om aan collega-Europarlementariërs uit te delen. En natuurlijk ook dominee Joseph D’Souza die alles wat hij heeft inzet om de Dalits onderwijs en bevrijding van discriminatie te geven.

Deze reis was nog maar het begin. Dat heb ik in India ook steeds aan de sociale leiders en de politici uitgelegd. Bij leven en welzijn ben ik de komende vier jaar lid van de India-delegatie van het Europees Parlement. De eerstkomende tijd zal ik me vooral inzetten voor een eerlijk en evenwichtig handelsverdrag tussen India en de Europese Unie. Over dit verdrag wordt momenteel druk onderhandeld. Het Europees Parlement moet het verdrag wanneer het op tafel ligt, goedkeuren. Ik ga er mijn uiterste best voor doen om te zorgen dat het EP in meerderheid eist, dat aandacht geschonken wordt aan verdrukking en ongerechtigheid, aan onderwijs voor de aller armsten. Economische belangen mogen godsdienstvrijheid en de rechten van arbeiders, van kinderen niet opzij duwen. Als de Indiase regering en de Europese Commissie hier niet mee instemmen komt er wat mij betreft geen handelsverdrag. Daarnaast ga ik ook op andere manieren, zowel hier in het Europees Parlement, als via mijn contacten, in India, zorgen dat het verhaal van de onderdrukte 250 miljoen Dalits niet vergeten wordt. Er zijn prachtige organisaties actief met hele goede programma’s. Voor zover het in mijn vermogen ligt zal ik dat van harte ondersteunen. Ik beschouw het als de opdracht van christenen en de ChristenUnie aan het werk te gaan om verdrukten hoop te geven.