Artikelen bij COM(2001)788 - Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen en houdende wijziging van de verordeningen inzake maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Artikel 1 - Doel

Het doel van deze verordening is de toepassing te verbeteren van de in artikel 2, onder 2) bedoelde communautaire wetgeving op het gebied van maritieme veiligheid, voorkoming van verontreiniging door schepen en bescherming van de leef- en werkomstandigheden aan boord:

a) door de taken van de comités die krachtens de communautaire maritieme wetgeving opgericht en bij onderhavige verordening afgeschaft zijn te centraliseren middels oprichting van één enkel comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen, hierna genaamd het comité COSS;

b) door latere wijzigingen van de communautaire maritieme wetgeving in het licht van de ontwikkelingen met betrekking tot de geldende internationale instrumenten te vergemakkelijken door de vermelding van de datum van inwerkingtreding van genoemde internationale instrumenten te schrappen.

Artikel 2 - Définities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1) «internationale instrumenten»: de door een internationale conferentie, de Internationale Maritieme Organisatie (IMO), de Nationale Arbeidsorganisatie (IAO), de partijen bij een Memorandum van overeenstemming of een internationale normalisatieorganisatie vastgestelde verdragen, protocollen, resoluties, codes, circulaires, normen en bepalingen, als bedoeld door de bepalingen van de geldende communautaire maritieme wetgeving

2) «communautaire maritieme wetgeving»: onderstaande van kracht zijnde communautaire besluiten:

a) Verordening (EEG) nr. 613/91 van de Raad van 4 maart 1991, betreffende overdracht van schepen tussen nationale registers binnen de Gemeenschap,

b) Richtlijn 93/75/EEG van de Raad van 13 september 1993, betreffende de minimumeisen voor schepen die gevaarlijke of verontreinigende goederen vervoeren en die naar of uit de zeehavens van de Gemeenschap varen,

c) Verordening (EG) nr. 2978/94 van de Raad van 21 november 1994, betreffende de tenuitvoerlegging van IMO-resolutie A.747(18) inzake de toepassing van tonnagemeting op de ballastruimten in tankers met gescheiden ballasttanks,

d) Richtlijn 94/57/EG van de Raad van 22 november 1994, inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties ,

PB L 319 van 12.12.1994, blz. 20. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 97/58/EG (PB L 274 van 7.10.1997, blz. 8.).

e) Richtlijn 95/21/EG van de Raad van 19 juni 1995, betreffende de naleving, met betrekking tot de schepen die gebruik maken van havens in de Gemeenschap en varen in de onder de jurisdictie van de lidstaten vallende wateren, van internationale normen op het gebied van de veiligheid van schepen, voorkoming van verontreiniging en leef- en werkomstandigheden aan boord (havenstaatcontrole) ,

PB L 157 van 7.7.1995, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 1999/97/EG (PB L 331 van 23.12.1999, blz. 67.).

f) Verordening (EG) nr. 3051/95 van de Raad van 8 december 1995 betreffende een veiligheidsbeleid voor ro-ro-passagiersschepen,

g) Richtlijn 96/98/EG van de Raad van 20 december 1996, betreffende uitrusting van zeeschepen ,

PB L 46 van 17.2.1997, blz. 25. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 98/85/EG (PB L 315 van 11.11.1998, blz. 14.).

h) Richtlijn 97/70/EG van de Raad van 11 december 1997, betreffende de invoering van een geharmoniseerde veiligheidsregeling voor vissersvaartuigen waarvan de lengte 24 meter of meer bedraagt ,

PB L 34 van 9.2.1998, blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 1999/19/EG (PB L 83 van 27.3.1999, blz. 48.).

i) Richtlijn 98/18/EG van de Raad van 17 maart 1998, inzake veiligheidsvoorschriften en normen voor passagiersschepen ,

PB L 144 van 15.5.1998, blz. 1.

j) Richtlijn 98/41/EG van de Raad van 18 juni 1998, inzake de registratie van de opvarenden van passagiersschepen die vanuit of naar havens in de lidstaten van de Gemeenschap varen ,

PB L 188 van 2.7.1998, blz. 35.

k) Richtlijn 1999/35/EG van de Raad van 29 april 1999, betreffende een stelsel van verplichte onderzoeken voor de veilige exploitatie van geregelde diensten met ro-ro-veerboten en hogesnelheidspassagiersvaartuigen ,

PB L 138 van 1.6.1999, blz. 1.

l) Richtlijn 2000/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2000 betreffende havenontvangstvoorzieningen voor scheepsafval en ladingresiduen ,

PB L 332 van 28.12.2000, blz. 81

m) Richtlijn 2001/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 inzake het minimum-opleidingsniveau van zeevarenden .

PB L 136 van 18.5.2001, blz. 17.

Artikel 3 - Oprichting van het comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (comité COSS)

1. De Commissie wordt bijgestaan door een regelgevend comité, hierna het comité COSS genoemd, bestaande uit vertegenwoordigers van de lidstaten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

2. Wanneer wordt verwezen naar dit lid, is de regelgevingsprocedure van artikel 5, van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van de bepalingen van de artikelen 7 en 8 daarvan.

3. Voor de toepassing van deze verordening wordt de in artikel 5, lid 6 van Besluit 1999/468/EG voorziene periode vastgesteld op één maand.

