Lange Termijn Spooragenda en Concessies

Met dank overgenomen van B.G. (Betty) de Boer i, gepubliceerd op donderdag 26 juni 2014, 2:39.

Van belang voor de VVD is een blijvende scheiding van de grootste vervoerder en spoorbeheerder. Wij zien uit naar een verdere liberalisering van de spoormarkt na 2025 en zullen in de komende periode momenten aangrijpen om eventuele verdere voorbereiding hiertoe te bewerkstelligen. Liberalisering op het spoor heeft bewezen dat de kwaliteit omhoog gaat en de kosten naar beneden. Binnenkort komt het onderzoek naar commerciële activiteiten van de NS op stations. Dat is een eerste moment om kritisch te kijken naar het level playing field op stations. Stations moeten voor alle vervoerders op gelijke wijze toegankelijk zijn.

Dan over het punt van aanbesteding in het openbaar vervoer. Het CDA heeft al een motie ingediend om het Rijk een toets te laten doen op aanbestedingen in de regio. De regionale overheid is echter de aanbestedende partij en in dat geval ook de vragende partij. We moeten echter in zijn algemeenheid blijven kijken naar de grootte en de machtspositie van de grootste vervoerder de NS. Van de NS mag als grootste vervoerder, met de meeste verantwoordelijkheid, ook de grootste inspanning verwacht worden naar andere vervoerders: een hoffelijke opstelling derhalve. Misbruik van je markt- en daarmee machtspositie horen daar niet bij.

Na de zomer gaat het kabinet inzage geven in de rentabiliteit per spoorlijn. De VVD vraagt al heel lang om dit inzicht. We moeten durven kijken naar de mogelijkheden van een hogere rentabiliteit van een spoorlijn als die niet hoog scoort. Dit zijn we verplicht naar de belastingbetaler, openbaar vervoer kost namelijk geld.

Op het punt van goederenvervoer wordt heel veel beloofd, maar al die beloftes vluchten in processen en zijn nog weinig concreet. Hoe vertaalt zich bijvoorbeeld het belang van goederenvervoer terug in de herijking van de spoorprojecten in het MIRT? Binnen de herprioritering zullen we heel goed moeten kijken naar economische (positieve) gevolgen, een kosten/batenverhouding en de verkeerskundige inpassing van projecten. Dus ook van spoorprojecten.

De VVD heeft naar aanleiding van de ontwerp-conceptconcessies aan de NS en Prorail twee moties ingediend. De moties luiden als volgt.

De Kamer,

Gehoord de beraadslaging,

Overwegende dat in de vervoerconcessie van de NS goede en concrete afspraken moeten worden gemaakt over de informatie- en prestatieindicatoren,

Overwegende dat de bodem- en de streefwaarden van deze indicatoren tot stand zijn gekomen op basis van ervaringsgegevens van de NS,

Overwegende dat pas bij de evaluatie van deze indicatoren een onafhankelijke partij zal worden betrokken,

Verzoekt de regering om voor de vaststelling van de definitieve bodem- en streefwaarden van de informatie- en prestatieindicatoren in de vervoerconcessie van de NS opdracht te geven tot een onafhankelijk toetsing van deze waarden,

En de resultaten van dit onderzoek voor de vaststelling van de concessie met de Tweede Kamer te delen,

En gaat over tot de orde van de dag,

De Boer

Hoogland

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

Overwegende dat de LTSA ambieert om aan groei voor goederenvervoer voldoende ruimte te bieden,

Overwegende dat de concurrentiepositie van de Nederlandse industrie en havens in belangrijke mate wordt bepaald door de kwaliteit van internationale spoorverbindingen,

Overwegende dat de Nederlandse overheid zich jarenlang en met succes heeft ingespannen voor het tot stand komen van drie Europese spoorcorridors van en naar Nederland zoals beschreven in Verordening EU 913/2010,

Verzoekt de staatssecretaris om via de Beheerconcessie 2015-2024, ProRail op te dragen om in overeenstemming met de Verordening voldoende capaciteit voor internationaal goederenvervoer vrij te maken en jaarlijks de verwachte en gerealiseerde volumegroei alsmede de kwaliteit van treinpaden op de Nederlandse secties van de corridors terug te koppelen aan de Kamer;

En gaat over tot de orde van de dag,

De Boer

Tot slot over de veiligheid op het spoor.

In de beheerconcessie van Prorail moet een niveau van veiligheid van het spoor worden afgesproken conform de aanbevelingen van de Commissie Kuiken. Via het verbeterprogramma prestatiegericht onderhoud (PGO) wordt nu gewerkt aan een eenduidige set van veiligheidswaarden die voor de hele infrastructuur gaat gelden. Dit programma is opgenomen als verplichting in de concessie. Daarbij hoort ook de verplichting dat ProRail dient te beschikken over een actuele database die adequaat zicht geeft op de staat van de infrastructuur. We wachten dit dan ook eerst af en zullen hier kritisch naar kijken.