Verslag van een schriftelijk overleg inzake EU-VS Privacy Shield - EU-voorstel: Commissiemededeling inzake de overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems-arrest COM (2015) 566

Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. K toegevoegd aan dossier 34353 - EU-voorstel: Commissiemededeling inzake overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems arrest.

1.

Kerngegevens

Officiële titel EU-voorstel: Commissiemededeling inzake de overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems-arrest COM (2015) 566; Verslag van een schriftelijk overleg inzake EU-VS Privacy Shield
Document­datum 29-08-2016
Publicatie­datum 29-08-2016
Nummer KST34353K
Kenmerk 34353, nr. K
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

34 353 EU-voorstel: Commissiemededeling inzake de overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems-arrest COM (2015) 566 i1

K VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 24 augustus 2016

De leden van de vaste commissies voor Immigratie & Asiel / JBZ-Raad2 en voor Veiligheid en Justitie3 hebben in hun vergadering van 12 juli 2016 de brief van de Minister van Veiligheid en Justitie d.d. 5 juli 2016 besproken met een reactie op vragen over het EU-VS Privacy Shield.4

Naar aanleiding daarvan is op 18 juli 2016 een brief gestuurd aan de Minister.

De Minister heeft op 24 augustus 2016 gereageerd.

De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier voor dit verslag,Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTERS VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL / JBZ-RAAD EN VOOR VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Minister van Veiligheid en Justitie

Den Haag, 18 juli 2016

De leden van de vaste commissies voor Immigratie & Asiel / JBZ-Raad en voor Veiligheid en Justitie hebben in hun vergadering van 12 juli 2016 uw brief d.d. 5 juli 2016 besproken met een reactie op vragen over het EU-VS Privacy Shield.5 De leden van de fractie van D66 hebben naar aanleiding hiervan nog enkele aanvullende vragen. De leden van de fracties van de PvdA en GroenLinks sluiten zich bij deze vragen aan.

De leden van de fractie van D66 hebben met belangstelling kennisgenomen van uw brief d.d. 5 juli 2016 betreffende het EU-VS Privacy Shield.6 Zij zouden graag van u horen of u zich hard heeft gemaakt voor de invoering van een horizonbepaling in het onlangs aangenomen ontwerpuitvoeringsbesluit van de Europese Commissie betreffende het EU-VS Privacy Shield. Zo nee, kunt u toelichten waarom niet? Tevens vragen deze leden graag aan u welke garanties u -in dat geval- anderszins kunt geven dat de Nederlandse regering blijft aandringen om de zeggenschap en controle over persoonsgegevens te verhogen en de verzameling van persoonsgegevens door de Amerikaanse geheime diensten verder te beperken.

De vaste commissies voor Immigratie & Asiel / JBZ-raad en voor Veiligheid en Justitie zien met belangstelling uit naar uw reactie en ontvangen deze graag uiterlijk 9 september 2016.

De voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel / JBZ-Raad, G. Markuszower

De voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, A.W. Duthler

BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 augustus 2016

De leden van de Vaste Commissies voor Immigratie & Asiel/JBZ Raad en voor Veiligheid en Justitie hebben mij in hun brief van 18 juli 2016, nr. 159079.06u, enige vragen gesteld over het EU-US Privacy Shield. Ik dank de leden voor deze vragen. Ik zal ze graag beantwoorden.

De leden van de fractie van D66 vragen of ik mij hard heb gemaakt voor de invoering van een horizonbepaling in het onlangs aangenomen ontwerpuitvoeringsbesluit van de Europese Commissie betreffende het EU-US Privacy Shield. Indien dat niet het geval is geweest vragen deze leden om een toelichting waarom dit niet is gebeurd. De leden van de fracties van de PvdA en GroenLinks sluiten zich bij deze vragen aan.

Besluiten van de Commissie waarin een oordeel wordt gegeven over het niveau van gegevensbescherming in een derde land (hierna: adequaatheidsbesluiten) hebben tot doel rechtszekerheid te verschaffen aan bedrijven en burgers over de rechtmatigheid van de doorgifte van gegevens naar een derde land. Dat is in het geval van het EU-US Privacy Shield niet anders dan bij alle andere adequaatheidsbesluiten. Een horizonbepaling is met dat doeleinde niet goed verenigbaar. De Europese wetgever heeft daarom voor een ander stelsel gekozen. Een adequaatheidsbesluit geldt daarom tot het is ingetrokken of vernietigd. Wel kan een adequaatheidsbesluit door de Commissie worden opgeschort als wordt vastgesteld dat het desbetreffende land het getoetste niveau van gegevensbescherming niet langer handhaaft. Het is gebruik geworden dat de Commissie daarnaast het goedgekeurde niveau regelmatig evalueert. Dit stelsel is bij de onderhandelingen over de Algemene verordening gegevensbescherming intensief besproken tussen Raad, Commissie en Europees Parlement en gehandhaafd. In het EU-US Privacy Shield zijn verdergaande maatregelen overeengekomen. In het besluit is opgenomen dat de evaluatie jaarlijks moet plaatsvinden. Zonodig moet de Commissie een aanvullende evaluatie houden indien veranderingen in het Amerikaanse recht daartoe aanleiding geven. Nadat de Algemene verordening gegevensbescherming is gaan gelden wordt een afzonderlijke evaluatie gehouden. Een vertegenwoordiging van de toezichthouders wordt uitgenodigd aan de evaluatie deel te nemen. Er wordt van iedere evaluatie verslag uitgebracht aan het Europees Parlement en de Raad. Ik meen dat met deze maatregelen er een behoorlijke verzekering bestaat dat het beschermingsniveau gehandhaafd zal blijven.

