“Ik zeg tegen kabinet en Kamer: laten we doorwerken.”

Met dank overgenomen van Democraten 66 (D66) i, gepubliceerd op woensdag 20 september 2023.

Beeld: Remko de Waal

Jan Paternotte

Fractievoorzitter Tweede Kamer

20.09.2023

Uncategorized

Marshallhulp

De wederopbouw van Nederland was niet mogelijk zonder enorme hulp van buitenaf. De Marshallhulp, vanaf 1947 forse Amerikaanse leningen. Hard nodig, want na de Tweede Wereldoorlog lag Europa in puin, had Nederland een woningnood en had de samenleving een flinke zet nodig om weer op gang te komen. De Amerikanen wilden wel weten of dat geld een beetje goed besteed werd. En dus stuurden ze in 1949 twee topdiplomaten eropuit: Averill Harriman en Paul Hoffman.

In Italië werden de heren stevig gefêteerd met pasta en veel wijn, zoals Italianen dat kunnen.

In Nederland kwamen ze op zondag aan, en het ministerie van Algemene Zaken was die dag dicht. Het was een koele dag begin april, een dik pak wolken hing boven Den Haag en minister-president Willem Drees vond het zonde om het ministerie die dag speciaal voor de Amerikanen te openen, want het zou dan apart verwarmd moeten worden.

Hij nodigde de heren dus maar bij hem thuis uit, in zijn rijtjeshuis op de Beeklaan in Den Haag. Dat was onhandig, want de Amerikanen reden vanaf Schiphol met een speciaal ingevlogen Cadillac, en die auto was zo groot dat ze in de Beeklaan niet eens konden keren. Eenmaal bij de voordeur van huize Drees was er even verwarring. Toen de premier de deur opendeed, gingen de Amerikanen er voetstoots vanuit dat ze met de butler te maken hadden. Mevrouw Drees serveerde de thee, voor de beide heren voorzien van precies één mariakaakje.

Bij het vertrek sprak Harriman tegen Hoffman: “Aan een land waar de minister-president zo woont en leeft, is ons geld goed besteed.”

Het is maar goed dat de heren Harriman en Hoffman destijds in een rijtjeshuis, en niet op het paleis ontvangen werden.

Want de Marshallhulp uit Amerika werd na dit bezoek opgeschroefd. Sterker nog: Nederland was met ruim een miljard dollar één van de grootste ontvangers van Amerikaanse steun. Zonder deze investeringen zou ons land en ons leven er vandaag heel anders uit hebben gezien.

Blijf Oekraïense

vluchtelingen een

veilig vluchtoord

bieden

Wij Nederlanders weten dat die hulp voor ons, bij onze wederopbouw, toen het verschil heeft gemaakt. We weten daardoor ook dat het geen zin heeft om te doen alsof Nederland een eiland is, veilig afgesloten van de boze buitenwereld. En wij vinden de hulp die we Oekraïne nú bieden ook vanzelfsprekend. Hulp in een oorlog die op goede dagen tientallen en op de slechte dagen honderden slachtoffers eist.

Drie grenzen en 15 uurtjes rijden verderop.

Nederland heeft het afgelopen jaar een leidende rol gepakt in de steun aan de Oekraïners. En dat is goed. Het gaat om de steun die nodig is om hun vrijheid, en de onze, te blijven verdedigen. Steun ook in hun politieke gevecht om lid te worden van de Europese Unie én de NAVO. Het is niet voor niets dat Zelensky twee keer naar Nederland is gekomen. Wij leiden nu de straaljagercoalitie die mogelijk maakt dat de F-16’s volgend jaar Oekraïne kunnen gaan helpen. Het kabinet heeft hierin leiderschap getoond, dank daarvoor!

