Geactualiseerde convergentieprogramma van Estland voor de periode 2007-2011

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Dit advies is op 19 maart 2008 gepubliceerd.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Advies van de Raad van 4 maart 2008 over het geactualiseerde convergentieprogramma van Estland voor de periode 2007-2011

officiële Engelstalige titel

Council opinion of 4 March 2008 on the updated convergence programme of Estonia, 2007-2011
 
Rechtsinstrument Advies
Origineel voorstel SEC(2008)183
Celex-nummer i 32008A0319(04)

3.

Key dates

Document 04-03-2008
Bekendmaking in Publicatieblad 19-03-2008; PB C 73 p. 14-17

4.

Wettekst

19.3.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 73/14

 

ADVIES VAN DE RAAD

van 4 maart 2008

over het geactualiseerde convergentieprogramma van Estland voor de periode 2007-2011

(2008/C 73/04)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid (1), en met name op artikel 9, lid 3,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité,

BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT:

 

(1)

Op 4 maart 2008 heeft de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma van Estland voor de periode 2007-2011 behandeld.

 

(2)

De Estlandse economie is aan het afkoelen na een periode van zeer krachtige groei, die onder meer toe te schrijven was aan het feit dat een hoge kredietgroei en een algemeen genomen accommoderend monetair beleid tot een forse toename van de consumptie en een hausse op de huizenmarkt hebben geleid. Tijdens deze periode zijn grote macro-economische onevenwichtigheden ontstaan: mede door het tekort aan arbeidskrachten is recentelijk een loon-prijsspiraal in gang gezet en zijn de lonen sneller gestegen dan de productiviteit, met als gevolg een verslechterend kostenconcurrentievermogen.

Het Estlandse begrotingsbeleid, dat van bijzonder belang is gezien de beperkingen waaraan het monetaire beleid onderhevig is, kan algemeen genomen als deugdelijk worden bestempeld: sinds 2002 worden begrotingsoverschotten geboekt en er is sprake van een lage overheidsschuld. Door een strikter begrotingsbeleid te voeren, had echter meer kunnen worden gedaan om de oververhitting van de economie tegen te gaan en de macro-economische onevenwichtigheden te verhelpen. Verwacht wordt dat deze onevenwichtigheden de komende jaren slechts geleidelijk zullen verminderen omdat de krappe arbeidsmarktsituatie zal voortduren, de lonen sneller zullen blijven stijgen dan de productiviteit, de prijsdruk zal aanhouden en de externe onevenwichtigheden, hoewel zij enigszins afnemen, zullen blijven voortbestaan. De afkoeling is dus aan neerwaartse risico's onderhevig, al worden deze afgezwakt door de grote flexibiliteit waarvan de economie tot dusver blijk heeft gegeven.

 

(3)

Volgens het macro-economische scenario dat aan het programma ten grondslag ligt, zal de groei van het reële bbp vertragen van 7,5 % in 2007 tot 5,25 % in 2008 en gemiddeld 6,5 % gedurende de rest van de programmaperiode. Afgaande op de momenteel beschikbare informatie (2) lijken de groeihypothesen waarop dit scenario berust voor 2008 aan de voorzichtige kant en voor de jaren daarna plausibel. In het programma wordt ervan uitgegaan dat de inflatie in 2008 oploopt tot 8,5 % en in 2009 met 5,5 % hoog blijft, hetgeen realistisch lijkt in het licht van de recente forse stijging van de voedselprijzen en de vermoedelijke verhoging van de gereguleerde prijzen. Uit deze prognoses blijkt dat Estland slechts beperkte vooruitgang zal boeken in de richting van nominale convergentie. Verwacht wordt dat het externe tekort zal afnemen naarmate de groei van de binnenlandse vraag vertraagt van 14 % van het bbp in 2007 tot ongeveer 10 % in 2009 en circa 8 % in de rest van de programmaperiode; dit is aannemelijk, maar het risico bestaat dat deze verbetering wordt bemoeilijkt door het verslechterende kostenconcurrentievermogen.

 

(4)

Het overheidsoverschot voor 2007 wordt in de meest recente actualisering van het convergentieprogramma op 2,6 % van het bbp geraamd, terwijl in de vorige actualisering een streefcijfer van 1,2 % van het bbp is gehanteerd. Dit betere resultaat, waarvan ook in de najaarsprognoses van de diensten van de Commissie was uitgegaan, is grotendeels toe te schrijven aan het overloopeffect van het beter dan...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.