Besluit 2024/593 - 7 februari 2024 Machtiging van Frankrijk om met Algerije te onderhandelen over een bilaterale overeenkomst betreffende justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Besluit (EU) 2024/593 van het Europees Parlement en de Raad van 7 februari 2024 waarbij Frankrijk wordt gemachtigd om met Algerije te onderhandelen over een bilaterale overeenkomst betreffende justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszakenofficiële Engelstalige titel
Decision (EU) 2024/593 of the European Parliament and of the Council of 7 February 2024 empowering France to negotiate a bilateral agreement with Algeria concerning judicial cooperation in civil and commercial mattersRechtsinstrument | Besluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Besluit 2024/593 |
Origineel voorstel | COM(2023)65 ![]() ![]() |
Celex-nummer i | 32024D0593 |
Document | 07-02-2024; datum van ondertekening |
---|---|
Ondertekening | 07-02-2024 |
Inwerkingtreding | 16-02-2024; van kracht datum kennisgeving |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
Kennisgeving | 16-02-2024; {titleAndReference.draft.disclaimer.new|http://publications.europa.eu/resource/authority/fd_365/titleAndReference.draft.disclaimer.new} |
Publicatieblad van de Europese Unie |
NL Serie L |
2024/593 |
16.2.2024 |
BESLUIT (EU) 2024/593 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 7 februari 2024
waarbij Frankrijk wordt gemachtigd om met Algerije te onderhandelen over een bilaterale overeenkomst betreffende justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 81, lid 2,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij brief van 8 december 2016 heeft Frankrijk de Unie verzocht te worden gemachtigd om te onderhandelen over een bilaterale overeenkomst met Algerije betreffende justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken. Het doel was de drie bilaterale overeenkomsten van 1962, 1964 en 1980 die momenteel van kracht zijn, te actualiseren en te consolideren. |
(2) |
Frankrijk heeft de Commissie informatie verstrekt waaruit blijkt dat Frankrijk, vanwege zijn uitzonderlijke economische, culturele, historische, sociale en politieke banden met Algerije, een specifiek belang heeft bij onderhandelingen over een bilaterale overeenkomst met Algerije, waarvan het ontwerp aan de Commissie is toegezonden. |
(3) |
Frankrijk heeft met name gegevens verstrekt over het grote aantal Algerijnse burgers dat op zijn grondgebied verblijft en over het aantal Franse burgers dat in Algerije woont, en over het specifieke belang van het handelsverkeer tussen beide landen. |
(4) |
De betrekkingen tussen de Unie en Algerije zijn gebaseerd op de Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Democratische Volksrepubliek Algerije, anderzijds (2) (de “Europees-mediterrane overeenkomst”), die in 2005 in werking is getreden. De Europees-mediterrane overeenkomst vormt het rechtskader voor de betrekkingen tussen de partijen op economisch, commercieel, politiek, sociaal en cultureel gebied. |
(5) |
In artikel 85 van de Europees-mediterrane overeenkomst is bepaald dat samenwerking op juridisch en justitieel gebied van essentieel belang is en een noodzakelijke aanvulling vormt op de andere vormen van samenwerking tussen de Unie en Algerije waarin de Europees-mediterrane overeenkomst voorziet, en dat dergelijke samenwerking in voorkomend geval ook onderhandelingen over de sluiting van overeenkomsten op die gebieden kan inhouden. |
(6) |
De betrekkingen van de Unie met derde landen ten aanzien van justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken berusten op het rechtskader dat is ontwikkeld door de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht (de “HCCH”), in overeenstemming met het beginsel van multilateralisme. Algerije is echter geen lid van de HCCH en heeft tot dusver geweigerd toe te treden tot de kernverdragen ervan. |
(7) |
Hoewel Algerije geen lid is van de HCCH en niet is toegetreden tot zijn kernverdragen, lijkt de ontwerpovereenkomst grotendeels geïnspireerd te zijn op het systeem dat is ingesteld door de verdragen van Den Haag en op de Uniewetgeving die op dezelfde gebieden is aangenomen. |
(8) |
Bepaalde kwesties die in de ontwerpovereenkomst tussen Frankrijk en Algerije moeten worden behandeld, hebben gevolgen voor het desbetreffende acquis van de Unie inzake burgerlijke en handelszaken. Bijgevolg behoren de onder dergelijke internationale verbintenissen vallende aangelegenheden tot de exclusieve externe bevoegdheid van de Unie. De lidstaten kunnen alleen over dergelijke verbintenissen onderhandelen of dergelijke verbintenissen aangaan indien... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.