Het is geen geheim dat D66 niet blij is met de onnodige en onverantwoordelijke val van het kabinet. Maar over één ding hoop ik dat wij het in grote meerderheid eens zijn: het demissionair zijn mag geen seconde een rol spelen bij de vraag of we Oekraïne bepaalde steun moeten leveren. Blijf Oekraïense vluchtelingen een veilig vluchtoord bieden. De val van het kabinet zal een voetnoot zijn in de geschiedenis, maar de oorlog is dat zeker niet. De grote hoop van Poetin is dat wij, Europa, Amerika en de rest van de democratische coalitie, moe worden van de oorlog. Hij hoopt dat Trump in Amerika en Le Pen in Frankrijk aan de macht komen. En ja, ook dat hier in Nederland partijen winnen die Oekraïne niet willen steunen of simpelweg die oorlog in Europa onbelangrijk vinden. Zodat wij de strijd van de Oekraïners gaan vergeten. Dat zou een vergissing van historische proporties zijn.

Een afspraak is

niet alleen voor de

komende maanden

Poetin mág niet winnen. En de Oekraïeners moeten wéten dat het ons menens is, dat we hen écht blijven steunen.

Laten we daarom hier duidelijk zijn en met elkaar een afspraak maken. Een afspraak niet alleen voor de komende maanden, maar voor de komende jaren. Dat Nederland, net als Duitsland, Denemarken en Noorwegen, garandeert Oekraïne meerjarig te zullen steunen. En dat ook hard vastleggen. Zolang het nodig is met wapens, zodra het kan met wederopbouw. Laten we, wat ons betreft met zoveel mogelijk partijen, dit doen en daarmee een glashelder signaal geven aan het Oekraïense volk, en net zo goed aan het Kremlin. Agressie zal niet beloond worden; de wereld kiest voor stabiliteit, vrede en recht.

Dit is wat mij betreft ook een opdracht voor onze premier, de langstzittende democratische leider in Europa. Is hij bereid die positie de komende maanden aan te wenden om alle bondgenoten te overtuigen dat ze zich committeren aan langdurige steun voor Oekraïne? Zolang het nodig is met wapens, zodra het kan met wederopbouw?

Nederland moet door

In juli, op de drempel van het zomerreces, viel het kabinet. Wat ons betreft had dat niet gehoeven. Laat ik geen doekjes winden om het oordeel van D66 hierover: deze crisis was totaal onnodig. Deze kabinetscrisis was geen onvermijdelijkheid, het was een keuze. Een keuze die onbegrijpelijk is en, belangrijker, onverantwoordelijk.

Ik zie daar in vak K mensen zitten die druk bezig waren met plannen die Nederland verder brengen. Mensen die problemen aan het oplossen waren die al veel te lang waren blijven liggen. Christianne van der Wal was vastberaden om écht de stikstofcrisis te lijf te gaan. Piet Adema gaf alles voor een landbouwakkoord. Rob Jetten, de eerste klimaatminister, bracht Nederland op koers om de klimaatdoelen in 2030 te halen. Hugo de Jonge joeg met hetzelfde enthousiasme op woondeals als op vaccins. En staatssecretaris Van den Burg hing dagelijks vele uren aan de telefoon in zijn jacht op opvangplekken, en gaat volgende week zijn spreidingswet door de Kamer loodsen. En zo kan ik de hele ploeg af.

Het kabinet schreef dat een demissionair kabinet bescheidenheid past. Maar ik vraag me eigenlijk af: wie van de bewindspersonen in vak K denkt dat de uitdagingen waar we als land voor staan kleiner zijn geworden sinds de val van het kabinet?

Niemand? Gelukkig maar.

Er is geen tijd

te verliezen

Laat ik nogmaals het politieke oordeel van de 24 leden van mijn fractie benadrukken: de val van het kabinet was onnodig, onbezonnen en onverantwoord. Maar na de val van het kabinet wilden sommige partijen in deze Kamer zelfs ook het parlement demissionair maken. Minimaal drie maanden de boel op pauze. Bijvoorbeeld een stop op klimaatbeleid, op stikstof, of zelfs op plannen voor betaalbare woningen. Ik zou haast zeggen: wie zíjn die mensen die denken dat we het ons kunnen veroorloven om de uitdagingen waar we voor staan maar even in de ijskast te zetten?

