Brief regering; Reactie op het verzoek van het lid Van der Lee over grondspeculatie door het bedrijf Powerfield - Stimulering duurzame energieproductie

Deze brief is onder nr. 288 toegevoegd aan dossier 31239 - Stimulering duurzame energieproductie.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Stimulering duurzame energieproductie ; Brief regering; Reactie op het verzoek van het lid Van der Lee, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 15 mei 2018, over grondspeculatie door het bedrijf Powerfield
Document­datum 25-06-2018
Publicatie­datum 26-06-2018
Nummer KST31239288
Kenmerk 31239, nr. 288
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

31 239 Stimulering duurzame energieproductie

Nr. 288 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 juni 2018

Uw Kamer heeft mij op initiatief van het lid Van der Lee (GroenLinks) verzocht om u - naar aanleiding van berichtgeving in de NRC over het bedrijf Powerfield - te informeren over de inzet van de Subsidieregeling Duurzame Energie (SDE+) (Handelingen II 2017/18, nr. 80, item 15).

Ik wil allereerst benadrukken dat de SDE+-subsidie alleen wordt uitgekeerd indien er daadwerkelijk duurzame energie wordt geproduceerd. Deze subsidie wordt uitgekeerd naar rato van deze productie. Wanneer een project niet door gaat, blijven deze middelen beschikbaar voor andere duurzame projecten.

Op de vaststelling van maximale subsidietarieven ben ik uitgebreid ingegaan in mijn brief over de stimulering van duurzame energieproductie (SDE+) 2018 (Kamerstuk 31 239, nr. 277) en mijn antwoorden op vragen van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Kamerstuk 31 239, nr. 278) hierover. Ik heb daarbij aangegeven dat het maximale subsidietarief in de SDE+ wordt vastgesteld aan de hand van generieke uitgangspunten per technologie.

De grondvergoeding is één van de vele componenten die leiden tot een basisbedrag (de integrale kostprijs per kilowattuur) in de SDE+.

Verder is het van belang dat de grondvergoeding een rol speelt bij het vaststellen van het generieke basisbedrag voor zon- en wind projecten, maar dat dit los staat van werkelijke grondvergoeding in projecten. Als een initiatiefnemer een hogere grondvergoeding voor zijn rekening neemt, moet dit worden gefinancierd uit de eigen businesscase en leidt dit dus niet tot extra subsidie. Ten aanzien van de grondvergoeding voor windenergie op land wordt gestuurd op een jaarlijkse verlaging van deze component in de berekening van het basisbedrag, dus ongeacht de werkelijke grondvergoedingen.

Ten aanzien van de grondvergoeding voor zonne-energie op land is voor de voorjaarsronde 2018 de aanname gedaan van € 2.500 per hectare. Vanaf de najaarsronde 2018 heb ik het uitgangspunt meegegeven om géén grondvergoedingen voor zonne-energie te betrekken bij de advisering van de maximale subsidietarieven, om prijsopdrijving door de SDE+ te voorkomen.

Om meer inzicht te krijgen in grondvergoedingen voor hernieuwbare energie is besloten een Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) in te stellen. De Minister van Financiën heeft uw Kamer hier op 5 februari 2018 over geïnformeerd (bijlage bij Kamerstuk 34 775, nr. 80).

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.