Motie Van Aelst - den Uijl over het waarborgen van opvang voor slachtoffers van huiselijk geweld - Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. C toegevoegd aan wetsvoorstel 36725 XVI - Wijziging begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2025 (Voorjaarsnota).
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota); Motie van het lid Van Aelst - den Uijl over het waarborgen van opvang voor slachtoffers van huiselijk geweld |
---|---|
Documentdatum | 08-07-2025 |
Publicatiedatum | 08-07-2025 |
Nummer | KST36725XVIC |
Kenmerk | 36725 XVI, nr. C |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2024-2025
36 725 XVI |
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) |
C |
MOTIE VAN HET LID VAN AELST-DEN UIJL C.S. Voorgesteld 8 juli 2025 De Kamer, gehoord de beraadslaging, constaterende, dat Nederland op grond van het Verdrag van Istanbul verplicht is om ten minste 1.800 opvangplekken te realiseren voor slachtoffers van huiselijk geweld; constaterende, dat er op dit moment slecht ongeveer 1.000 plekken beschikbaar zijn, waardoor slachtoffers soms worden ondergebracht in onveilige of ongeschikte noodvoorzieningen; overwegende, dat dit tekort al langere tijd bekend is en dat dit ernstige gevolgen heeft voor de veiligheid en gezondheid van vrouwen en kinderen; overwegende, dat het kabinet heeft toegezegd hierover in overleg te zijn met gemeenten en veldpartijen, maar dat structurele oplossingen en adequate financiering tot nu toe uitblijven; spreekt uit dat het kabinet de verantwoordelijkheid heeft om te waarborgen dat slachtoffers van huiselijk geweld tijdig toegang hebben tot passende en veilige opvang, en verzoekt de regering om de Kamer vóór de behandeling van de VWS-begroting 2026 duidelijk en concreet te informeren over hoe en wanneer aan de norm uit het Verdrag van Istanbul zal worden voldaan, en gaat over tot de orde van de dag. Van Aelst-den Uijl Koffeman Van Gurp Moonen |
kst-36725-XVI-C
ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2025
Perin-Gopie
Kemperman
Talsma
Eerste Kamer, vergaderjaar 2024-2025, 36 725 XVI, C
2