Herplaatsing en hervestiging: gestage vooruitgang, maar meer nodig om streefcijfers te halen

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op woensdag 12 april 2017.

De Commissie heeft vandaag haar elfde voortgangsverslag aangenomen over de EU-noodregelingen voor herplaatsing en hervestiging, waarin de maatregelen worden geëvalueerd die sinds 2 maart 2017 zijn genomen.

De lidstaten hebben gestaag vooruitgang geboekt met herplaatsing: het nieuwe maandrecord staat op 2 465 herplaatste personen. Het totale aantal herplaatste personen bedraagt nu 16 340. Alle lidstaten moeten echter meer doen om ervoor te zorgen dat alle in aanmerking komende personen de eerstvolgende maanden worden herplaatst. Wat hervestiging betreft, boeken de lidstaten nog steeds aanzienlijke vooruitgang: tot dusver is aan 15 492 personen een veilige en legale migratiemogelijkheid geboden. Om het herplaatsings- en hervestigingproces vooruit te helpen, zijn in het verslag gerichte aanbevelingen voor de lidstaten opgenomen.

Dimitris Avramopoulos i, commissaris voor Migratie, Binnenlandse Zaken en Burgerschap: „We hebben in maart opnieuw een recordaantal mensen herplaatst. Dit getuigt van solidariteit en is een blijk van verantwoordelijkheid. Het is hoog tijd dat de lidstaten hun toezeggingen gestand doen en hun activiteiten verder opvoeren. Dat is hun politieke, morele en wettelijke plicht. Ik dring er bij de lidstaten die nog niet aan de gemeenschappelijke regeling meedoen, op aan om hun steentje bij te dragen. Het is heel goed mogelijk om alle in aanmerking komende personen in Griekenland en Italië de eerstvolgende maanden te herplaatsen. Tegelijkertijd zijn we erin geslaagd om ruim twee derde van de 22 500 personen die we volgens de afspraak van juli 2015 een veilige en legale migratiemogelijkheid zouden bieden, te hervestigen. Dat is heel goed nieuws. We doen onze beloften gestand om de verantwoordelijkheid te delen met derde landen zoals Turkije, Jordanië en Libanon.”

Herplaatsing

Het tempo van de herplaatsingen stijgt nog steeds, en het resultaat is nu 27% beter dan in de vorige recordmaand: in maart zijn in totaal 2 465 personen herplaatst, ruim 1 600 vanuit Griekenland en ruim 800 vanuit Italië. Tot en met 10 april 2017 zijn in totaal 16 340 personen herplaatst: 5 001 vanuit Italië en 11 339 vanuit Griekenland. Niettegenstaande deze vorderingen is het huidige herplaatsingstempo nog steeds te laag om de streefcijfers te halen die zijn afgesproken om alle in aanmerking komende personen de eerstvolgende maanden te herplaatsen.

Er zijn nog circa 14 000 herplaatsingskandidaten in Griekenland en tot nu toe nog zo'n 3 500 voor herplaatsing geregistreerde kandidaten in Italië. Het totale aantal voor herplaatsing in aanmerking komende personen in deze twee landen is dus beduidend lager dan in de twee Raadsbesluiten was voorzien. Als we het door de Europese Raad bekrachtigde streefcijfer van minimaal 3 000 herplaatsingen per maand uit Griekenland en het door de Commissie vastgestelde streefcijfer van minimaal 1 500 herplaatsingen vanuit Italië halen, is het ook heel goed mogelijk om vóór eind september 2017 alle verzoekers in Griekenland en Italië die in aanmerking komen, te herplaatsen. In beide landen is geheel voorzien in de voorwaarden en de operationele infrastructuur om de herplaatsing uit te voeren, en de agentschappen van de EU en de internationale organisaties hebben hun capaciteit opgevoerd, zodat zij in staat zijn de streefcijfers te halen. Het is nu aan de lidstaten om de nodige politieke wil te tonen en zich krachtiger en meer gecoördineerd in te spannen om aan hun verplichtingen te voldoen.

De nog resterende operationele en logistieke knelpunten in de herplaatsingsprocedure moeten nu worden weggewerkt. In het vandaag verschijnende verslag staan dan ook aanbevelingen om het hele proces te optimaliseren, vanaf het toezeggen van het aantal beschikbare plaatsen tot het moment dat de betrokkenen worden overgebracht.

