D66 Biobased economy symposium: Investeer in de bioeconomie! - Hoofdinhoud
D66 wil dat Nederland en Europa meer investeren in de Biobased Economy. Onnodige regelgeving en grensoverschrijdende obstakels moeten worden weggenomen en er moet meer aandacht komen voor biobased producten in het inkoopbeleid van de overheid. Dat concluderen D66-Europarlementarier Matthijs van Miltenburg en de Brabantse D66-lijsttrekker Anne-Marie Spierings tijdens het Biobased Economy Symposium dat de partij 27 februari jl. organiseerde op de Green Chemistry Campus op het terrein van SABIC Innovative Plastics in Bergen op Zoom.
Doel van het symposium was om de Brabantse fracties van D66 te informeren over de kansen van de Biobased Economy voor Brabant, Nederland en Europa. In een biobased economy nemen groene grondstoffen (biomassa) de rol over van fossiele grondstoffen zoals aardolie. Zuidwest-Nederland staat onder de vlag van de Biobased Delta stevig op de kaart als biobased hotspot. Hier is regionaal aanbod van groene reststromen uit de landbouw, er is een hoge concentratie van bedrijven met chemische kennis en faciliteiten en de regio beschikt over een bloeiende logistieke sector met goede verbindingen over weg, spoor en water. “Geen logischere plek dus dan de Green Chemistry Campus om van biobased ondernemers te horen waar ze tegenaan lopen en hoe we hen kunnen helpen”, aldus de D66’ers.
Na enkele woorden van welkom zetten Willem Sederel, directeur van de Biobased Delta en prof. Johan Sanders van Wageningen UR enkele kansen en uitdagingen uiteen. Drie zaken vielen daarbij op: ten eerste de oproep om biomassa beter te benutten door er waardevolle chemische bouwstenen als cellulose en lignine uit te halen. Nu wordt biomassa op grote schaal verbrand. Het tweede punt betreft de kansen die het opheffen van het Europese suikerquotum in 2017 biedt voor de biobased economy in Zuidwest-Nederland. En het derde punt betreft de oproep voor langetermijnbeleid en -investeringen vanuit de overheid.
Het hoogtepunt van het symposium vormden de 4 pitches van Biorizon, NNRGY Crops, Nettenergy en Van Adrichem en de daarop volgende forumdiscussie. Van Adrichem wist indruk te maken met een foto van een lange rij met ordners met de verantwoording voor een Europese subsidie. Dit ontlokte D66-europarlementarier Van Miltenburg de uitspraak dat “we af moeten van deze handhavingskathedraal van controle op controle zodat ondernemers zich kunnen richten op innovatie”.
Lokale bestuurders raakten zichtbaar enthousiast door de pitch van Green Chemistry Campus vestiger NNRGY Crops die olifantsgras teelt op braakliggende grond om er papier, bio-plastic en bio-beton van te maken. D66-kamerlid Van Veldhoven liet weten dat er wat haar betreft experimenteerruimte komt in de nieuwe omgevingswet voor dit soort duurzame initiatieven. Campus vestiger Nettenergy liet zien hoe verrassend veel waarde er uit hout gehaald kan worden als je het niet verbrandt maar biologisch raffineert. En Shared Research Center Biorizon toonde aan dat een heldere focus op functionele biobased aromaten zorgt dat Biorizon nu de interesse wekt van wereldspelers.
Spierings: “Duidelijk is dat we alle ingrediënten in huis hebben om wereldklasse te worden; nu komt het aan op investeringen, ook uit de politiek. Het onderwijs investeert reeds in biobased opleidingen, de industrie investeert in innovaties en ik maak me er sterk voor dat de overheid deze duurzame en kansrijke sector stimuleert. Bijvoorbeeld door de medefinanciering van een demoplant zodat ondernemers hun innovaties op kunnen schalen en door een provinciaal inkoopbeleid waarin biobased ondernemers een serieuze kans maken doordat niet alleen op kosten wordt gestuurd, maar ook op hernieuwbaarheid van grondstoffen. Dit vormt de basis voor een sterke, toekomstbestendige en op termijn klimaatneutrale economie met mondiale aantrekkingskracht.”
Om de Biobased Economy een forse impuls te geven zijn niet alleen financiële middelen nodig, maar ook het wegnemen van belemmerende regels en wetten en het gelijktrekken van regels in de 28 Europese lidstaten. Van Miltenburg: “Voor een Nederlandse bedrijf moet het mogelijk kunnen zijn om gemakkelijk over de grens in bijvoorbeeld België te werken, zonder in een wirwar van regels terecht te komen. Vanuit Europa zet ik me in voor het gelijk trekken van die regels. We moeten naar een gezond Europees speelveld voor innovatieve ondernemers. Met de inbreng van de ondernemers en deskundigen ga ik terug naar Brussel om weer nieuwe stappen te zetten in de groei van een duurzame agrarische en chemische sector met nieuwe banen en een beter leefmilieu.”
Bron: D66 Brabant