BTW Plaats van levering van gas en elektriciteit - Hoofdinhoud
Contents
Documentdatum | 26-06-2003 |
---|---|
Publicatiedatum | 22-01-2013 |
Kenmerk | 10927/03 |
Van | Italian Presidency |
Aan | Working Party on Tax Questions - Indirect Taxation (VAT) |
Externe link | originele PDF |
Originele document in PDF |
RAAD VAN Brussel, 26 juni 2003 (02.07)
DE EUROPESE UNIE PUBLIC
10927/03
Interinstitutioneel dossier:
2002/0286 (CNS) i LIMITE
FISC 108 ENER 207
NOTA van: het Italiaanse voorzitterschap aan: de Groep belastingvraagstukken – Indirecte belasting (BTW) d.d.: 8 juli 2003 Betreft: BTW
-
-Plaats van levering van gas en elektriciteit
Voor de delegaties gaat hierbij een herzien compromisvoorstel dat door het Italiaanse voorzitterschap is opgesteld in het licht van de resultaten van de vergadering van de fiscale raden/attachés van de permanente vertegenwoordigingen (BTW) op 23 juni.
10927/03 sme/LAS/mg 1 Voorstel voor een
RICHTLIJN VAN DE RAAD
tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG i met betrekking tot de regels inzake de plaats van levering van gas en elektriciteit
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 93,
Gezien het voorstel van de Commissie 1 ,
Gezien het advies van het Europees Parlement 2 ,
3
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) De voortschrijdende liberalisering van de gas- en elektriciteitssector, waarmee wordt beoogd de interne markt voor aardgas en elektriciteit te voltooien, heeft duidelijk gemaakt dat een
herziening nodig is van de huidige BTW-regels inzake de plaats van levering van deze goederen, die zijn vastgesteld in Richtlijn 77/388/EEG i van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag
4 , teneinde de werking van het BTW-stelsel in het kader van de interne markt te moderniseren en te vereenvoudigen, een doel dat de Commissie nastreeft 5 .
(2) Gas en elektriciteit worden voor BTW-doeleinden als goederen beschouwd en dienovereenkomstig moet de plaats van levering bij grensoverschrijdende transacties worden bepaald
volgens artikel 8 van Richtlijn 77/388/EEG i. Aangezien gas en elektriciteit fysiek echter moeilijk te traceren zijn, is het bijzonder moeilijk de plaats van levering volgens de huidige regels te bepalen.
1 PB C [...] van [...], blz. [...].
2 PB C [...] van [...], blz. [...].
3 PB C [...] van [...], blz. [...].
4 PB L 145 van 13.6.1977, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/38/EG i
(PB L 128 van 15.5.2002, blz. 41).
(3) Teneinde een echte interne markt voor gas en elektriciteit zonder BTW-obstakels tot stand te brengen, dient als plaats van levering van gas via het aardgasdistributiesysteem en van elektriciteit, voordat de goederen het stadium van het eindverbruik bereiken, te worden aangemerkt
de plaats waar de afnemer de zetel van zijn bedrijfsuitoefening heeft gevestigd.
(4) De levering van gas en elektriciteit in het stadium van het eindverbruik, door handelaar en distributeur aan eindverbruiker, moet worden belast op de plaats waar de afnemer het effectieve gebruik en genot van de goederen heeft, teneinde te garanderen dat de belasting wordt geheven in het land waar het werkelijke verbruik plaatsvindt. Normaal gesproken is dat de plaats waar zich de meter van de afnemer bevindt.
(5) Gas en elektriciteit worden geleverd via distributienetten waartoe toegang wordt verleend door netbeheerders. Teneinde dubbele heffing of niet-heffing te voorkomen, dienen de
regels inzake de plaats van levering van de transmissie- en transportdiensten te worden geharmoniseerd. De toegang tot en het gebruik van de distributiesystemen en het verrichten van rechtstreeks met deze diensten verbonden diensten moeten derhalve worden toegevoegd aan de lijst van specifieke diensten die zijn opgenomen in artikel 9, lid 2, onder e), van Richtlijn 77/388/EEG i.
(6) Teneinde dubbele heffing te voorkomen, dient de invoer van gas via het aardgasdistributiesysteem en van elektriciteit te worden vrijgesteld.
(7) Indien de afnemer een voor BTW-doeleinden geïdentificeerde persoon is, moeten de wijzigingen van de regels inzake de plaats van levering van gas via het aardgasdistributiesysteem en van elektriciteit worden gecombineerd met de invoering van verplichte verlegging.
