Verordening 2021/378 - Toepassing van minimumreserveverplichtingen (herschikking) (ECB/2021/1)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze verordening is op 3 maart 2021 gepubliceerd en is op 8 maart 2021 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Verordening (EU) 2021/378 van de Europese Centrale Bank van 22 januari 2021 betreffende de toepassing van minimumreserveverplichtingen (herschikking) (ECB/2021/1)

officiële Engelstalige titel

Regulation (EU) 2021/378 of the European Central Bank of 22 January 2021 on the application of minimum reserve requirements (recast) (ECB/2021/1)
 
Rechtsinstrument Verordening
Wetgevingsnummer Verordening 2021/378
Celex-nummer i 32021R0378

3.

Key dates

Document 22-01-2021; Datum goedkeuring
Bekendmaking in Publicatieblad 03-03-2021; PB L 73 p. 1-15
Inwerkingtreding 08-03-2021; in werking datum publicatie +5 zie art 16
26-06-2021; Toepassing zie art 16
28-07-2021; Toepassing Gedeeltelijke toepassing zie art 16
Einde geldigheid 31-12-9999

4.

Wettekst

3.3.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 73/1

 

VERORDENING (EU) 2021/378 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 22 januari 2021

betreffende de toepassing van minimumreserveverplichtingen (herschikking) (ECB/2021/1)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 19, lid 1,

Gezien Verordening (EG) nr. 2531/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot de toepassing van reserveverplichtingen door de Europese Centrale Bank (1),

Gezien Verordening (EG) nr. 2532/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot de bevoegdheid van de Europese Centrale Bank om sancties op te leggen (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EG) nr. 1745/2003 van de Europese Centrale Bank (3) is verscheidene malen aanzienlijk gewijzigd. Aangezien verdere wijzigingen noodzakelijk zijn, dient deze verordening omwille van duidelijkheid herschikt te worden.

 

(2)

Ingevolge artikel 6 van Verordening (EG) nr. 2531/98 heeft de Europese Centrale Bank (ECB) het recht de gegevens die nodig zijn voor de toepassing van minimumreserveverplichtingen bij instellingen in te zamelen en het recht de juistheid en kwaliteit te verifiëren van de informatie die door de instellingen wordt geleverd als bewijs van naleving van die verplichtingen. Om de totale rapportagelast te verminderen, is het aangewezen dat de statistische gegevens over de maandelijkse balans die overeenkomstig Verordening (EU) 2021/379 van de Europese Centrale Bank (ECB/2021/2) (4) worden verzameld, gebruikt worden voor de regelmatige berekening van de reservebasis van kredietinstellingen.

 

(3)

Verhoogde transparantie en duidelijkheid over een aantal kwesties in verband met de toepassing van minimumreserveverplichtingen is noodzakelijk, met name ten aanzien van: a) de voorwaarden voor de toepassing van minimumreserveverplichtingen op instellingen; b) het feit dat nationale centrale banken (NCB’s) van de lidstaten die de euro als munt hebben (NCB’s van het eurogebied) kunnen besluiten de toegang van instellingen tot openmarkttransacties en permanente faciliteiten van het Eurosysteem (monetairbeleidstransacties van het Eurosysteem) op te schorten of uit te sluiten; c) de voorwaarden waaronder middelen als reserves moeten worden meegeteld voor het voldoen aan reserveverplichtingen; d) de vereisten voor de aanvragen voor toestemming tot het indirect aanhouden van minimumreserves via een bemiddelende instelling, en e) de voorwaarden voor intrekking van de toestemming tot het indirect aanhouden van minimumreserves via een bemiddelende instelling.

 

(4)

Voor de doeltreffendheid van het stelsel van reserveverplichtingen van het Eurosysteem is het tevens noodzakelijk de reserveverplichtingen te specificeren met betrekking tot de berekening, kennisgeving, erkenning en aanhouding van minimumreserves en de rapportage en verificatie.

 

(5)

Het is wenselijk dat de door bemiddelende instellingen gerapporteerde gegevens over de reservebasis voldoende gedetailleerd zijn om een nauwkeurige rapportage uit hoofde van Verordening (EU) 2021/379 van de Europese Centrale Bank (ECB/2021/2) mogelijk te maken. Bovendien is het wenselijk dat, indien de moederinstelling overeenkomstig deze verordening toestemming verkrijgt om de reservebasis op geaggregeerde basis te rapporteren, zij de reservegegevens overeenkomstig Verordening (EU) 2021/379 van de Europese Centrale Bank (ECB/2021/2) op geaggregeerde basis aan de betrokken NCB rapporteert.

 

(6)

Teneinde te zorgen voor een passend evenwicht tussen de juistheid van de gegevens over minimumreserves en de vlotte toepassing van het regelgevend kader en te voorkomen dat een geldige en toepasselijke...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

 

5.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

6.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

7.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.