De natuur holt achteruit. Boeren en hun gezinnen willen weten waar ze aan toe zijn. De krapte op de arbeidsmarkt wordt met de dag nijpender. Voor 1 op de 5 banen is nu niemand te vinden! Studenten, starters, doorstromers vinden steeds minder vaak een woning, terwijl het door de stikstofcrisis alleen maar moeilijker wordt om een paal in de grond te slaan. Door de hoge inflatie is rondkomen aan het eind van de maand voor veel mensen een worsteling. Er is brede consensus dat grip op migratie nodig is, er lagen zelfs goede plannen om daar wat aan te doen, maar de politiek levert niet. Terwijl dat wel degelijk had gekund, zeg ik richting de VVD.

Maar we moeten aan de slag, we hebben geen tijd te verliezen. Ik zal eerlijk zijn, de verkiezingen zijn één ding, maar ik maak mij oprecht zorgen over hoelang ook de komende formatie zal duren. Ik wil daarom hier de nieuwe energie zien die we nodig hebben. Want Nederland moet door.

Dat geldt nu ook voor de begrotingen.

Het kabinet heeft gisteren duidelijk gemaakt wat er gebeurt als begrotingen worden uitgesteld totdat er een nieuw kabinet is. Veel Nederlanders komen dan in de problemen. Een paar voorbeelden:

  • 1. 
    Als we de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat niet behandelen, kunnen miljarden aan subsidies voor zonnepanelen, windmolens, laadpalen voor auto’s niet worden uitbetaald. En ook geld voor herstel van huizen in Groningen (aardbevingsschade) mag niet worden ingezet.
  • 2. 
    Als we de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid niet behandelen, is er in januari meer kinderarmoede, omdat het kindgebondenbudget niet omhoog kan. En ook de tegemoetkoming energiekosten voor studenten kan dan niet op tijd worden uitgekeerd.
  • 3. 
    Als we de begroting van het ministerie van Onderwijs niet behandelen, is er in januari geen geld om de gratis schoollunches aan te bieden en kan er niet begonnen worden met bijscholing voor leraren.

Er is geen tijd te verliezen. Daarom zullen wij morgen voorstellen om alle begrotingen nog dit jaar te behandelen.

Een campagne

over ideeën

Als drie Britten bij elkaar komen drinken ze thee.

Als drie Fransen bij elkaar komen drinken ze wijn.

En als drie Nederlanders bij elkaar komen richten ze drie nieuwe politieke partijen op.

Niemand heeft in dit land ooit de meerderheid. Dus als we niet kunnen samenwerken zijn we nergens. Daarom is de oproep van velen hier (Omtzigt, Bontenbal, Marijnissen) voor een campagne op inhoud, mooi en veelbelovend. Want als het om inhoud gaat kunnen we elkaar soms vinden.

Afgelopen mei liep ik in Volendam over de Dijk. Met Mona Keijzer. Mensen die ons herkenden, al herkenden ze natuurlijk vooral Mona Keijzer, moesten even twee keer kijken. Wat ze toen nog niet wisten, en ik al helemaal niet, was dat ze twee keer een nummer twee zagen, en één keer een premierskandidaat.

We hadden het over coronabeleid, en daar waren we het niet over eens. En we keken uit over het Markermeer, ooit de Zuiderzee die van Volendam zo’n welvarend vissersdorp maakte. We ontdekten dat onze vaders, allebei liefhebbers van het ruime sop, elkaar hadden gevonden in de strijd tegen de komst van een vliegveld midden op dat Markermeer. En het is maar goed dat ze dat deden.

Een campagne op ideeën, waarbij we ook fundamentele verschillen niet uit de weg gaan; dat móet dus kunnen.