Artikel 4 - Conformiteitscontroleprocedure

1. Teneinde het gevaar van strijdigheid van de communautaire maritieme wetgeving met de internationale instrumenten als bedoeld in artikel 2, onder 1) te beperken, kunnen de communautaire verordeningen en richtlijnen als bedoeld in artikel 2, onder 2) worden gewijzigd volgens de in artikel 3, lid 2, bedoelde procedure, teneinde een wijziging van de in artikel 2, onder 1) gedefinieerde en door deze verordening of richtlijn bedoelde internationale instrumenten uit te sluiten van het toepassingsgebied van de desbetreffende verordening of richtlijn. De conformiteitscontroleprocedure mag alleen worden gebruikt voor de invoering van wijzigingen in de communautaire maritieme wetgeving op de uitdrukkelijk door de regelgevingsprocedure bestreken gebieden en binnen het strikte kader van de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden.

Een dergelijke verandering is alleen mogelijk, wanneer er een duidelijk risico bestaat dat de wijziging het in de communautaire wetgeving vastgelegde niveau van maritieme veiligheid, voorkoming van verontreiniging door schepen en bescherming van de leef- en werkomstandigheden aan boord verlaagt, daarmee onverenigbaar is, of de verwezenlijking van de door de Gemeenschap op het gebied van maritieme veiligheid, voorkoming van verontreiniging door schepen en bescherming van de leef- en werkomstandigheden aan boord nagestreefde doelstellingen in gevaar zou kunnen brengen.

De conformiteitscontroleprocedure wordt, eventueel op verzoek van een lidstaat, ingeleid door de Commissie.

2. Gedurende een periode van zes maanden, gerekend vanaf de goedkeuring op internationaal vlak van een wijziging van een internationaal instrument , onthouden de lidstaten die bij dit instrument partij zijn zich van ieder op aanvaarding of toepassing van de wijziging gericht initiatief, teneinde de Commissie de gelegenheid te geven aan het in artikel 3, lid 1, bedoelde comité een ontwerp-verordening of -richtlijn van de Commissie voor te leggen die tot doel heeft krachtens lid 1 van het onderhavige artikel de betreffende wijziging van een communautaire tekst uit te sluiten. In geval van voorlegging binnen de zes maanden duurt bovengenoemde onthouding voort totdat er passende maatregelen zijn genomen.

3. Wanneer de desbetreffende wijziging van het internationaal instrument onderworpen wordt aan een stilzwijgende goedkeuringsprocedure, wordt de verordening of richtlijn van de Commissie die de opname van deze nieuwe wijziging in het Gemeenschapsrecht uitsluit om de in lid 1 bedoelde redenen tijdig vastgesteld om de betreffende lidstaten de gelegenheid te geven tijdig op internationaal niveau tegen de desbetreffende wijziging bezwaar te maken.

Artikel 5 - Bevoegdheden van het comité COSS

Het comité COSS oefent de bevoegdheden uit die hem krachtens de geldende communautaire wetgeving worden verleend.

Artikel 2, onder 2) van deze verordening kan worden gewijzigd volgens de procedure van artikel 3, lid 2, teneinde er de vermeldingen van de communautaire besluiten die na de aanneming van de onderhavige verordening van kracht zijn geworden in op te nemen.

Artikel 6 Wijziging van Verordening (EEG) nr. 613/91

Verordening (EEG) nr. 613/91 wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 1, onder a), wordt als volgt gewijzigd:

a) In de eerste alinea worden de woorden «op de datum van aanneming van deze verordening» geschrapt

b) De laatste alinea wordt vervangen door de volgende alinea:

« De wijzigingen van de in bovenstaande alinea bedoelde internationale instrumenten kunnen van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. .../2001 van het Europees Parlement en de Raad . »

PB L

2) De artikelen 6 en 7 worden vervangen door de volgende tekst:

«Artikel 6

De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 3 van Verordening (EG) nr. .../2001 opgerichte comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS).

Artikel 7

Wanneer wordt verwezen naar dit artikel, is de regelgevingsprocedure van artikel 3 van Verordening (EG) nr..../2001 van toepassing.

De wijzigingen van de in artikel 3 bedoelde internationale instrumenten kunnen van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. .../2001».

Artikel 7 Wijziging van Verordening (EG) nr. 2978/94

Verordening (EG) nr. 2978/94 wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 3, onder g), wordt vervangen door de volgende tekst:

g) «Marpol 73/78» : internationaal verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, van 1973, als gewijzigd door het desbetreffende protocol van 1978, alsmede de van kracht zijnde wijzigingen daarvan, ».

2) Aan artikel 6 wordt de volgende alinea toegevoegd:

« De wijzigingen van de in artikel 3 bedoelde internationale instrumenten kunnen van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. .../2001 van het Europees Parlement en de Raad .»

PB L

3) Artikel 7 wordt vervangen door de volgende tekst:

«Artikel 7

«De Commissie wordt bijgestaan door het comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS), overeenkomstig de in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. .../2001 bedoelde procedure.»

Artikel 8 Wijziging van Verordening (EG) nr. 3051/95

Verordening (EG) nr. 3051/95 wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

a) De woorden «artikel 10, lid 2» worden vervangen door de woorden «artikel 10».

b) De volgende alinea wordt toegevoegd:

« De wijzigingen van de in artikel 3 bedoelde internationale instrumenten kunnen van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. .../2001 van het Europees Parlement en de Raad . »

PB L

2) Artikel 10 wordt vervangen door de volgende tekst:

«Artikel 10

«De Commissie wordt bijgestaan door het comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS), volgens de in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. .../2001 bedoelde procedure.»

Artikel 9 - Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de 20e dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.