(8) Richtlijn 77/388/EEG i dient dienovereenkomstig te worden gewijzigd,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
Richtlijn 77/388/EEG i wordt als volgt gewijzigd:
-
1)aan artikel 8, lid 1, worden de volgende punten d) en e) toegevoegd:
"d) ingeval de levering van gas via het aardgasdistributiesysteem of van elektriciteit wordt verricht aan een belastingplichtige wederverkoper: de plaats waar de belastingplichtige wederverkoper de zetel van zijn bedrijfsuitoefening of een vaste inrichting heeft
gevestigd waarvoor de goederen worden geleverd, dan wel, bij gebreke van een dergelijke zetel of vaste inrichting, zijn woonplaats of zijn gebruikelijke verblijfplaats.
Voor de toepassing van deze bepaling wordt onder belastingplichtige wederverkoper verstaan, een belastingplichtige wiens hoofdactiviteit op het gebied van de aankoop van gas of elektriciteit bestaat in het opnieuw verkopen van die producten en wiens eigen verbruik van die producten verwaarloosbaar is.
-
e)in geval van een levering van gas via het aardgasdistributiesysteem of van elektriciteit die niet wordt bestreken door punt d): de plaats waar de afnemer het effectieve gebruik en verbruik van de goederen heeft. Indien een deel van deze goederen in werkelijkheid niet door deze afnemer wordt verbruikt, wordt hij geacht dat deel op dezelfde plaats te hebben gebruikt en verbruikt. Indien geen van deze goederen door de afnemer
worden verbruikt, wordt hij geacht de goederen te hebben gebruikt en verbruikt op de plaats waar hij de zetel van zijn bedrijfsuitoefening of een vaste inrichting heeft gevestigd waarvoor de goederen moesten worden geleverd en verbruikt. Bij gebreke van een dergelijke zetel of vaste inrichting wordt hij geacht de goederen te hebben gebruikt en verbruikt in zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats.
-
Noot (zie de bijlage).
-
2)in artikel 9, lid 2, punt e), wordt na het achtste streepje het volgende streepje ingevoegd:
"- het bieden van toegang tot, en transport of transmissie via aardgas- en elektriciteitsdistributiesystemen en het verrichten van andere daarmee rechtstreeks verbonden diensten.";
-
3)in artikel 14, lid 1, wordt het volgende punt k) toegevoegd:
"k) de invoer van gas via het aardgasdistributiesysteem en de invoer van elektriciteit.";
-
4)artikel 21, lid 1, punt a), zoals vervangen door artikel 28 octies, wordt vervangen door de volgende tekst:
"a) door de belastingplichtige die een belastbare levering van goederen of een belastbare dienst verricht, met uitzondering van de onder b), c) en f) bedoelde gevallen. Wanneer de belastbare levering van goederen of de belastbare dienst wordt verricht door een niet in het binnenland gevestigde belastingplichtige, kunnen de lidstaten onder door henzelf vast te stellen voorwaarden bepalen dat de belasting verschuldigd is door degene voor wie de belastbare levering van goederen of de belastbare dienst wordt verricht;";
-
5)in artikel 21, lid 1, zoals vervangen door artikel 28 octies, wordt het volgende punt f) toegevoegd:
"f) door de voor BTW-doeleinden in het binnenland geregistreerde afnemer aan wie goederen worden geleverd onder de in artikel 8, lid 1, onder d) of e), bepaalde
voorwaarden, wanneer deze goederen worden geleverd door een niet in het binnenland gevestigde belastingplichtige.";
-
6)in artikel 22, lid 1, punt c), zoals vervangen door artikel 28 nonies, wordt het eerste streepje vervangen door de volgende tekst:
"Iedere belastingplichtige, uitgezonderd die bedoeld in artikel 28 bis, lid 4, die in het binnenland leveringen van goederen of diensten verricht die recht op aftrek doen ontstaan, andere dan leveringen van goederen of diensten waarvoor uitsluitend de afnemer of de ontvanger belasting verschuldigd is overeenkomstig artikel 21, lid 1, onder a), b), c) of f). Het staat de lidstaten evenwel vrij bepaalde in artikel 4, lid 3, bedoelde belastingplichtigen niet te registreren;";
-
7)in artikel 28 bis, lid 5, punt b) wordt het volgende streepje toegevoegd:
"- de levering van gas via het aardgasdistributiesysteem of de levering van elektriciteit onder
de in artikel 8, lid 1, onder d) of e) bepaalde voorwaarden."