Bestaanszekerheid

Dat brengt mij op het toverwoord van de afgelopen weken: bestaanszekerheid.

Ik complimenteer het kabinet, de minister van Financiën voorop, met de actie die ze net als vorig jaar onderneemt om armoede en vooral kinderarmoede aan te pakken. En dat terwijl het kabinet de staatsschuld, ondanks alle crises van de afgelopen jaren, op een stabiel laag niveau houdt. De rekening schuiven we niet door naar volgende generaties en dat is goed.

Dat we mensen met een kleine beurs moeten helpen, voelen we allemaal. Van links tot rechts. Logisch, want vorig jaar zagen veel Nederlanders hun besteedbaar inkomen in rap tempo verdampen. Niemand heeft koopkrachtplaatjes nodig om te snappen dat hele grote groepen Nederlanders aan het eind van het geld nog een stuk maand over hebben.

Middeninkomens

Ik noem het onderwijs. Het is bijna niet gegaan over het onderwijs. Ik begrijp daar eerlijk gezegd niets van.

Je hebt goed onderwijs nodig om te zorgen dat iedereen wat kan maken van het leven. Bestaanszekerheid is het vangnet, onderwijs de springplank.

De afgelopen tijd is enorm veel geld gestoken in het onderwijs. De loonkloof voor leraren is dicht. Scholen met achterstanden krijgen meer geld. Robbert Dijkgraaf investeert meer in wetenschap dan ooit tevoren.

De grote, grote zorg bij mijn partij is dat de krapte nu ertoe leidt dat een volgend kabinet het onderwijs het kind van de rekening maakt en erop gaat bezuinigen.

Maar investeren in de toekomst van onze kinderen is altijd een goed idee. Als je ergens het verschil kan maken, is dat in het onderwijs. Inmiddels krijgen 130.000 kinderen een rijke schooldag met sport, cultuur en huiswerkbegeleiding. Wordt stagediscriminatie eindelijk écht aangepakt. En geven we studenten weer een basisbeurs, zodat zij volop van het studentenleven kunnen genieten.

We hebben de doorrekeningen van verkiezingsprogramma’s nog niet gezien. Sommige partijen laten hun plannen überhaupt niet doorrekenen. De grafiek over de laatste 15 jaar is glashelder: als D66 in de regering zit gaat er meer geld naar onderwijs. Zonder D66, zoals in de regeerakkoorden met de PVV en de PvdA, zijn er pijnlijke bezuinigingen.

Als er weer plannen komen om te korten op het onderwijs, te korten op de toekomst van kinderen, dan zullen wij ons daar met alle politieke middelen tegen verzetten.

Economie

Welvaart verdelen is een goed principe, maar voor we welvaart kunnen verdelen, moeten we het verdienen.

Nu het minimumloon en uitkeringen verhogen is goed, maar dat kan alleen als we ook de economie laten bloeien.

Laat ik helder zijn, ik ben geen voorstander van degrowth. We hebben juist groei nodig. En ik zie vooruitgang. De laatste jaren slagen we erin minder CO2 uit te stoten en toch de economie te laten groeien.

Groene groei, daar moeten we mee door.

Het kabinet zou afspraken maken met grote industriebedrijven over hoe ze hier in de toekomst schoon en groen geld kunnen verdienen. Ik vraag het kabinet: waarom zijn er nog steeds geen, nul, maatwerkafspraken gemaakt? Bedrijven willen zekerheid, en Nederlanders willen weten hoe de toekomst eruit gaat zien.

Laten we leren van de Verenigde Staten, waar de regering Biden met haar ‘inflation reduction act’ enorme duurzame investeringen stimuleert. Wij willen dat ook. In navolging willen wij 1 miljard euro per jaar extra investeren in bedrijven die klimaatneutrale producten in Nederland maken.

