Antwoord Commissie - Passagiersrechten in de luchtvaart

Met dank overgenomen van M. (Matthijs) van Miltenburg i, gepubliceerd op woensdag 19 september 2018, 3:04.

Eind juli heb ik de Commissie opgeroepen te zorgen voor betere bescherming van vliegtuigpassagiers. De aanleiding was een brief van Ryanair waarin werd aangegeven dat Ryanair geen claims meer in behandeling neemt die worden ingediend via tussenbureau, terwijl individuele claims vaak geen of een negatieve reactie krijgen. Ik heb de Commissie gevraagd of ze bereid zijn aan te dringen op voortgang bij de herziening van de verordening die gaat over passagiersrechten en welke stappen er worden ondernomen om dit te bewerkstelligen (lees hier de volledige schriftelijke vraag aan de Commissie).

Afgelopen week ontving ik een antwoord van de Commissie waarin ze aangeeft graag vooruitgang te boeken met betrekking tot herziening van de betreffende verordening. Dat is echter onvoldoende. Er zijn concrete stappen nodig om het proces weer in beweging te krijgen. Ik ga hierover binnenkort opnieuw in gesprek met de Commissie.

Antwoord van de Europese Commissie

NL

P-004161/2018

Antwoord van Mevr. Bulc

namens de Europese Commissie

(12.9.2018)

De Commissie beschikt niet over de brief van Ryanair aan EUclaim maar heeft via de media vernomen dat Ryanair in haar algemene voorwaarden een clausule betreffende vorderingen van passagiers[1] heeft opgenomen.

De Commissie is op de hoogte van het feit dat bedrijven (zogenaamde claimbureaus) diensten aanbieden aan vliegtuigpassagiers om hen te helpen hun rechten tegenover luchtvaartmaatschappijen af te dwingen. Zij verwijst het geachte Parlementslid naar haar antwoord op schriftelijke vraag E-002619/2018[2]. In dat antwoord heeft de Commissie verwezen naar een informatienota voor vliegtuigpassagiers[3] van maart 2017, waarin juridische achtergrondinformatie en richtsnoeren worden verstrekt over de door claimbureaus aangeboden diensten.

Zoals toegelicht in die informatienota[4] van de Commissie, moeten passagiers zelf beslissen of zij een vordering zelf indienen of zich door een andere persoon of entiteit laten vertegenwoordigen, voor zover de nationale wetgeving in die mogelijkheid voorziet. Bovendien is ook Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten van toepassing. Die beschermt consumenten tegen clausules die als oneerlijk kunnen worden beschouwd, op basis van een beoordeling per geval.

Om passagiers meer rechtszekerheid te kunnen bieden, zou de Commissie graag vooruitgang boeken met betrekking tot het voorstel tot herziening van Verordening (EU) nr. 261/2004. Het is evenwel aan het Europees Parlement en de Raad om de volgende stappen te nemen.

Wat de betere handhaving en verhaalsmogelijkheden voor consumenten betreft, heeft de Commissie onlangs een voorstel voor een richtlijn betreffende representatieve vorderingen[5] aangenomen. Dat voorziet in een mechanisme voor collectief verhaal dat gekwalificeerde entiteiten zonder winstoogmerk de mogelijkheid zou bieden namens consumenten actie te ondernemen als de consumentenwetgeving[6] is geschonden.