Artikel 2
De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om op 1.1.2005 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis. Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
Artikel 3
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgend op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Artikel 4
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 2003
Voor de Raad De voorzitter
________________ BIJLAGE 1
Ontwerp-verklaring voor de Raadsnotulen
-
1.De Raad en de Commissie komen overeen om de behandeling van financiële derivaten zoals forwards, futures en opties op gas geleverd via het aardgasdistributiesysteem en op elektriciteit te bespreken bij de herziening van de behandeling van alle financiële derivaten.
-
2.De Raad neemt nota van de toezegging van de Commissie dat zij, indien de liberalisering van de elektriciteits- en de gasmarkt op 1 juli 2007 niet voltooid is, de werking van de
BTW-regeling voor de levering van elektriciteit en gas zal bekijken en binnen de drie daarop volgende maanden verslag zal uitbrengen bij de Raad en het Europees Parlement. Indien nodig zal de Commissie eind 2007 passende maatregelen voorstellen om een eind te maken aan eventuele concurrentievervalsing ten gevolge van de BTW- regels in deze sector.
-
3.[De Raad en de Commissie zijn het erover eens dat de lidstaten statistische gegevens inzake aankomsten en verzendingen van gas en elektriciteit behoeven. De Raad verzoekt de Commissie ervoor te zorgen dat de verzameling van deze gegevens voor de betrokken bedrijven zo gering mogelijke lasten veroorzaakt.]
_______________ BIJLAGE 2
Noot
1. Artikel 8, lid 1, punt d), heeft betrekking op alle leveringen van gas en elektriciteit aan handelaren (belastingplichtige wederverkopers). Voor de toepassing van deze richtlijn wordt onder belastingplichtige wederverkoper verstaan, een belastingplichtige wiens
hoofdactiviteit op het gebied van de aankoop van gas of elektriciteit bestaat in het opnieuw verkopen van die producten en wiens eigen verbruik van die producten verwaarloosbaar is.
2. De levering van elektriciteit en gas, niet geleverd aan een belastingplichtige wederverkoper, is belastbaar waar het verbruik plaatsvindt. Normaal gesproken is dat, zoals toegevoegd aan de overwegingen, de plaats waar zich de meter van de afnemer bevindt. Dit blijkt uit de eerste zin van artikel 8, lid 1, punt e).
3. Als evenwel een elektriciteitsdistributeur elektriciteit verkoopt aan een afnemer die de goederen (deels) niet verbruikt, is er voor (een deel van) deze levering geen plaats van belastingheffing. Om ook deze situatie te dekken, is aan artikel 8, lid 1, punt e), een
tweede zin toegevoegd. Zo is er voor elke levering een plaats van belastingheffing.
4. Omdat de betekenis van de tweede zin niet helemaal duidelijk was, moest deze tekst worden gepreciseerd. Door de wijzigingen zullen de volgende resultaten worden bereikt.
5. Voor een afnemer die enkel gas en elektriciteit verbruikt, is de levering belastbaar op de plaats van verbruik. Indien een afnemer in meer dan één lidstaat gevestigd is (b.v. een
hoofdkantoor in lidstaat 1 en een vaste inrichting in lidstaat 2), zijn de leveringen
belastbaar op de plaats waar het verbruik plaatsvindt, gewoonlijk in twee lidstaten.
6. In hoofde van de afnemer die geen belastingplichtige wederverkoper is, maar die het geleverde gas en de geleverde elektriciteit in het geheel niet verbruikt, zijn deze leveringen belastbaar op de plaats waar de afnemer de zetel van zijn bedrijfsuitoefening of een vaste inrichting heeft gevestigd waarvoor de goederen moesten worden geleverd en verbruikt.
7. Ten slotte moeten in hoofde van de afnemer die een deel van het geleverde gas en de geleverde elektriciteit verbruikt en een ander deel wederverkoopt, deze leveringen op één enkele plaats belastbaar zijn. Aangezien de plaats van belastingheffing voor het verbruikte deel bekend is (de plaats waar de meter zich bevindt), moet voor het ander deel logischerwijze dezelfde plaats van belastingheffing gelden.
8. Deze beginselen leiden tot de gewijzigde tekst van artikel 8, lid 1, punt e).