Vorig jaar heb ik hier aandacht gevraagd voor de krapte op de arbeidsmarkt. Het probleem is niet minder geworden. Voor 1 op de 5 banen is nu niemand te vinden. Ondernemers, bedrijven, scholen, overal zitten planners met de handen in het haar. Dat merken we overal, van bouwplaatsen tot ziekenhuizen, van scholen tot winkels.

Ondertussen is Nederland wel de parttime kampioen van Europa. Het is mooi dat we de vrijheid hebben om te kiezen voor minder uren werken. En zeker met jonge kinderen, of als je mantelzorger bent, is dat ook hartstikke logisch, een manier om de zorg te delen. Maar veel mensen werken parttime omdat meer uren werken te weinig loont. Of omdat ze bij het begin van hun loopbaan al meteen een parttime contract kregen.

En laten we 60-plussers niet langer afschrijven voor de arbeidsmarkt vanwege hun leeftijd. Ook deze campagne zien we weer meerdere 60-plussers, nu ook Wilders, waarmee overigens gefeliciteerd, die heel hard werken. Dus laten we doorpakken op een plan dat ik van het CDA zag: je mag kiezen. Wie AOW wil ontvangen krijgt AOW. Wie wil doorwerken na de AOW-leeftijd mag die AOW nog een tijd uitstellen, en krijgt daarna een hogere AOW.

Klimaat

Bestaanszekerheid gaat ook over de toekomst. Je zou het ‘voortbestaanszekerheid’ kunnen noemen. Afgelopen zomer werd je in Zuid-Europa door bosbranden het water ingejaagd, en in Noord-Europa door modderstromen weggejaagd. Ondertussen zijn er nog altijd politici die liever wegkijken. Wilders wil de klimaatcrisis bestrijden door simpelweg de dijken te verhogen!

Onze allereerste klimaatminister presenteerde ook het allergrootste klimaatpakket ooit. Een pakket waarmee we tot de klimaatkoplopers van Europa gaan behoren en gaan voor 60% minder CO2-uitstoot in 2030. Dit kabinet is te vroeg gevallen, maar in zijn korte levensduur werden we kampioen zonnepanelen én kampioen laadpalen van de Europese Unie en kickten we volledig af van Russische olie en gas.

We zijn er nog niet. We moeten door. Naar 60% minder uitstoot en daarna naar klimaatneutraal. Dat is ook de roep vanuit de maatschappij. En als je goed naar die roep luistert, dan hoor je, vanuit dit gebouw regelmatig letterlijk, ook het pleidooi voor het afschaffen van belastingvoordelen voor vervuilende bedrijven, de fossiele subsidies. Daar moeten we vanaf. Fossiele subsidies remmen de verduurzaming van bedrijven en zijn per definitie niet eerlijk tegenover mensen en bedrijven die juist geld willen verdienen door te vergroenen.

Om Frits Bolkestein te parafraseren: “Liever de warmte van een écht verdienmodel dan de kilte van een fossiele subsidie.”

Laten we dit debat aangrijpen om die koe eens bij de horens te vatten. Kijk naar de energiebelasting. Daar is iets geks aan de hand. Hoe meer energie je verbruikt, hoe minder belasting je daarover hoeft te betalen. Het is in feite een bonus voor vervuilers. Dat willen wij aanpakken.

Maar Nederland is geen eiland. Minimaal 20 miljard aan fossiele subsidies vloeit voort uit internationale verdragen en verplichtingen. Die fossiele subsidies schaffen we, helaas, niet in ons eentje af. Dat moet Europees én internationaal.

We moeten het afschaffen van fossiele subsidies daarom tot diplomatiek speerpunt maken. Laten we op de internationale klimaattop later dit jaar een kopgroep vormen met Europese partners en andere welwillende landen om hierop stappen te gaan zetten. Ik hoor graag van de premier wat hij hiervan vindt.