Om de herplaatsingsprocedure te verbeteren is het vooral noodzakelijk dat de lidstaten:

  • maandelijkse toezeggingen doen, meer plaatsen toezeggen, zorgen voor meer capaciteit om herplaatsingsverzoeken te behandelen en op kortere termijn uitsluitsel geven;
  • vermijden al te restrictieve voorkeuren uit te spreken en vereisten die de overbrengingsprocedures vertragen, beperken;
  • meer flexibiliteit tonen wat betreft de mogelijkheid (in het geval van Italië) en de noodzaak (voor de lidstaten van herplaatsing) om aanvullende veiligheidsgesprekken te voeren;
  • voorrang geven aan verzoeken van kwetsbare kandidaten, in het bijzonder niet-begeleide minderjarigen;
  • bovendien (wat Italië betreft) ervoor zorgen dat de registratie en identificatie van alle in aanmerking komende kandidaten zo snel mogelijk verloopt.

Enkele lidstaten (Luxemburg en Portugal) maken gestaag vooruitgang wat hun verplichtingen jegens Griekenland en Italië betreft, maar andere (Bulgarije, Kroatië en Slowakije) herplaatsen slechts in zeer beperkte mate. Oostenrijk heeft aangekondigd snel te zullen beginnen met herplaatsen; Hongarije en Polen weigeren echter nog steeds om deel te nemen aan de herplaatsingsregeling. Tot nu toe liggen slechts twee lidstaten (Malta en Finland) op schema om tijdig aan hun verplichtingen ten aanzien van zowel Italië als Griekenland te voldoen.

De Commissie dringt er daarom bij de lidstaten op aan dat deze haar aanbevelingen opvolgen en het tempo van de herplaatsingen op gecoördineerde wijze versnellen overeenkomstig de streefcijfers, voordat zij in mei 2017 het volgende verslag uitbrengt. Als de lidstaten niet snel meer migranten gaan herplaatsen, zal de Commissie, zoals zij in het vorige verslag heeft benadrukt, niet aarzelen om gebruik te maken van haar bevoegdheden krachtens de Verdragen en op te treden tegen de lidstaten die niet hebben voldaan aan de Raadsbesluiten. Zij merkt op dat de wettelijke verplichting om in aanmerking komende personen te herplaatsen, na september niet vervalt. De Commissie is bereid om de lidstaten te helpen om aan deze verplichtingen te voldoen.

Hervestiging

De hervestigingsregeling wordt nog steeds uitgevoerd volgens het schema. Tot en met 10 april zijn 15 492 personen hervestigd in 21 landen[1], wat wil zeggen dat meer dan twee derde van het afgesproken aantal van 22 504 volgens de EU-regeling te hervestigen personen al is hervestigd. Sinds 28 februari 2017 zijn, voornamelijk vanuit Turkije, Jordanië en Libanon, 1 070 personen hervestigd.

Enkele lidstaten en geassocieerde landen hebben hun streefcijfers al gehaald (Estland, Ierland, Nederland, Finland, Zweden, Verenigd Koninkrijk, IJsland, Liechtenstein en Zwitserland) en een aantal andere is met hervestiging in het kader van de EU-regeling begonnen, maar de verantwoordelijkheden zijn nog ongelijk verdeeld. Negen lidstaten (Bulgarije, Cyprus, Griekenland, Kroatië, Malta, Polen, Roemenië, Slowakije en Slovenië) moeten nog beginnen met de hervestiging volgens de EU-regeling.

De hervestiging vanuit Turkije (opgenomen in de totaalcijfers) is de afgelopen weken steeds sneller gegaan, en sinds het vorige verslag zijn al 1 053 Syriërs hervestigd. In totaal is op grond van de verklaring EU-Turkije nu aan 4 618 Syriërs een veilige, legale doortocht naar Europa geboden. De lidstaten gaan goed vooruit met de voorbereidingen voor nieuwe hervestigingen en het aantal toegezegde plaatsen staat nu op 26 112, aanzienlijk meer dan bij het verschijnen van het vorige verslag. Oostenrijk en Roemenië treffen momenteel voorbereidingen voor de eerste hervestigingen in het kader van de regeling. Sommige lidstaten hebben nog niemand hervestigd vanuit Turkije en ook geen voorbereidende maatregelen getroffen (Cyprus, Denemarken, Hongarije, Malta, Polen en Slowakije).

Er is dus aanzienlijke vooruitgang geboekt, maar de lidstaten die hun streefcijfer nog lang niet hebben gehaald en de lidstaten die nog niemand hebben hervestigd in het kader van de EU-regeling moeten hun inspanningen zo snel mogelijk opvoeren. Zij moeten bijdragen aan de gezamenlijke inspanningen om personen die internationale bescherming nodig hebben, een veilige en legale doortocht naar de EU te bieden en de verklaring EU-Turkije uitvoeren.

