Brief van de Europese Commissie over het Europese voorstel voor een verordening inzake mediavrijheid - Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor mediadiensten op de interne markt (“verordening mediavrijheid”) en tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU | Aanbeveling van de Commissie inzake interne waarborgen voor redactionele onafhankelijkheid en transparantie over eigendom in de mediasector

Deze brief is onder nr. D toegevoegd aan dossier 36249 - Voorstel gemeenschappelijk kader mediadiensten op de interne markt en wijziging van de richtlijn waarborgen redactionele onafhankelijkheid .

1.

Kerngegevens

Officiële titel Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor mediadiensten op de interne markt (“verordening mediavrijheid”) en tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU | Aanbeveling van de Commissie inzake interne waarborgen voor redactionele onafhankelijkheid en transparantie over eigendom in de mediasector; Brief van de Europese Commissie over het Europese voorstel voor een verordening inzake mediavrijheid
Document­datum 24-03-2023
Publicatie­datum 24-03-2023
Nummer KST36249D
Kenmerk 36249, nr. D
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Eerste Kamer der Staten-Generaal

2023

Vergaderjaar 2022-

36 249

Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor mediadiensten op de interne markt («verordening mediavrijheid») en tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU

BRIEF VAN VICEVOORZITTER SEFCOVIC VAN DE EUROPESE COMMISSIE EN LID BRETON

Aan de voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Cc: Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Brussel, 23 maart 2023

De Commissie dankt de Eerste Kamer voor haar brief over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor mediadiensten op de interne markt («verordening mediavrijheid») en tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU {COM(2022) 457 final i} en de aanbeveling inzake interne waarborgen voor redactionele onafhankelijkheid en transparantie over eigendom in de mediasector {C(2022) 6536}.

De Commissie waardeert het dat de Eerste Kamer dit voorstel heeft geanalyseerd en is van harte bereid een en ander te verduidelijken.

De verordening mediavrijheid is gebaseerd op artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) omdat zij tot doel heeft de werking van de interne markt voor mediadiensten te verbeteren. De Eerste Kamer merkt op dat er voor de geschreven pers in geringe mate grensoverschrijdende handel plaatsvindt en vraagt zich af of artikel 114 hiervoor dan wel de juiste rechtsgrondslag is. Het Europees Hof van Justitie heeft echter al in 2006 geoordeeld dat het gebruik van artikel 114 VWEU de juiste rechtsgrondslag was voor een richtlijn die reclame in gedrukte media verbiedt. Het Hof oordeelde: «Op de markt van de persproducten vindt (...) een vrij belangrijke handel tussen de lidstaten plaats, die zich nog verder zal ontwikkelen, met name wegens de band tussen de betrokken media en het internet, het grensoverschrijdende medium bij uitstek1.» De grensoverschrijdende handel, en met name de verspreiding van online edities van gedrukte media, is sindsdien alleen 1 Arrest van 12 december 2006 in zaak C-380/03, punt 53.

kst-36249-D ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023

maar toegenomen. Met het voorstel wordt bovendien geprobeerd om de belemmeringen voor grensoverschrijdende investeringen in mediadiensten weg te nemen, en deze belemmeringen zijn nog minder afhankelijk van taal- en cultuurgebonden factoren dan de verspreiding van de media-inhoud op de interne markt.

De Commissie is het volledig met de Eerste Kamer eens dat de veiligheid en onafhankelijkheid van journalisten uiterst belangrijk is en dat de economische situatie van journalisten daarbij een grote rol speelt.

Daarom heeft de Commissie in haar aanbeveling uit 2021 over het waarborgen van de veiligheid van journalisten2 ook aanbevelingen opgenomen over de sociale bescherming van journalisten. Aangezien de arbeidsomstandigheden nauw samenhangen met de uiteenlopende traditionele wetten in de lidstaten op het gebied van werkgelegenheid en sociale zekerheid, lijkt een «soft law»- benadering op dit moment het meest aangewezen.

