Van de nood een deugd

Met dank overgenomen van E. (Erik) Ziengs i, gepubliceerd op woensdag 6 juli 2011.

Ziezo, het zomerreces is begonnen. Niet helemaal hetzelfde als vakantie, maar het begint er aardig op te lijken. Dat betekent – rampen daargelaten – dat we voorlopig niet naar Den Haag hoeven. Maar er blijft hier in de omgeving nog genoeg werk over. Zo was ik de afgelopen paar dagen – op uitnodiging van de Recron – op werkbezoek in toeristisch Drenthe.

Recreatie & Toerisme zit in mijn portefeuille. En dat vind ik belangrijk. Toerisme is voor Drenthe van levensbelang. Het is inmiddels onze belangrijkste economische activiteit. Daar waar vroeger het meeste geld werd verdiend in de landbouw, halen we nu ons inkomen uit het toerisme. Dat zorgt voor banen. Leuke, afwisselende, goed betaalde en uitdagende banen.

Maar het betekent nog veel meer. Het betekent ook een forse impuls aan het Drentse ondernemerschap. Een impuls aan innovatie, zakelijke initiatieven en talloze nieuwe bedrijven. Al mag soms de samenwerking tussen die bedrijven wel wat beter. Het toerisme is zo’n grote groeimarkt, dat ze elkaar voorlopig niet voor de voeten lopen. In nauwe onderlinge samenwerking zijn ze veel beter in staat om meer mensen naar Drenthe te lokken. Het hele jaar door.

Dat heeft ook een ander, zeer belangrijk effect op onze Provincie. Groeiende toeristenstromen kunnen ons helpen om de nadelige gevolgen van de bevolkingskrimp op te vangen. Als we de ruimte die ontstaat door wegtrekkende bewoners invullen door toenemende bezoekers, dan doen we het goed. Dan zijn we wellicht in staat om belangrijke voorzieningen overeind te houden. En kunnen we van de nood een deugd maken.

De Recron is druk bezig om het toeristisch product in Drenthe te vernieuwen en te verbeteren. Aan te passen aan de eisen van deze tijd. Om die ontwikkeling een zetje te geven, heb ik de afgelopen paar dagen de handen even fors uit de mouwen gestoken. Als toerist in eigen land.