Brief regering; Uitstel beantwoording vragen commissie over de Voortgang proces BFTK 2024-2028 (36200-VII-174) - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2024 - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 82 toegevoegd aan wetsvoorstel 36410 VII - Vaststelling begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2024.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2024; Brief regering; Uitstel beantwoording vragen commissie over de Voortgang proces BFTK 2024-2028 (Kamerstuk 36200-VII-174) |
---|---|
Documentdatum | 06-12-2023 |
Publicatiedatum | 07-12-2023 |
Nummer | KST36410VII82 |
Kenmerk | 36410 VII, nr. 82 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2023-
2024
36 410 VII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2024
Nr. 82
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 6 december 2023
Op 19 oktober 2023 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken de inbreng geleverd voor een schriftelijk overleg inzake de voortgang van de BFTK 2024-2028 (Kamerstuk 36 200-VII, nr. 174).
Via deze weg informeer ik u dat de beantwoording hiervan meer tijd vergt. Om uw vragen zo volledig mogelijk te beantwoorden is er nadere afstemming nodig, zowel met de beleidsinhoudelijk verantwoordelijke departementen als met de Rechtbank en betrokken onderwijsinstanties. Hierdoor is het niet mogelijk gebleken om de beantwoording van deze vragen binnen de gestelde termijn aan uw Kamer te doen toekomen.
Ik streef ernaar uw vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge
kst-36410-VII-82 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023
Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 36 410 VII, nr. 82