Aanbeveling van de Raad van 28 juni 2011 - Jeugd in beweging - de leermobiliteit van jongeren bevorderen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze aanbeveling is op 7 juli 2011 gepubliceerd en is op 28 juni 2011 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Aanbeveling van de Raad van 28 juni 2011 — Jeugd in beweging — de leermobiliteit van jongeren bevorderen

officiële Engelstalige titel

Council Recommendation of 28 June 2011 — ‘Youth on the move’ — promoting the learning mobility of young people
 
Rechtsinstrument Aanbeveling
Origineel voorstel COM(2010)478 NLEN
Celex-nummer i 32011H0707(01)

3.

Key dates

Document 28-06-2011
Bekendmaking in Publicatieblad 07-07-2011; PB C 199 p. 1-5
Inwerkingtreding 28-06-2011; in werking datum document
Einde geldigheid 31-12-9999

4.

Wettekst

7.7.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 199/1

 

AANBEVELING VAN DE RAAD

van 28 juni 2011

Jeugd in beweging — de leermobiliteit van jongeren bevorderen

2011/C 199/01

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 165 en 166,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In de mededeling van de Commissie van 3 maart 2010, „Europa 2020 — Een strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei”, is een van de prioriteiten de ontwikkeling van een economie op basis van kennis en innovatie („slimme groei”) en wordt de aandacht gevestigd op het vlaggenschipinitiatief („Jeugd in beweging”) om de resultaten en de internationale aantrekkingskracht van de hogeronderwijsinstellingen in Europa te verbeteren en de algemene kwaliteit van alle onderwijs- en opleidingsniveaus in de Unie te verhogen, met evenveel aandacht voor talent als voor gelijke kansen, door de mobiliteit van jongeren te bevorderen en hun werkgelegenheidssituatie te verbeteren. Deze aanbeveling maakt onderdeel uit van het „Jeugd in beweging”-initiatief, en strookt met de geïntegreerde richtsnoeren Europa 2020.

 

(2)

Leermobiliteit, dat wil zeggen transnationale mobiliteit met de bedoeling nieuwe kennis, vaardigheden en competenties te verwerven, is een van de fundamentele manieren waarop jongeren niet alleen hun interculturele bewustzijn, persoonlijke ontwikkeling, creativiteit en actief burgerschap maar ook hun toekomstige inzetbaarheid kunnen versterken. Europeanen die als jeugdig student mobiel zijn geweest zullen waarschijnlijk mobieler zijn in hun latere werkzame leven. Leermobiliteit kan stelsels en instellingen voor onderwijs en beroepsopleiding opener, Europeser en internationaler, toegankelijker en doelmatiger maken. Ook kan zij het concurrentievermogen van Europa versterken door de opbouw van een kennisintensieve samenleving te stimuleren.

 

(3)

De voordelen van mobiliteit zijn onderstreept in de resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 14 december 2000 houdende een actieplan voor de mobiliteit (1), en in de Aanbeveling van het Europees Parlement en de Raad van 10 juli 2001 inzake de mobiliteit binnen de Gemeenschap van studenten, personen in opleiding, vrijwilligers, leerkrachten en opleiders (2). In de aanbeveling werd de lidstaten verzocht gepaste stappen te ondernemen om belemmeringen voor de mobiliteit van deze groepen weg te nemen.

 

(4)

Sinds de aanbeveling van 2001 is er op het gebied van jeugdmobiliteit veel bereikt. Niet alle instrumenten en hulpmiddelen worden echter volledig benut en er zijn nog veel belemmeringen overgebleven. Bovendien is de gehele context van de leermobiliteit de afgelopen tien jaar aanzienlijk veranderd, onder andere als gevolg van de globalisering, technologische vooruitgang met inbegrip van informatie- en communicatietechnologie („ICT”) en sterkere nadruk op inzetbaarheid en de sociale dimensie.

 

(5)

In de conclusies van de Raad en van de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 22 mei 2008, over het bevorderen van creativiteit en innovatie door onderwijs en opleiding, is benadrukt dat diversiteit en multiculturele omgevingen de creativiteit kunnen stimuleren.

 

(6)

In zijn conclusies betreffende de mobiliteit van jongeren van 21 november 2008 heeft de Raad de lidstaten gevraagd zich tot doel te stellen om van leerperiodes in het buitenland geleidelijk de regel — en niet de uitzondering — te maken voor alle jonge Europeanen. De Raad verzocht de Commissie een plan van aanpak vast te stellen voor het opnemen van maatregelen ter bevordering van grensoverschrijdende mobiliteit in alle Europese programma's en de lidstaten...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.