Eindtekst - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake extra middelen voor sneltesten in het vo, mbo en ho in verband met COVID-19) - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Officiële titel | 35716, eindtekst |
---|---|
Documentdatum | 23-07-2021 |
Publicatiedatum | 23-07-2021 |
Externe link | origineel bericht |
De Tweede Kamer der Staten-
Generaal zendt bijgaand door
haar aangenomen wetsvoorstel
aan de Eerste Kamer.
De Voorzitter,
8 juli 2021
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake extra middelen voor sneltesten in het vo, mbo en ho in verband met COVID-19)
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1
De begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.
Artikel 2
De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.
Artikel 3
Deze wet treedt in werking met ingang van 27 januari 2021 van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 27 januari 2021, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 27 januari 2021.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
Wijziging begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Derde Incidentele Suppletoire Begroting inzake extra middelen voor sneltesten in het vo, mbo en ho in verband met COVID-19) (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
Vastgestelde begroting incl. NvW, amendementen, ISB1
Mutaties 3e incidentele suppletoire begroting
Verplichtingen
Uitgaven
Ontvangsten
Verplichtingen
Uitgaven
Ontvangsten
Totaal
43.402.944
44.219.523
1.450.464
144.291
144.291
0
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
20.947.868
21.730.629
1.262.412
9.000
9.000
0
Beleidsartikelen
04
Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
4.816.679
4.901.765
4.000
3.000
3.000
0
06
Hoger beroepsonderwijs
3.647.370
3.699.995
1.213
3.000
3.000
0
07
Wetenschappelijk onderwijs
5.611.382
5.560.930
16
3.000
3.000
0
08
Internationaal beleid
12.255
12.255
99
11
Studiefinanciering
4.777.408
4.777.408
1.005.737
12
Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten
72.432
72.432
3.167
13
Lesgelden
13.997
13.997
247.018
14
Cultuur
580.519
1.265.772
494
16
Onderzoek en wetenschapsbeleid
1.134.046
1.134.749
101
25
Emancipatie
4.601
14.147
0
Niet-beleidsartikelen
0
0
0
91
Nog onverdeeld
0
0
0
95
Apparaat Kerndepartement
277.179
277.179
567
Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
22.455.076
22.488.894
188.052
135.291
135.291
0
Beleidsartikelen
01
Primair onderwijs
12.295.502
12.265.502
15.961
03
Voortgezet onderwijs
8.962.601
9.026.419
7.391
129.800
129.800
0
09
Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid
163.803
163.803
9.000
15
Media
1.033.170
1.033.170
155.700
5.491
5.491
-
-Over de Incidentele suppletoire begrotingen moet nog gestemd worden. Kamerstukken II 2020/21, 35682; Kamerstukken II 2020/21, 35696
10