Achtergrond

De tijdelijke regeling voor noodherplaatsing is in september 2015 ingesteld bij twee besluiten van de Raad, waarbij de lidstaten toezegden mensen die internationale bescherming nodig hebben, vanuit Italië en Griekenland te herplaatsen. De herplaatsingsbesluiten betreffen de afspraak om 98 255 personen te herplaatsen, nadat de Raad op 29 september 2016 het tweede Raadsbesluit over herplaatsing had gewijzigd in die zin dat 54 000 nog niet toegewezen plaatsen beschikbaar zouden worden gesteld voor het legaal toelaten in de EU van uit Turkije komende Syriërs.

Op 8 juni 2015 heeft de Commissie een voorstel aangenomen voor een Europese hervestigingsregeling, waarna op 20 juli 2015 de lidstaten een akkoord hebben gesloten om 22 504 personen die duidelijk internationale bescherming nodig hebben, te hervestigen.

Op de Europese Raad van 7 maart 2016 is een oproep gedaan om de herplaatsing te versnellen om de zware last voor Griekenland te verlichten. In zijn conclusies van 20 en 21 oktober 2016 heeft de Europese Raad zijn oproep herhaald om verdere inspanningen te doen om de herplaatsings- en hervestigingsregelingen sneller uit te voeren in het licht van de dringende noodzaak om ondersteuning te bieden aan Griekenland en Italië. Het gezamenlijk actieplan betreffende de uitvoering van de verklaring EU-Turkije, waarin het streefcijfer van 3 000 herplaatsingen vanuit Griekenland per maand is opgenomen, is op 15 december 2016 bekrachtigd door de Europese Raad, die er nogmaals toe heeft opgeroepen de inspanningen ter bespoediging van de herplaatsing, met name van niet-begeleide minderjarigen, en de uitvoering van de bestaande hervestigingsregelingen verder op te voeren.

In de verklaring EU-Turkije van 18 maart 2016 is bepaald dat voor elke Syriër die vanaf de Griekse eilanden naar Turkije wordt teruggestuurd, een andere Syriër vanuit Turkije in de EU zal worden hervestigd. Dit beginsel is van toepassing sinds 4 april 2016. Er wordt voorrang gegeven aan migranten die niet eerder op een irreguliere manier de EU zijn binnengekomen en dit ook niet hebben geprobeerd.

Op 13 juli 2016 heeft de Commissie een permanent EU-kader voor hervestiging voorgesteld. Daarbij wordt een gemeenschappelijk pakket standaardprocedures voor de selectie van kandidaten voor hervestiging vastgesteld en wordt een gemeenschappelijke beschermingsstatus in het leven geroepen voor personen die in de EU hervestigd worden. De Europese inspanningen op het gebied van hervestiging kunnen daardoor in de toekomst gestroomlijnd en gerichter verlopen.

De Commissie heeft in 2016 het eerste verslag over herplaatsing en hervestiging aangenomen. Het tweede, het derde, het vierde, het vijfde, het zesde, het zevende, het achtste, het negende en het tiende verslag kwamen op 12 april, 18 mei, 15 juni, 13 juli, 28 september, 9 november en 8 december 2016 en op 28 februari en 2 maart 2017.

Meer informatie

Mededeling: Elfde verslag over herplaatsing en hervestiging

Bijlage 1: Herplaatsing vanuit Griekenland

Bijlage 2: Herplaatsing vanuit Italië

Bijlage 3: Hervestiging - stand van zaken

Factsheet over herplaatsing en hervestiging

Factsheet over de aanpak van de vluchtelingencrisis: financiële steun van de EU aan Griekenland

Europese migratieagenda

Besluit van de Raad over de herplaatsing van 40 000 personen vanuit Italië en Griekenland

Besluit van de Raad over de herplaatsing van 120 000 personen vanuit Italië en Griekenland

Besluit (EU) 2016/1754 van de Raad van 29 september 2016 tot wijziging van Besluit (EU) 2015/1601 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland

Conclusies van de Raad inzake de hervestiging van 20 000 personen die internationale bescherming nodig hebben

Verklaring EU-Turkije van 18 maart 2016

[1] België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Ierland, IJsland, Italië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland.

IP/17/908

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail


1.

Relevante EU dossiers