Besluit 2011/810 - Standpunt EU in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie ten aanzien van verzoeken met betrekking tot het verlenen of verlengen van bepaalde WTO-ontheffingen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
2011/810/EU: Besluit van de Raad van 30 november 2011 tot vaststelling van het door de Europese Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in te nemen standpunt ten aanzien van verzoeken met betrekking tot het verlenen of verlengen van bepaalde WTO-ontheffingenofficiële Engelstalige titel
2011/810/EU: Council Decision of 30 November 2011 establishing the position to be taken by the European Union within the General Council of the World Trade Organization as regards requests for granting and/or extending certain WTO waiversRechtsinstrument | Besluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Besluit 2011/810 |
Origineel voorstel | COM(2011)762 ![]() ![]() |
Celex-nummer i | 32011D0810 |
Document | 30-11-2011 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 07-12-2011; OJ L 324, 7.12.2011,Special edition in Croatian: Chapter 11 Volume 118 |
Inwerkingtreding | 30-11-2011; in werking datum document zie art 3 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
7.12.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 324/29 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 30 november 2011
tot vaststelling van het door de Europese Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in te nemen standpunt ten aanzien van verzoeken met betrekking tot het verlenen of verlengen van bepaalde WTO-ontheffingen
(2011/810/EU)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, juncto artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel IX van de Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (de WTO-overeenkomst) worden de procedures voor het verlenen van ontheffingen betreffende de multilaterale handelsovereenkomsten in de bijlagen 1A of 1B of 1C bij de WTO-overeenkomst en de bijlagen daarbij vastgesteld. |
(2) |
Wanneer verzoeken om ontheffing aan de WTO worden gericht, is er vaak maar zeer weinig tijd voor het definitieve besluit door het desbetreffende WTO-orgaan over deze verzoeken, terwijl een snelle reactie van de WTO-leden vereist is. |
(3) |
Het is in het belang van de Unie dat verzoeken om verlening en/of verlenging van jaarlijkse ontheffingen in verband met de invoering van het geharmoniseerde systeem inzake de omschrijving en codering van goederen (het zogenaamde geharmoniseerde systeem of GS) op 1 januari 1988 en de eerste, tweede, derde, vierde en vijfde wijziging ervan, aanbevolen door de Raad van de Werelddouaneorganisatie, respectievelijk „wijzigingen GS92” (inwerkingtreding op 1 januari 1992), „wijzigingen GS96” (inwerkingtreding op 1 januari 1996), „wijzigingen GS2002” (inwerkingtreding op 1 januari 2002), „wijzigingen GS2007” (inwerkingtreding op 1 januari 2007) en „wijzigingen GS2012” (inwerkingtreding op 1 januari 2012) genoemd, alsmede toekomstige wijzigingen van het GS, op grond waarvan WTO-leden verplicht zijn deze wijzigingen in hun lijsten van concessies op te nemen (omzetting van de lijsten van tariefconcessies in de GS-nomenclatuur), snel worden goedgekeurd. |
(4) |
De huidige ontheffing waarbij Kaapverdië wordt toegestaan de termijn voor de volledige tenuitvoerlegging van artikel VII van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel 1994 (GATT 1994) en van de WTO-overeenkomst inzake de douanewaarde te verlengen, loopt af op 31 december 2011. Het economische en handelsbelang van een verlenging van die ontheffing voor de Unie is minimaal. |
(5) |
De huidige ontheffing betreffende Canada’s tariefpreferentieprogramma CARIBCAN loopt af op 31 december 2011. Het economische en handelsbelang van een verlenging van die ontheffing voor de Unie is minimaal en een dergelijke verlenging is in overeenstemming met het beleid van de Unie de economische ontwikkeling van ontwikkelingslanden te steunen door middel van handelspreferenties. |
(6) |
De huidige ontheffing waarbij het Cuba wordt toegestaan af te wijken van artikel XV, lid 6, van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel 1994 loopt af op 31 december 2011. Het economische en handelsbelang van een verlenging van die ontheffing voor de Unie is minimaal. |
(7) |
De huidige ontheffing waarbij het landen die deelnemen aan de Kimberleyprocescertificering wordt toegestaan bepaalde beperkingen te leggen op de handel in zogenaamde bloeddiamanten loopt af op 31 december 2011. Het economische en handelsbelang van de verlenging van die ontheffing voor de Unie is minimaal, maar die verlenging is wel van groot belang voor de handelsbetrekkingen van de Unie in het algemeen. |
(8) |
Het is daarom passend het standpunt vast te stellen dat door de Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie met betrekking tot die ontheffingen dient te worden ingenomen... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.