Een Mars van barmhartigheid en genade

Met dank overgenomen van R.K. (Carla) Dik-Faber i, gepubliceerd op zaterdag 8 december 2018, 16:41.

Ik probeer me er een voorstelling van te maken, dat je hoopt dat je niet zwanger bent. Je hebt een zwangerschapstest gekocht. En dan toch. De streepjes laten het overduidelijk zien. Je bent toch zwanger. Aan wie vertel je het? Je moeder? Een vriendin? Je man of vriend? Ja, hij moet het natuurlijk ook weten. Of toch niet? De huisarts dan.

Ik kan me er inderdaad nauwelijks een voorstelling van maken wat er op zo’n moment door je heen gaat. En toch. Toch wil ik hier vandaag over spreken. De verhalen ken ik namelijk wel.

Verhalen van meiden die onbedoeld zwanger worden. Verhalen van jonge stellen die in een achtbaan van gedachten en emoties terecht komen. Verhalen van vrouwen die - vaak jaren geleden - besluiten hun zwangerschap uit te dragen en kiezen voor het moederschap.

Of niet. Ook die verhalen zijn er.

Dat er in ons land zoveel abortussen plaatsvinden, is een groot verdriet in onze samenleving. Tegelijkertijd is er ook hoop. De laatste cijfers zijn van 2016 en daaruit blijkt dat er een dalende trend is in het aantal abortussen. Er werden 30.144 zwangerschapsafbrekingen uitgevoerd en dat zijn er 659 minder dan in het jaar daarvoor.

Natuurlijk hopen we en bidden we dat deze dalende trend doorgaat, want ruim 30.000 abortussen is nog steeds een heel hoog aantal. Wat gaat hier veel gebrokenheid en verdriet achter schuil.

De ChristenUnie heeft ervoor gezorgd dat er in deze kabinetsperiode 53 miljoen beschikbaar is voor het tegengaan van onbedoelde zwangerschappen en hulpverlening voor vrouwen die toch ongewenst zwanger zijn. Hiermee kunnen we het verschil maken in mensenlevens.

Het is ontzettend belangrijk is dat er organisaties zijn zoals Siriz waar je terecht kunt als je onbedoeld zwanger bent. Daar kun je professionele hulp krijgen op een ongelooflijk moeilijk moment in je leven.

In de Tweede Kamer wordt nu veel gesproken over het aanbod van keuzehulp. De ChristenUnie vindt het belangrijk dat er diversiteit in het aanbod is, waar ook voor Siriz een plek is. Daar zullen we voor blijven strijden.

En samen met de VBOK heeft de ChristenUnie een tienermoederfonds opgezet. We weten dat veel zwangerschappen worden afgebroken om praktische redenen zoals een huis of financiën. Wat zou het dan mooi zijn als die praktische hulp wel beschikbaar is.

Professionele hulp is natuurlijk heel mooi, maar misschien wel belangrijker is een arm om je schouder. Iemand die tegen je zegt: je staat er niet alleen voor.

Als we weten dat 1 op de 7 zwangerschappen eindigt in een abortus, dan kan het niet anders dan dat we allemaal wel iemand kennen die een abortus heeft ondergaan.

We weten dat abortus ook in de kerk voorkomt. De vraag is hoe wij, christenen, kerken, daarmee omgaan. Dat is best een spannende vraag, want voor ons is het huwelijk heilig en een mensenleven is beschermwaardig vanaf het prille begin. Een toepasselijke Bijbeltekst om daarbij aan te halen is Psalm 139:

“Toen ik in het verborgene gemaakt werd, kunstig geweven in de schoot van de aarde, was mijn wezen voor u geen geheim.

Uw ogen zagen mijn vormeloos begin, alles werd in uw boekrol opgetekend, aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één.”

Jonge christenvrouwen vertellen maar al te vaak over schuld en schaamte. Aan wie moet je het vertellen? Waar kun je terecht met je vragen en twijfels? Ik zou het verschrikkelijk vinden als schuldgevoelens en angst voor veroordeling er toe leiden dat jonge mensen besluiten om een zwangerschap te beëindigen.

En wat zou het mooi zijn als de kerk juist een veilige plek is om naartoe te gaan. Een plek waar meiden én jongens terecht kunnen, want laten we niet vergeten: een zwangerschap overkomt je niet alleen. Dat je terecht kunt in de kerk, wat mensen ook is overkomen en hoe zij ook zullen besluiten.

Een dominee vertelde mij eens dit: als een meisje uit mijn gemeente zou besluiten tot een abortus, dan zou dat niet mijn besluit zijn; maar als zij mijn hulp en steun nodig heeft, dan zou ik tot in de abortuskliniek met haar meegaan.

Bij deze Mars voor het leven zie ik niet alleen het ongeboren leven dat bescherming nodig heeft, maar ook een jonge vrouw of een jonge man. Verreweg de meeste abortussen komen voor bij twintigers. Jonge mensen die met hun vragen en twijfel soms niet weten waar ze terecht kunnen en voor keuzes komen te staan die menselijkerwijs te groot zijn.

De vraag is dus: welke Mars gaat u, ga jij ná vandaag lopen in uw leven, jouw leven?

En kan déze Mars voor het leven vandaag ook een Mars van genade en barmhartigheid zijn?

[Speech uitgesproken bij de Mars voor het leven op 8 december 2018]

Foto: Wim Stam