De media in Europa hebben te maken gehad met sterk dalende reclame-inkomsten doordat deze inkomsten meer en meer naar grote onlineplat-forms gaan. Als reactie hierop heeft de Europese Unie uitgevers rechten gegeven voor het onlinegebruik van hun perspublicaties door aanbieders van diensten van de informatiemaatschappij (artikel 15 van Richtlijn (EU) 2019/790). Aangezien publieksmetingen rechtstreeks van invloed zijn op de toewijzing en de prijzen van reclame, beoogt het voorstel het speelveld voor aanbieders van mediadiensten op de interne markt gelijker te maken door de verifieerbaarheid en betrouwbaarheid van methoden voor publieksmetingen (met name online) te verbeteren.

De Europese raad voor mediadiensten (hierna «de raad») bouwt voort op de Europese Groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA). Net als de ERGA zal de raad bestaan uit leden van de nationale regelgevende instanties en organen voor de media die technisch deskundig zijn en een grondige kennis hebben van de nationale specifieke kenmerken van de mediamarkten. Deze instanties en organen zullen verdere relevante ervaring en kennis opdoen via een in het voorstel voor de verordening mediavrijheid beschreven samenwerkingskader, dat erop gericht is de handhaving van de regels van de richtlijn audiovisuele mediadiensten en die van het voorstel zelf te waarborgen. Overeenkomstig de huidige praktijk moet de Commissie (zonder stemrecht) deelnemen aan de vergaderingen van de raad in haar hoedanigheid als «hoedster van de Verdragen», en om een goed overzicht te krijgen van de activiteiten en de financieringsbehoeften van de raad. Het voorstel vereist een tweederdemeerderheid om een advies door de raad goed te keuren. Dit komt in de praktijk neer op ten minste achttien onafhankelijke nationale regelgevende instanties voor de media. Op deze manier wordt gewaarborgd dat een regelgevende instantie voor de media via de raad haar wil oplegt aan aanbieders van mediadiensten in andere lidstaten. Tegelijkertijd, zo blijkt uit ervaring met de ERGA, voorkomt de eis van een tweederdemeerderheid in de meeste gevallen dat de kleinste gemene deler wordt gezocht.

Het voorstel staat zelfregulering niet in de weg. Artikel 6, lid 2, laat aanbieders van mediadiensten die nieuws en actualiteit brengen «maatregelen nemen die ze passend achten om de onafhankelijkheid van individuele redactionele beslissingen te waarborgen». Deze maatregelen kunnen voortvloeien uit zelfregulering. De Commissie is niet van plan de «organisatie van de pers te harmoniseren» en hecht waarde aan de zelfregulering van media.

2 C(2021) 6650.

De term «pluriformiteit van de media» wordt gebruikt in artikel 21 en 22 van het voorstel in het kader van de beoordeling van concentraties op de mediamarkt. Aangezien de term verschillende betekenissen kan hebben (zie het effectbeoordelingsverslag bij het voorstel, deel I, voetnoot 22), heeft de Commissie besloten geen specifieke definitie voor de toepassing ervan in artikel 21 en 22 voor te stellen. In de overwegingen 40 tot en met 44 van het voorstel wordt dit nader toegelicht.

De brief van de Eerste Kamer is ter beschikking gesteld van de vertegenwoordigers van de Commissie voor de onderhandelingen van de medewetgevers (het Europees Parlement en de Raad), en zal als input dienen voor besprekingen in dat kader.

De Commissie hoopt dat zij met de toelichting in dit antwoord voldoende is ingegaan op de door de Eerste Kamer aan de orde gestelde punten en zij kijkt ernaar uit de politieke dialoog in de toekomst voort te zetten.

De Vicevoorzitter,

Maros Sefcovic

Lid van de Commissie,

Thierry Breton

Eerste Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 36 249, D 3


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.