Aanbeveling 2021/816 - Aanbeveling (EU) 2021/816 van de Raad 20 mei 2021 tot wijziging van Aanbeveling (EU) 2020/912 over de tijdelijke beperking van niet-essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperking

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze aanbeveling is op 21 mei 2021 gepubliceerd.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Aanbeveling (EU) 2021/816 van de Raad 20 mei 2021 tot wijziging van Aanbeveling (EU) 2020/912 over de tijdelijke beperking van niet-essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperking

officiële Engelstalige titel

Council Recommendation (EU) 2021/816 20 May 2021 amending Recommendation (EU) 2020/912 on the temporary restriction on non-essential travel into the EU and the possible lifting of such restriction
 
Rechtsinstrument Aanbeveling
Wetgevingsnummer Aanbeveling 2021/816
Origineel voorstel COM(2021)232 NLEN
Celex-nummer i 32021H0816

3.

Key dates

Document 20-05-2021; Datum goedkeuring
Bekendmaking in Publicatieblad 21-05-2021; PB L 182 p. 1-5

4.

Wettekst

21.5.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 182/1

 

AANBEVELING (EU) 2021/816 VAN DE RAAD

20 mei 2021

tot wijziging van Aanbeveling (EU) 2020/912 over de tijdelijke beperking van niet-essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperking

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, punten b) en e), en artikel 292, eerste en tweede zin,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 30 juni 2020 heeft de Raad Aanbeveling (EU) 2020/912 over de tijdelijke beperking van niet-essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperking aangenomen (1).

 

(2)

Op 2 februari 2021 heeft de Raad Aanbeveling (EU) 2020/912 over de tijdelijke beperking van niet-essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperking (2) gewijzigd met als doel de criteria te actualiseren die worden gehanteerd om te beoordelen of niet-essentiële reizen vanuit derde landen veilig zijn en moeten worden toegestaan.

 

(3)

Bij dezelfde wijziging werden mechanismen ingevoerd om de verspreiding van zorgwekkende varianten van het virus SARS-CoV-2 in het EU+-gebied te beperken (3).

 

(4)

Sindsdien vinden in het EU+-gebied en in veel andere regio’s en derde landen grootschalige vaccinatiecampagnes tegen het virus SARS-CoV-2 plaats.

 

(5)

Op 17 maart 2021 heeft de Commissie twee verordeningen (4) voorgesteld voor de vaststelling van digitale groene certificaten om veilig vrij verkeer binnen de EU tijdens de COVID-19-pandemie te bevorderen. Met het digitale groene certificaat zal een persoon binnen de EU kunnen bewijzen tegen COVID-19 te zijn gevaccineerd, over een negatief testresultaat te beschikken of van COVID-19 te zijn hersteld. Het blijft de verantwoordelijkheid van de lidstaten om te bepalen van welke volksgezondheidsbeperkingen reizigers kunnen worden vrijgesteld, maar zij moeten deze vrijstellingen op niet-discriminerende wijze toepassen op reizigers die in het bezit zijn van een digitaal groen certificaat.

 

(6)

Er is steeds meer wetenschappelijk advies en empirisch bewijsmateriaal over de effecten van vaccinatie beschikbaar en dat toont consequent aan dat vaccinatie de infectieketen helpt te doorbreken.

 

(7)

Hieruit blijkt dat in bepaalde gevallen veilig kan worden afgezien van reisbeperkingen voor personen die kunnen aantonen dat zij de laatste aanbevolen dosis hebben ontvangen van een krachtens Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad (5) in de EU toegelaten COVID-19-vaccin, en dat dergelijke vrijstellingen ook gerechtvaardigd kunnen zijn voor zover een persoon gevaccineerd is met een COVID-19-vaccin waarvoor de WHO-procedure voor Emergency Use Listing voltooid is.

 

(8)

Kinderen die vanwege hun leeftijd niet tegen COVID-19 worden gevaccineerd, moeten met hun gevaccineerde ouders kunnen reizen op voorwaarde dat zij een negatief testresultaat van een PCR-COVID-19-test kunnen overleggen die minstens 72 uur vóór het overschrijden van de grens van het EU+-gebied is verricht. In deze gevallen zouden de lidstaten na aankomst aanvullende tests kunnen eisen.

 

(9)

Vooralsnog zijn er echter weinig tot geen studies beschikbaar over de vraag of zorgwekkende varianten ontsnappen aan de immuunrespons die de verschillende COVID-19-vaccins opwekken. Daarom moet, in overeenstemming met de voorzorgsbenadering, een “noodremprocedure” worden vastgesteld om de lidstaten in staat te stellen op gecoördineerde wijze dringende en in de tijd beperkte maatregelen te nemen om snel te reageren op de opkomst van een variant in een bepaald derde land dat onder specifiek toezicht is geplaatst, met name wanneer een dergelijke variant door het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.