Besluit 2016/1022 - Intrekking van Besluit 2010/401/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Cyprus

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Dit besluit is op 24 juni 2016 gepubliceerd en moest uiterlijk op 21 juni 2016 zijn omgezet in nationale regelgeving.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Besluit (EU) 2016/1022 van de Raad van 17 juni 2016 tot intrekking van Besluit 2010/401/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Cyprus

officiële Engelstalige titel

Council Decision (EU) 2016/1022 of 17 June 2016 abrogating Decision 2010/401/EU on the existence of an excessive deficit in Cyprus
 
Rechtsinstrument Besluit
Wetgevingsnummer Besluit 2016/1022
Origineel voorstel COM(2016)295 NLEN
Celex-nummer i 32016D1022

3.

Key dates

Document 17-06-2016; Datum goedkeuring
Bekendmaking in Publicatieblad 24-06-2016; PB L 166 p. 14-16
Inwerkingtreding 21-06-2016; van kracht datum kennisgeving
Einde geldigheid 31-12-9999
Kennisgeving 21-06-2016

4.

Wettekst

24.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/14

 

BESLUIT (EU) 2016/1022 VAN DE RAAD

van 17 juni 2016

tot intrekking van Besluit 2010/401/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Cyprus

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 126, lid 12,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 13 juli 2010 heeft de Raad, op grond van een aanbeveling van de Commissie, bij Besluit 2010/401/EU van de Raad (1) overeenkomstig artikel 126, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) besloten dat er in Cyprus een buitensporig tekort bestond. De Raad merkte op dat volgens de door de Cypriotische autoriteiten in april 2010 meegedeelde gegevens het overheidstekort in 2009 op 6,1 % van het bbp uitkwam, waarmee het boven de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp uitkwam. De bruto-overheidsschuld zou naar verwachting in 2010 ongeveer 62 % van het bbp belopen, waarmee deze boven de in het Verdrag vastgestelde referentiewaarde van 60 % van het bbp uitkwam.

 

(2)

Op 13 juli 2010, heeft de Raad, overeenkomstig artikel 126, lid 7, VWEU en artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad (2), op grond van een aanbeveling van de Commissie een aanbeveling tot Cyprus gericht waarin het land werd verzocht om uiterlijk eind 2012 een einde te maken aan de buitensporigtekortsituatie. Die aanbeveling van de Raad is openbaar gemaakt.

 

(3)

Op 27 januari 2011 was de Commissie tot de conclusie gekomen dat, op basis van de toentertijd beschikbare informatie, Cyprus maatregelen had getroffen waarmee voldoende vooruitgang werd geboekt in de richting van de correctie van het buitensporige tekort binnen de door de Raad vastgestelde termijnen. Op 11 januari 2012 heeft de Commissie bevestigd dat Cyprus effectieve maatregelen had getroffen met het oog op een tijdige en duurzame correctie van het buitensporige tekort.

 

(4)

De Cypriotische autoriteiten hebben om financiële bijstand van de Unie, de lidstaten die de euro als munt hebben en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) verzocht om de economie van Cyprus opnieuw op een duurzaam groeipad te helpen brengen. Op 25 april 2013 heeft de Raad Besluit 2013/236/EU (3) vastgesteld, gericht tot Cyprus, inzake specifieke maatregelen om de financiële stabiliteit en de duurzame groei te herstellen. Tegelijk heeft het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) Cyprus een faciliteit voor financiële bijstand toegekend. In het kader daarvan is door de Cypriotische autoriteiten en de Commissie, die namens het ESM handelde, op 26 april 2013 een memorandum van overeenstemming over de specifieke economische beleidsvoorwaarden ondertekend.

 

(5)

Op 16 mei 2013 heeft de Raad, overeenkomstig artikel 3, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1467/97, geconcludeerd dat Cyprus doeltreffende actie had ondernomen, maar dat er zich na de vaststelling van de herziene aanbeveling van de Raad van 13 juli 2010 onverwachte ongunstige economische gebeurtenissen met een ernstige negatieve weerslag op de overheidsfinanciën hadden voorgedaan. Daarom oordeelde de Raad, op basis van een aanbeveling van de Commissie, dat aan de in artikel 3, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1467/97 genoemde voorwaarden was voldaan en stelde hij een nieuwe tot Cyprus gerichte aanbeveling vast overeenkomstig artikel 126, lid 7, VWEU met het oog op het beëindigen van de buitensporigtekortsituatie uiterlijk in 2016.

 

(6)

Op 6 september 2013 concludeerde de Commissie dat Cyprus doeltreffende actie had ondernomen om het buitensporige tekort tegen 2016 te corrigeren, zoals de Raad op 16 mei 2013 had aanbevolen.

 

(7)

Overeenkomstig artikel 10, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 472/2013...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.