De leden van de fractie van D66, bijgevallen door de leden van de fracties van PvdA en GroenLinks, vragen welke garanties ik bij gebreke aan een horizonbepaling kan geven dat de Nederlandse regering blijft aandringen om de zeggenschap en controle over persoonsgegevens te verhogen en de verzameling van persoonsgegevens door de Amerikaanse diensten verder te beperken.

De vergroting van de zeggenschap van betrokkenen over hun persoonsgegevens en de verdere ontwikkeling van het stelsel van toezicht op de verwerking van persoonsgegevens zijn altijd belangrijke onderdelen geweest van mijn beleid inzake de bescherming van persoonsgegevens. Ik heb onder meer met het EU-US Privacy Shield ingestemd omdat de bijlagen bij het ontwerpbesluit diverse nieuwe toezeggingen van de autoriteiten van VS bevat die betrokkenen de mogelijkheid bieden die zeggenschap te vergroten. De instelling van de Ombudspersoon voor het behandelen van klachten tegen vermeende privacyschendingen door inlichtingen- en veiligheidsdiensten door de VS is daar een goed voorbeeld van. Ook de ontwikkeling van een uitgebreid stelsel van klacht- en rechtsbeschermingsmogelijkheden van burgers tegen bedrijven juich ik zeer toe. Juist met het oog op de burger heeft de Commissie inmiddels de «Guide to the EU-US Privacy Shield» bekendgemaakt. Burgers kunnen daarmee op gemakkelijke wijze inzicht krijgen in hun rechten onder het Shield. Ik stel deze inspanning van de Commissie zeer op prijs.

Het EU-US Privacy Shield bevat geen regeling over de bevoegdheden van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten van de VS tot het verzamelen van persoonsgegevens. Wel bevat het een uitleg over het wettelijk stelsel van deze bevoegdheden en de wijze waarop die toepassing plaatsvindt. Ik heb daarover steeds gezegd dat dergelijke bevoegdheden in het Nederlandse rechtsstelsel anders worden vormgegeven dan in de VS. Dit zo zijnde, ben ik in elk geval van oordeel dat het EU-US Privacy Shield een stap vooruit is. Er is door de Amerikaanse autoriteiten een grotere mate van duidelijkheid verschaft over de rechtsgrondslagen voor het verzamelen van gegevens voor doeleinden verband houdend met de nationale veiligheid. Dat stelt de Commissie en de partijen die zij bij de evaluatie zal betrekken, zoals toezichthouders en lidstaten, in staat de dialoog met de VS over dit onderwerp voort te zetten.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Noot 1

Zie dossiers E150031 en E160016 op www.europapoort.nl.

Noot 2

Samenstelling Immigratie en Asiel / JBZ-Raad:

Engels (D66), Ruers (SP), Van Bijsterveld (CDA), Duthler (VVD), Ten Hoeve (OSF), Schaap (VVD), Strik (GL) (vice-voorzitter), Knip (VVD), Beuving (PvdA), Popken (PVV), Schouwenaar (VVD), Schrijver (PvdA), Gerkens (SP), Bikker (CU), Bredenoord (D66), Van Dijk (SGP), Knapen (CDA), Markuszower (PVV) (voorzitter), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Rombouts (CDA), Van Rooijen (50PLUS), Stienen (D66), Teunissen (PvdD), Van Weerdenburg (PVV), Wezel (SP).

Noot 3

Samenstelling Veiligheid en Justitie:

Kox (SP), Engels (D66), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Van Bijsterveld (CDA) (vice-voorzitter), Duthler (VVD) (voorzitter), Ten Hoeve (OSF), Koffeman (PvdD), Strik (GL), Backer (D66), Knip (VVD), Barth (PvdA), Beuving (PvdA), Hoekstra (CDA), Popken (PVV), Schouwenaar (VVD), Schrijver (PvdA), Bikker (CU), Bredenoord (D66), Van Dijk (SGP), Markuszower (PVV), Van Rij (CDA), Rombouts (CDA), Van Weerdenburg (PVV), Wezel (SP), Van de Ven (VVD).

Noot 4

Kamerstukken I 2015/16, 34 353, I.

Noot 5

Kamerstukken I 2015/16, 34 353, I.

Noot 6

Kamerstukken I 2015/16, 34 353, I.


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.