Meer dan geld

Een zeker bestaan gaat wat mijn partij betreft niet enkel over zaken waar wij materiële waarde aan toekennen. Het gaat ook over zeker zijn van goede zorg. Over waardig opgroeien, ouder worden én sterven. Op het gebied van medische ethiek hebben we de afgelopen periode vooruitgang geboekt. De verplichte bedenktermijn bij abortus is afgeschaft, actieve levensbeëindiging bij ernstig zieke en onbehandelbare kinderen van 1 tot 12 jaar is mogelijk gemaakt en de abortuspil is nu verkrijgbaar bij de huisarts.

Morgen is het Wereld Alzheimer Dag. Een dag waarop we stil staan bij hersenziektes zoals dementie. Er zijn in Nederland bijna 300.000 mensen met dementie. En de komende tien jaar loopt dit aantal op tot bijna een half miljoen. Een half miljoen Nederlanders die hun geestelijke vermogens aan het verliezen zijn, of al hebben verloren. Voor wie het brein niet meer het wonder is dat onze herinneringen ontsluit en het mogelijk maakt onze naasten in de ogen te kijken en te herkennen.

Voor mensen en dierbaren die worstelen met het vermogen om invulling te geven aan het leven met dementie, is het angstaanjagend om ook de regie te verliezen aan het einde van het leven. “Ik wist vrij snel dat ik niet wilde dat mijn dochters zouden zien hoe ik volledig aftakel”, vertelde de moeder van een Telegraafjournalist vorige week in de krant, vier jaar nadat de diagnose Alzheimer was gesteld.

Er zijn veel mensen die zeggen: ik wil graag zo lang mogelijk in goede gezondheid leven. Maar als dat niet meer kan, dan wil ik kunnen sterven met mijn herinneringen. Dan wil ik mijn geliefden, mijn kinderen kunnen zien en weten dát het mijn geliefden zijn. Dan wil ik afscheid kunnen nemen.

60% van de Nederlanders vindt dat iedereen zelfbeschikking moeten kunnen hebben over leven en dood. Meer dan de helft van Nederland vindt dat euthanasie ook mogelijk moet zijn bij vergevorderde dementie. Wettelijk gezien kan dit ook. We zien tegelijkertijd dat artsen worstelen met deze wens van veel patiënten. De letter van de wet vertaalt zich niet goed naar de dagelijkse praktijk en de weerbarstigheid van het leven.

De generatie van mijn ouders, de babyboomers en de generaties daarna zijn als geen ander gewend om zelf de regie op het leven te hebben. Mijn fractie wil in een samenleving die almaar ouder wordt en waar hersenziektes zoals dementie vaker gaan voorkomen, dit vraagstuk niet uit de weg gaan. Wij willen graag met zoveel mogelijk partijen samenwerken. Samenwerken om een weg te vinden die recht doet aan zowel de wensen van patiënten als de zorgvuldigheid die artsen nodig hebben, bij deze complexe afweging.

Zodat als je dementie krijgt, jij en je dierbaren weten wat ze kunnen verwachten. Zodat we een oplossing vinden voor dit vraagstuk waar nu zovelen mee worstelen.

Laten we doorwerken

Het mariakaakje als symbool van onze calvinistische volksaard.

Drees was premier van een land met een reusachtige klus voor de boeg. Hij wist: er is geen tijd te verliezen. Omdat de Amerikanen wisten dat ze beter af zijn in een vrije, welvarende wereld kregen wij de kans ons weer op te richten. Die greep Nederland met beide handen aan.

Er was het afgelopen jaar veel gezeur en geharrewar tussen regering en Tweede Kamer. Er is wéér een kabinet gevallen. Voor de zesde keer deze eeuw. Weer moeten mensen naar de stembus.

Terwijl we geen tijd hebben voor stilstand. Niet nu, niet in de campagne, niet straks tijdens een weet-ik-hoe-lange formatie… Laten wij de ambities van dit kabinet voor de grote opgaven, die door de val in de knop zijn gebroken, weer laten bloeien. Dus zeg ik tegen kabinet en Kamer: laten we doorwerken.

Home Nieuws Laten we doorwerken